De volksraadpleging van 16 september (waarbij 95% van de deelnemers tegen de ontwikkeling van mijnbouwactiviteiten in hun regio stemden) mocht dan niet wettelijk bindend zijn, ze bracht wel een nieuwe dialoog op gang in Noord-Peru. Een eerste overleg eind september mislukte wel nog omdat de Peruaanse regering niet alle burgemeesters van de getroffen regio had uitgenodigd, maar eind oktober slaagde men er wel in om alle betrokkenen rond de tafel te krijgen. Niettemin verliepen deze onderhandelingen nogal chaotisch. Dit lag voornamelijk aan de verdeel-en-heers-politiek van de regering, die enerzijds opnieuw niet alle burgemeesters van de drie betrokken regio’s uitnodigde, en anderzijds een delegatie burgemeesters van de kust liet komen, die wel een goed oog hebben in het mijnbouwproject.
Toch werd op een aantal punten een akkoord bereikt. Ten eerste werd afgesproken dat er een onafhankelijke bemiddelaar zal worden aangesteld. Het Ministerie van Energie en Mijnbouw verklaarde dan op haar beurt dat ze geen klacht zal indienen tegen de gemeentelijke autoriteiten die hadden opgeroepen tot de volksraadpleging. Ook werd het idee besproken om een Ministerie van Milieu op te richten. Tenslotte verbonden alle partijen zich ertoe de dialoog verder goed te laten verlopen. De voortzetting van de onderhandelingen werd daarom al gepland op 12 december. Het blijft afwachten of er dan effectief sprake zal zijn van een vruchtbare dialoog die een vreedzame oplossing voor het conflict zal kunnen bespoedigen. Overduidelijk is wel dat met de organisatie van het volksreferendum en door de massale nationale en internationale media-belangstelling, de Majaz-case is uitgegroeid tot een emblematische case die toekomstbepalend zal zijn voor zowel de regio in Noord-Peru als voor het Peruaanse nationale beleid inzake natuurlijke rijkdommen.
Door: johanvdw