Internationaal persbericht : Canadees mijnbedrijf loost illegaal verontreinigd water in Guatemalteekse rivieren

Arseenconcentraties tot 26 keer hoger dan WGO-normen

Gent, België / San Marcos, Guatemala, 15 oktober 2010 – Het Guatemalteekse ministerie van Milieu betrapte in september het Candadese mijnbouwbedrijf Goldcorp op illegale lozingen van zijn waterbassin in de rivieren van San Miguel Ixtahuacán. Goldcorp liet nog even uitschijnen dat de lozing volgens de regels was gebeurd, maar gaf geen reactie toen het ministerie haar aanklacht tegen het mijnbouwbedrijf bekendmaakte.

De Belgische ngo CATAPA is bezorgd om de recente waterlozingen afkomstig van de Marlin-mijn omdat het bassin van de mijn toxische stoffen zoals cyanide bevat, alsook residuen van zware metalen. De Marlin-mijn is een dagbouwmijn uitgebaat door Montana Exploradora, dochterbedrijf van de Canadese mijnbouwreus Goldcorp. Sinds de opstart in 2005, verlopen de activiteiten van de mijn in een kader van illegaliteit, volksverzet, intimidatie tegen dat verzet en lokale bezorgdheid om de milieu –en gezondheidsimpact. Inheemse volkeren van de westelijke hooglanden organiseerden sindsdien al 42 volksraadplegingen, waarbij meer dan 600.000 mensen samenkwamen om hun territorium vrij van mijnbouw te verklaren.

Meermaals gaf het ministerie van Milieu toe niet de capaciteit te hebben een degelijke opvolging te doen van de milieuimpact, en nog minder van de gezondheidsimpact. De omwonenden vrezen dat dit niet de eerste illegale lozing was, aangezien er de laatste maanden een sterke geur van cyanide in de omgeving hing, die bij vlagen duizeligheid en hoofdpijn veroorzaakte. Een artikel geschreven door Johan Van de Wauw van Universiteit Gent (zie bijlage) toont aan dat dit niet de enige reden tot bezorgdheid is. Een analyse van de onderzoeksgegevens van Montana zelf toont aan dat de arseenconcentratie in het grondwater dat door de mijn wordt opgepompt sterk gestegen is sinds de aanvang van de activiteiten. Aan de andere kant is ook arseen gevonden in enkele grondwaterbronnen rondom de mijn in hoeveelheden die tot 26 keer boven de gezondheidsstandaard van de Wereldgezondheidsorganisatie ligt. Zeker in een gebied waar grondwater als drinkwater wordt gebruikt, zijn deze concentraties alarmerend te noemen. Deze bezorgdheid wordt versterkt door de vaststelling van verhoogde arseenconcentraties in urine van mensen rondom de mijn en een stijging van meldingen van arseen-gerelateerde ziektebeelden. Het is geweten dat arseen in drinkwater veroorzaakt in bepaalde concentraties blaas-, long- en huidkanker en kan ook lever- en nierkanker veroorzaken. Verder is ook bekend dat arseen het centrale zenuwstelsel aantast alsook de bloedvaten. Dit alles toont aan dat uitgebreider onafhankelijk onderzoek rond deze problematiek meer dan noodzakelijk is.

CATAPA dringt er bij de Guatemalteekse regering op aan haar belofte om de activiteiten van de Marlinmijn te schorsen na te komen, om zo de lokale bevolking te beschermen. De schorsing was één van de aanbevelingen die de Interamerikaanse Commissie voor Mensenrechten op 20 mei jl. aanvroeg om verdere schendingen van de mensenrechten te voorkomen. Op 23 juni engageerde de regering van Alvaro Colom zich om op dit verzoek in te gaan. Deze belofte werd na verloop van tijd echter sterk afgezwakt. In haar laatste mededeling, liet de overheid weten de analyse nog niet te hebben afgerond over de vraag of ze al dan niet de mijn zal schorsen.

Auteur:

Voorzitter Hooggerechtshof verantwoordelijk voor illegale verwerving van gemeenschapsgronden

Voorzitter Hooggerechtshof verantwoordelijk voor illegale verwerving van gemeenschapsgronden

Dat de mijnbouwactiviteiten van de Marlin mijn in San Miguel Ixtahuacán, uitgebaat door Montana Exploradora, dochteronderneming van Goldcorp, schendingen zijn van de mensenrechten, de rechten van inheemse volkeren en van de Guatemalteekse wet was al langer bekend. Nu brengen de uitstekende juridische onderzoekers van het mijnbouwverzet in het westen van Guatemala, aan het licht dat het kopen van de gronden van San Miguel een loutere misdaad is tegen het Guatemalteekse recht. De verdachte van deze misdrijf is niemand minder dan de huidige president van het Hooggerechtshof van Guatemala.

Op 27 juli was er een grote betoging van meer dan 5000 mensen in de hoofdstad van Guatemala, de deelnemers kwamen helemaal uit de westelijke hooglanden. In de eerste rijen van de demonstratie bemerkten we de Nobelprijswinnaar Rigoberta Menchú, boegbeeld van de inheemse bevolking in Guatemala en Álvaro de bisschop Ramazzini van San Marcos, die onverzettelijk het type van ontwikkeling van de ontginningsindustrieën in vraag stelt.

Wat al geweten was is dat de invoering van de Marlin mijn er kwam zonder raadpleging van de bewoners van het gebied, en waardoor hun rechten als Guatemalteken, en als inheemse bevolking onverbiddelijk werden geschonden. Ook bekend is dat op dagelijkse basis het bedrijf Goldcorp de mensenrechten van deze bewoners overtreedt, door hun leefmilieu te bedrijgen door het gebruik van de zeer giftige cyanide, en de invoering van zware metalen in hun wateren, en dus door de hun volksgezondheid op het spel te zetten.

Met betrekking tot de aankoop van de gronden van de inwoners van San Miguel wisten we al dat verraderlijke strategieën werden gebruikt. Toen het mijnbedrijf land van deze mensen gekocht, vertelden ze niet dat de gronden zouden gebruikt worden voor dagmijnbouw, maar wel dat er ontwikkelingsprojecten zouden komen, zoals een orchideeplantage .

De juridische hersenen van het mijnbouwverzet zou niet opgeven om meer bewijzen te vinden rond de onrechtmatigheid van de aankoop van de gronden. De nieuwe bewijzen, tonen aan dat onder het Guatemalteekse recht, de aankoop van grond niet kon hebben plaatsgevonden. Dat komt omdat de gronden die werden gekocht door Peridot SA – de onderneming bevoegd voor de aankoop van de gronden, alvorens deze aan Montana Exploradora te overhandigen -, zijn gedocumenteerd in het kadaster van West- Guatemala als gemeenschappelijke gronden van de inheemse Mam-gemeenschap. Daarom kon het land niet worden verkocht tussen individuen, maar had de hele gemeenschap moeten inspaak hebben gehad over de transactie.

De heer Erick Mancilla Alvarez, de toenmalige wettelijke vertegenwoordiger van Peridot SA, en dus de persoon die verantwoordelijk is voor de juridische aspecten van de transactie, is nu president van het Hooggerechtshof van Guatemala, wat een beeld geeft van de machtsverhoudingen in dit land.

Daarom kwam de mars tot stilstand voor het gebouw van het Hooggerechtshof. Rigoberta Menchú sprak van een historische dag, omdat dit de eerste keer was dat de inheemse bevolking van Guatemala tot de hoogste rangen van de macht gaat om hun rechten op te eisen. De demonstranten dienden een wettelijke aanklacht in tegen Erick Alverez Mancilla, voorzitter van het Hooggerechtshof voor het schenden van Guatemalteekse wetgeving door de aankoop van illegaal landen die behoren tot de Maya-Mam bevolking.

Auteur: Bart Van Besien

Mijnbouw, Verzet en Wetenschap

Mijnbouw, Verzet en Wetenschap

De Marlin-Mijn mag dan al vijf jaar ongestoord opereren in het Guatemalteekse departement San Marcos, de resistentie blijft springlevend. De laatste weken krijgt het lokale verzet heel wat bijval vanuit internationale en academische kringen.

Vooral de voorbije week was de Marlin Mijn, onderdeel van het Canadese Goldcorp, niet uit de media weg te slaan. In één week tijd werden vier belangwekkende rapporten en veroordelingen bekend gemaakt. We hebben het over het Gezondheidsrapport van Physicians for Human Rights (PHR), het mensenrechtenrapport van On Common Grounds (uitgaande van aandeelhouders van Goldcorp), de veroordeling van het Volkstribunaal in Madrid en de veroordeling van het Interamerikaanse Hof voor Mensenrechten (CIDH).

We zullen het in dit stukje hebben over de eerstgenoemde studie. Wie zijn namelijk Physicians for Human Rights, hoe gingen ze te werk? Dit internationale team van wetenschappers stelt haar expertise en kennis ter beschikking om wereldwijd gecertificeerde studies uit te voeren met als doel de bescherming van de mensenrechten en het aanreiken van betrouwbare informatie in conflict geladen gebieden waar informatieverstrekking deel uitmaakt van het probleem.

De voorbije zomer (2009) kwam een team van wetenschappers de noodkreet vanuit het aartsbisdom van Guatemala tegemoet dat de mijnbouw in San Marcos gezondheidseffecten zou veroorzaken bij de lokale bevolking (lees: inheemse bevolking). Het feit dat het ging om een noodstudie bracht echter de nodige beperkingen met zich mee. Het team was namelijk slechts ter plaatse gedurende één week. Daarnaast slaagden ze er in om amper 23 participanten te betrekken, waaronder geen kinderen, die het meest kwetsbaar zijn voor de inname van zware metalen, maar waarvoor de toestemmingsprocedure te veel tijd in beslag nam om hen te kunnen betrekken. De studie bestond erin stalen uit rivierwater, menselijke urine en bloed te onderleggen aan metaalonderzoek, waarbij de vergelijking werd gemaakt tussen de gegevens dichtbij en ver van de mijn.

Wat is dan het belang van deze studie? Deze wetenschappers beschikken over heel wat wetenschappelijke autoriteit. De gehanteerde onderzoeksmethoden beantwoorden aan alle internationale normen. Deze studie kan je dus niet, zoals zo vaak gebeurt, onder tafel schuiven als zijnde één of ander activistisch pamflet. Omwille van de beperkte mogelijkheden van de studie kunnen de onderzoekers slechts uitspraken doen over een beperkt aantal zaken. In een wetenschappelijke studie is het namelijk zo dat je heel zeker van je zaak moet zijn om verbanden te kunnen leggen. Daarvoor zijn veel meer participanten nodig en dient er een tijdslijn opgemaakt te worden die de evolutie van de gezondheidstoestand weergeeft. Het belang van deze studie is vooral het opmaken van een “baseline” een eerste gegevensbank, waar latere studies zich op kunnen baseren om zo’n evolutielijn op te maken.

Wat hebben de wetenschappers dan wel kunnen opmaken? De meest verontrustende conclusie is dat er in bloed en urine van mensen die dicht bij de mijn wonen wel degelijk hogere concentraties van bepaalde metalen werden in opgemeten, wat ook geldt voor het rivierwater dat dicht bij de mijn stroomt. Op het moment van het onderzoek overschreden niveaus van metalen echter nog niet de internationale gezondheidsstandaarden. Maar in overweging nemende dat de Marlin-mijn relatief recent is (5 jaar) en dat uit de internationale expertise van de onderzoekers blijkt dat eens de introductie van metalen in het ecosysteem heeft plaatsgevonden, deze enkel toeneemt, is de situatie redelijk alarmerend. De nood om meer en grotere studies uit te voeren is dus heel groot.

De wetenschappers benadrukken de verantwoordelijkheid van de Guatemalteekse overheid bij het beschermen van de volksgezondheid. De rol van de overheid in mijnbouw is er sinds de mijnbouwwet van 1996 één geweest van facilitator voor multinationale bedrijven, zowel wat betreft het ontwerp als de uitvoering van de regelgeving.

De reacties van de verantwoordelijke ministers waren wederom weinig verrassend, maar des te beschamend. Zo liet de minister van milieu weten dat hij de wetenschappelijkheid van de studie in twijfel trok en verwees naar een studie waar nooit iemand van gehoord zou hebben als tegenalyse, bovendien vergeleek hij de studie van PHR met een oude studie die niet aan de wetenschappelijke vereisten voldeed. De ene studie heeft echter in de verste verte niets met de nadere te maken. De vertegenwoordigers van het mijnbouwbedrijf moeten natuurlijk niet veel onderdoen. Een verwijzing naar het onderzoek dat uitgaat van Goldcorp zelf zou als tegenanalyse dienen. Maar waarom publiceren ze die onderzoeken niet, vraagt iedereen zich af. Bovendien, laten ze weten, werd de studie van PHR niet bevestigd door de Guatemalteekse overheid. De beperktheid van deze redenering hoeft niet verder toegelicht worden. Het wetenschappelijke, neutrale karakter van de studie maakt de regering en het bedrijf zichtbaar ongemakkelijk. “Kunnen we het niet over iets anders hebben?” hoor je ze denken.

Lees de studie van Physicians for Human Rights: http://physiciansforhumanrights.org/library/news-2010-05-18-english.html

Lees het verslag van Prensa Libre:
http://www.prensalibre.com/noticias/Estudio-contaminacion-metales-toxico…

Lees de reactie van de Minister van Milieu:
http://www.elperiodico.com.gt/es/20100525/pais/1c53337

Lees de reactie van Goldcorp:
http://www.prensalibre.com/opinion/nuevo-dicho-reporte_0_266973312.html

Auteur: Bart van Besien

Guatemalteekse regering schorst Marlin-mijn

Op 23 juni liet de Guatemalteekse president Colóm weten dat de regering de voorzorgsmaatregelen zou naleven die hen opgelegd werden door de Interamerikaanse Commissie voor Mensenrechten (IACMR), waaronder de schorsing van de Marlin-mijn. Deze voorzorgsmaatregelen werden opgelegd in het teken van een mensenrechtenstudie rond de Marlin-mijn in de westelijke hooglanden van Guatemala, beroemd om haar inheemse Maya-Mamcultuur. CATAPA is blij met deze beslissing aangezien we al sinds jaren actief zijn rond de Marlin-mijn.

IACMR is de mensenrechtencommissie die deel uitmaakt van de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS). Het onderzoek kwam er op vraag van 18 Maya-Mam gemeenschappen die in 2007 het nalaten van een lokale volksstemming rond het mijnbouwproject aankloeg, de kwalijke milieu –en gezondheidseffecten, alsook de sociale onrust die de mijn meebracht. IACMR verzocht de Guatemalteekse staat vijf voorzorgsmaatregelen te nemen ter bescherming van de lokale bevolking, totdat de zaak ten gronde kan bestudeerd worden in het aanhangende rapport. Naast de schorsing van de mijnbouw, werd ook geëist de waterbronnen te zuiveren, veiligheidsmaatregelen te nemen voor de actievoerders, gezondheid van de bevolking te behandelen en beschermingsmaatregelen te nemen.

Druk op de regering

De beslissing van de Guatemalteekse regering om de Marlin-mijn te schorsen, kwam als een verrassing. De president had eerder al laten weten dat er wat hem betrof geen redenen waren om een dergelijke schorsing uit te spreken. Het was dan ook verrassend dat de regering aan de IACMR uitstel aanvroeg om tot een besluit te komen. De druk vanuit het middenveld was echter toegenomen. Persconferenties van actievoerders, betogingen in de hoofdstad, en de druk van tal van binnen –en buitenlandse bewegingen rond milieu, mensenrechten en inheemse rechten verhoogden de druk op de regering. In een open brief herrinerden bisschop Ramazzini van San Marcos en nobelprijswinares Riguberta Menchú, president Colóm aan zijn politieke plicht, op te komen voor zijn volk wanneer mensenrechten in het gevaar dreigen te komen. Ook CATAPA zette haar sympathisanten ertoe aan druk uit te oefenen via een briefschrijfactie.

Maya’s versus mijnbouw

Het protest van de Mayagemeenshappen tegen mijnbouw is ondertussen een massabeweging geworden in het westen van Guatemala. Vorige week bracht het bezoek van de Speciale Gezant voor Inheemse Rechten zo’n 10.000 Maya’s te been in het departement Huehuetenango alleen. Hun strijdkreet luidt: “Neen aan mijnbouw, Ja aan het leven.” De bedreiging die mijnbouw uitoefent over hun historische territorium is dan ook niet min. Over het hele land heeft de Guatemalteekse staat 117 mijnbouwlicensies toegekend aan mijnbouwbedrijven. In de hooglanden van Huehuetenango en San Marcos betekent dat dat grofweg elke gemeenschap met mijnbouw te maken krijgt, zonder dat hen iets gevraagd werd.

De Maya-cultuur mag dan al te boek staan als een antieke cultuur, waarvan de tempelruïnes de enige getuigen zijn, het antwoord dat de gemeenschappen aan deze projecten bood, bewijst het tegendeel. Meer dan 600.000 Maya’s spraken zich uit tegen deze mijnbouwprojecten, in traditionele volksraadplegingen. Deze raadplegingen worden door de regering als niet-bindend gezien, maar dienen als enig alternatief bij gebrek aan adequate raadpleging door de regering zelf. De paradox hier is dat de komst van de mijnbouwbedrijven, die een complete negatie van de inheemse rechten en eigenheid inhoudt, dient als katalysator voor de heropleving van de inheemse identiteit, organisatie en protesten. Over het hele westen van het land kwam het Consejo de los Pueblos de Occidente (de Volksraad van het Westen) tot stand, die de beslissing van de volksraadplegingen in stand houdt, door op geregelde momenten samen te komen en met één luide en duidelijke stem te spreken.

Open pit mijnbouw

Het ontwikkelingsmodel dat open pit mijnbouw aanbiedt aan de inheemse bevolking, betekent een complete contradictie met alles waar deze culturen voor staan. Ondanks 500 jaar onderdrukking, discriminatie en armoede, blijven deze gemeenschappen trouw aan hun innige band met moeder aarde. “Wij zien de aarde als een moeder die ons borstvoeding geeft”, zegt zuster Maudilla López van FREDEMI, een actiegroep in San Miguel Ixtahuacán. “We zijn niet tegen ontwikkeling, maar we willen enkel ontwikkeling van het leven. De ontwikkeling die de mijn aanbiedt is ontwikkeling van de dood.”

In een bijzonder gecentraliseerd land, waar de hoofdstedelingen geen voeling hebben met de inheemse hooglanden, wordt het protest vaak gereduceerd tot een groepje fanatiekelingen die het gewoon niet begrijpen. In de economische analyse van de politieke en economische elite wordt het westen van Guatemala gezien als een vergeetput, waar de mensen maar al te blij horen te zijn dat hen mijnbouw wordt aangeboden. Het is het type van ontwikkeling dat compleet geen rekening houdt met de culturele en biologische eigenheid van deze, ondanks alles, adembenemend prachtige regio.

Het verlies aan natuurlijke rijkdom leest zich af in het beeld van hele bergen die tot gigantische zandputten worden gereduceerd. Om de edele metalen van het puin te scheiden wordt gebruik gemaakt van cyanide, waarvan het algemeen geweten is dat de inname van een rijstkorrel van deze stof de onmiddellijke dood betekent. Waarschijnlijk het meest kwalijke effect van deze mijnbouw is het vrijkomen van zware metalen in het rivierwater, wat de plaatselijke rivieren voor eeuwenlang dreigt te vergiftigen. De eerste gezondheidseffecten werden al vastgesteld in het bloed van de omwonenden door de onderzoekers van de Universiteit van Michigan.

Conflict in San Miguel Ixtahuacán

In het geval van de Marlin-mijn in San Miguel Ixtahuacán, San Marcos, uitgebaat door de Canadese mijnbouwgigant Goldcorp, kwam het protest er te laat. De mijn deed haar intrede onder leugenachtige strategieën. Toen de gronden werden gekocht van de arme campesino’s, werd hen niet verteld dat deze grond zou dienen voor mijnbouw. Leiders werden opgekocht om het protest te breken. Toen het protest enigszins vorm kreeg, moest het al opboksen tegen een bestaande mijn. Ondertussen is San Miguel een verdeeld gehucht geworden. Tegenstanders worden afgedreigd en durven in veel gevallen zich niet uit te spreken. Anderen werden door de handige advocaten van Goldcorp voor de rechtbank gedaagd en in sommige gevallen ook veroordeeld. Het protest in San Miguel is dan ook sterk verzwakt en kan alle steun gebruiken.

Het is dan ook nog niet duidelijk wat de gevolgen van deze schorsing zullen zijn. Eerst en vooral is het een ruggesteun voor het protest en een erkenning van de uitgesproken klachten. Anderzijds kan men vrezen voor verhoogde onrust en represailles nu de tegenstanders – tijdelijk – gelijk hebben gekregen.

Beslissing tot schorsing van de Marlin-mijn

De beslissing van de regering komt als een verrassing. Colóm werd drie jaar geleden verkozen als een sociaaldemocratische president en vormde naar eigen zeggen een regering met “Maya-gezicht”, maar leverde tot nog toe vooral teleurstelling op. Mijnbouwlicenties worden verlengd en mijnbouwbedrijven gaan ongestoord hun gang met de steun van het Ministerie van Energie en Mijnbouw. Het ontslag van de minister van dit departement op dezelfde dag als de beslissing tot schorsing van de Marlin-mijn kan erop duiden dat de president intern met conflicten aan het afrekenen is. Is hij dan eindelijk de kant aan het kiezen van de Maya’s die hem de verkiezingsoverwinning hebben opgeleverd?

We wachten hoopvol meer informatie af over de schorsing, want voorlopig kunnen we enkel de korte boodschap van de president in de persconferentie (Spaans) van gisteren trachten te interpreteren. Over het hoe en wanneer blijft het voorlopig onduidelijk.

Auteur: Bart van Besien