De bewoners van Cajamarca bereiden zich voor op Consulta Popular

In 2003 streek het Zuid-Afrikaanse mijnbouwbedrijf AngloGold Ashanti neer in Colombia. Vier jaar lang gingen ze op zoek naar goud en kochten ze mijnbouwconcessies op in het hele land. In 2007 vond het bedrijf eindelijk waar het op gehoopt had: gigantische goudreserves in de ondergrond van de gemeente Cajamarca in het departement Tolima.

Het La Colosa-project veroorzaakte meteen nationale en internationale verontwaardiging aangezien het project zou leiden tot ontbossing, gebruik van enorme hoeveelheden water, vervuiling van lucht en grondwater en sociale spanningen. Bovendien zou de Páramos in gevaar komen, een uniek stuk natuur waar de voornaamste rivieren van Colombia ontspringen. Omdat Cajamarca niet enkel gekend is voor z’n vruchtbare landbouwgronden die het hele land helpen voorzien, maar ook omdat het de plaats is waar één van de meest belangrijke ecosystemen bestaat, zou een dergelijke ingrijpende onderneming dan ook een regelrechte ramp betekenen (Carlier, 2016).

Hoewel Cajamarca de kern van het mijnbouwproject uitmaakt, was het vooral het referendum in Piedras die als mijlpaal in het verzet tegen grootschalige mijnbouw gezien wordt. Dit referendum, dat als antwoord diende op de mogelijkheid of AngloGold Ashanti een dam door hun grondgebied wou bouwen, bracht maar liefst 60% van de bevolking op de been en had een verpletterend 99% NO votes als resultaat. Deze uitslag was een belangrijke tegenslag voor het mijnbouwbedrijf (Higginbottom, 2016).

Het inspireerde dan ook vele andere gemeenschappen, waaronder Tauramena, Cabrena en Cajamarca, om zich door middel van een consulta popular tegen de plannen te verzetten (Garcia, 2017). Dit grondwettelijk mechanisme is gebaseerd op de principes van territoriale autonomie en decentralisatie van besluitvorming. Volgens artikel 33 uit de wet over de werking van gemeenten, is een gemeente zelfs verplicht een consulta popular te houden wanneer een mijnbouwproject een significante verandering van het grondgebruik in de gemeente dreigt te veroorzaken (Hoff, 2015). De Cajamarcunos slaagden erin 5000 handtekeningen te verzamelen, waardoor de gemeenteraad verplicht is een stemming te houden over een mogelijke volksraadpleging (Carlier, 2016). Deze werd uiteindelijk gepland op 26 maart.

Toch wordt deze positieve ontwikkeling bemoeilijkt door twee factoren. De eerste ligt in het feit dat de volksraadpleging gepland werd voor 26 maart. Deze korte periode maakt het de lokale bevolking des te moeilijker om tijdig geld bijeen te krijgen om campagnes ter bewustwording van de negatieve impact van de mijnbouw uit te werken. Bovendien was de verkiezing voor een nieuwe burgemeester gepland voor 12 maart. Daardoor mocht er geen campagne gevoerd worden tegen de mijnbouwprojecten, aangezien twee campagnes voor verwarring zou zorgen bij de lokale bevolking (Garcia, 2017).

Ten tweede is de Colombiaanse president Santos een grote voorstander van de mijnbouwsector. Hij beschouwt deze immers als een cruciaal onderdeel van zijn ontwikkelingsplan voor het land (Carlier, 2016). Daarom worden vanuit de overheid decreten uitgeschreven die aanpassingen aanbrengen aan bepaalde wetten die de lokale besluitvorming ondermijnen. Vlak voor de consulta popular van Piedras vaardigde de administratie Santos bijvoorbeeld een decreet uit waarin wordt gesteld dat lokale overheden enkel autoriteit hebben over grondgebruik, niet over ondergrondgebruik. Lokale gemeenten hebben met andere woorden geen autoriteit om mijnbouw in hun gebied te verbieden aangezien alles in de ondergrond aan de staat toebehoort (Hoff, 2015).

Ondanks deze tegenslagen is het referendum in Piedras kunnen doorgaan. Dat geeft hoop voor de inwoners van Cajamarca om te blijven strijden: si a la vida, no a la Colosa!

Bronnen

Carlier, B. (2016). Alleen radicale democratie kan de ongebreidelde ontginningsdrift in Colombia nog stoppen. Geraadpleegd op 15 maart 2017, van

http://www.mo.be/wereldblog/geen-echte-vrede-colombia-zonder-radicale-democratie-0

Garcia, R.A. (2017). Ante La Falta De Garantias De La Consulta Popular De Cajamarca, La Solidaridad Y El Compromiso Son La Salida. Geraadpleegd op 15 maart 2017, van  https://comiteambiental.com/ante-la-falta-garantias-la-consulta-popular-cajamarca-la-solidaridad-compromiso-la-salida/

Higginbottom, A. (2016). To Mine or Not to Mine, That Is the Question. Geraadpleegd op 15 maart 2017, van http://colombiasolidarity.org.uk/articles/53-analysis/621-to-mine-or-not-to-mine

Hoff, A. (2015). Lokale participatie de kop ingedrukt. Geraadpleegd op 15 maart 2017, van http://www.mo.be/wereldblog/lokale-participatie-de-kop-ingedrukt-colombia

Soto, M.G. (2017). Ibagué will be the first city in the world to take mining to public scrutiny. Geraadpleegd op 15 maart 2017, van

http://www.yestolifenotomining.org/ibague-will-be-the-first-city-in-the-world-to-take-mining-to-public-scrutiny/

Volksraadpleging van Cajamarca zou eind maart doorgaan

Volksraadpleging van Cajamarca zou eind maart doorgaan.

Gevolg gevend aan de uitspraak van de Administratieve Rechtbank van Tolima zou de volksraadpleging rond de mijnbouw in Cajamarca uitgeschreven worden door de burgemeester op een van de laatste twee zondagen van de maand.

Naar verluidt zou het stadsbestuur van Cajamarca voorzien om in de komende uren het oproepingsdecreet te publiceren dat de opgeschorte volksraadpleging rond de mijnbouw verder uitwerkt. Dit gezien geopperd wordt, na het recente vonnis van de Administratieve Rechtbank van Tolima dat grondwettelijkheid toekende aan het kiesmechanisme en aan een deel van de vraagstelling, dat dit het deel is dat ter stemming moet voorgelegd worden.

Het vonnis werd op 19 januari betekend aan voornoemde stadsbestuur dat tot deze donderdag de 26° januari zou hebben om de volksraadpleging bijeen te roepen, op basis van artikel 33 van de Wet 1757 uit 2015, en volgens enkele juridische principes zou de volksraadpleging zelf binnen de 60 dagen na de betekenis van het vonnis moeten doorgaan, zeg maar als uiterste datum de 19° maart.

Maar van de kant van het Stadsbestuur maakt men de analyse om de datum naar 26 maart te verschuiven, gezien de Bevolkingsdienst ongeveer 15 dagen zou nodig hebben om de stemming logistiek te organiseren, omdat er voorzien is om op 12 maart buitengewone verkiezingen te houden voor burgemeester in dezelfde gemeente, en, zoals de Secretario del Interior* Ricardo Orozco verzekerde, kunnen beide verkiezingen niet samenvallen op dezelfde dag maar zou de volksraadpleging (slechts enkele?) dagen na de burgemeestersverkiezing gehouden worden. (N.v.d.v: de burgemeester van Cajamarca is onlangs overleden en moet herkozen worden.)

Zodoende zou de vraag die de Cajamarcanen moeten beantwoorden zijn: “Gaat u ermee akkoord, Ja of Nee, dat er in de gemeente van Cajamarca projecten van mijnbouwactiviteit worden uitgevoerd?”

Concepten.

We herinneren er aan dat de uitspraak in eerste aanleg van de Staatsraad (die de grondwettelijke waarborg wijzigde die de Rechtbank van Tolima aan de vraagstelling had toegekend) aangevochten werd: zowel door het promotiecomité voor de volksraadpleging van Cajamarca als door de multinational Anglogold Ashanti dat het kiesproces aanvocht, van mening dat het zijn fundamentele rechten schond.

Niettegenstaande de aanklachten ontvankelijk verklaard werden door de Staatsraad om in tweede aanleg onderzocht te worden, handelde de Administratieve Rechtbank van Tolima conform de eerste beslissing en besloot daarom het onderzoek te klasseren.

Sommigen zijn echter van mening dat als de vraagstelling verandert, de regel dan voorschrijft dat de nieuwe vraag gevalideerd moet worden door het promotiecomité, en ondersteund door een nieuwe hoeveelheid handtekeningen verzameld bij de bevolking. Anderen houden vol dat de vraag niet veranderde maar ingekort werd.

Maar zelfs zo, oordelen sommigen dat het proces opnieuw afgeremd zou kunnen worden tegenover nieuwe eisen, gezien de vraagstelling die als grondwettelijk verklaard werd de mogelijkheid opent om eender welk soort mijnbouw te verbieden en niet de “vervuilende” waarnaar in de eerste vraagstelling gerefereerd werd.

Burgemeestersverkiezingen.

Een opvolgingscomité voor de verkiezingen, opgeroepen door de Departementsregering, werd gisteren samengesteld om te onderzoeken welke voorzorgsmaatregelen moeten genomen worden om de burgemeestersverkiezing te houden, hoewel geen van beide potentiële kandidaten zich ingeschreven heeft, al worden ze ervan beticht om reeds campagne te voeren.

Men verwacht zich aan 43 stemburelen in de stedelijke zone van Cajamarca en in de landelijke zones van Anaime en Cajones. De politie in uniform zal ontplooid worden voor de begeleiding in het stadscentrum terwijl het leger aanwezig zal zijn om de veiligheid te verzekeren in de landelijke zones.

Het stadsbestuur van Cajamarca maakte bekend dat het zaterdag het decreet uitvaardigde voor de kiescampagne, ook al zijn er geen kandidaten voor, en al zou er een onderzoek lopen naar de kandidaten vanwege de Nationele Kiesraad, nadat de MOE alarm sloeg. (MOE = Electorale Observatie Missie die in dit geval lijkt op te treden omdat beide vermeende kandidaten reeds campagne zouden voeren vooraleer ze zich officieel kandidaat stelden en hiermee de wet overtreden. Nvdv.)

* Secretario del Interior: Ambt op niveau van de departementen in Colombia met bevoegdheden als: administratie, maatschappelijke harmonie, mensenrechten, democratie, publieke orde, ontwikkeling, burgerparticipatie…

Bron: http://www.elnuevodia.com.co/nuevodia/actualidad/politica/300846-consult…

 

COMUNICADO A LA OPINIÓN PÚBLICA EQUIPO PROMOTOR DE LA CONSULTA POPULAR DE CAJAMARCA.

28 de Febrero de 2017

El equipo Promotor de la Consulta Popular de iniciativa ciudadana de Cajamarca expresa lo siguiente frente a la fijación de fecha para la realización de este mecanismo de participación por parte de la Alcaldesa (E) en la Despensa Agrícola de Colombia.

1. La Alcaldesa (E) de Cajamarca de manera unilateral tomó una decisión en contravía de lo planteado por el Equipo Promotor en una carta presentada a la administración el pasado 1 de febrero, en donde se solicitaba que la fecha de la Consulta fuese el próximo 23 de abril del presente año. Esperamos que esta no sea otra maniobra para dilatar el proceso de la consulta de parte de la administración municipal y la empresa minera presente en el municipio.

2. La fecha del 26 de marzo propuesta por la Alcaldesa (E) de Cajamarca para la Consulta Popular no da las garantías necesarias para realizar este mecanismo de participación, porque no permite que la Registraduría pueda desarrollar todo el proceso de inscripción de equipos promotores, presentación de listas, sorteo y capacitación de jurados, y no habría tiempo suficiente para realizar las campañas a favor y en contra, todos los ciudadanos cajamarcunos no alcanzarían a entender el objetivo la consulta y sus implicaciones de votar SI o NO. Es por esto que solicitamos a la Registraduría que presente una propuesta de fecha que brinde estas garantías.

3. La fecha del 26 de marzo es una fecha inconveniente porque 15 días antes se realizará elecciones atípicas para elegir un nuevo alcalde para el municipio. Un municipio no debería realizar dos procesos electorales en el mismo mes, puesto genera un desgaste institucional y ciudadano significativo que no beneficia ninguna de las dos contiendas.

4. No obstante la fijación de la fecha para la realización de la consulta reafirma que las Consultas Populares en temas mineros son legales y constitucionales, es por eso que el equipo promotor invita a toda la ciudadanía a participar de manera activa en este mecanismo de participación. El pasado 26 de febrero el municipio de Cabrera – Cundinamarca le dijo NO a la minería y los proyectos hidroeléctricos, ahora es el turno para que Cajamarca diga NO a la minería en la Despensa Agrícola de Cajamarca

Publieke mededeling van het Comité voor Volksraadpleging

Op 4 november keurde de Administratieve Rechtbank van Tolima de volksraadpleging van Cajamarca goed. Deze beslissing werd schriftelijk meegedeeld aan het Comité voor de Volksraadpleging, de Dienst Bevolking (Registraduría), de Gemeenteraad en het Stadhuis van Cajamarca op 8 november. De lokale mandataris had 8 werkdagen de tijd om de datum van de raadpleging administratief vast te leggen. De burgemeester wachtte echter tot deze termijn helemaal verstreek om op de laatste dag (21 november) de datum van de volksraadpleging op onverantwoorde wijze vast te leggen voor zondag 27 november.
 ©Bart Carlier

©Bart Carlier

Dit zou betekenen dat het electoraal bureau van Colombia op 6 dagen tijd alles zou moeten organiseren. De Werkgroep voor de Volksraadpleging van de burgers van Cajamarca klaagt dit onder andere aan in hun tweede publieke mededeling. Volgens hen is het essentieel dat alle inwoners van de gemeente zich informeren over de omvang en de verantwoordelijkheid dat hun participatie in het referendum impliceert. Deze beslissing veroorzaakte dan ook frustratie binnen de gemeenschap en bij de publieke opinie door het proberen schenden van het fundamentele recht op participatie.

Vervolgens riep de burgemeester op om op 25 november, in overleg met de Werkgroep voor de Volksraadpleging van de burgers van Cajamarca en de Griffier, een nieuwe datum vast te leggen. Ondanks dat de werkgroep een voorstel deed voor 26 februari 2017, dit om het fundamentele recht op participatie van de burger te kunnen waarborgen, is beslist het referendum 22 januari 2017 door te laten gaan.

 ©Bart Carlier

©Bart Carlier

 

PUBLIEKE MEDEDELING VAN HET COMITÉ VOOR VOLKSRAADPLEGING IN CAJAMARCA

29 NOVEMBER 2016

Het comité voor volksraadpleging in Cajamarca wil aan de bevolking mededelen dat het mijnbouwbedrijf Anglogold Ashanti afgelopen 18 november een vordering voorlegde op de Raad van State tegen de administratieve rechtbank van Tolima omdat deze het concept van Constitutionaliteit van de eerste volksraadpleging op burgerinitiatief van het land heeft bekendgemaakt. Anglogold oppert in deze brief dat zij zes mijnbouwconcessie-contracten in hun bezit hebben, waaronder het mijnproject la Colosa, met een oppervlakte van 15.000 hectare en een investering van 367 miljoen.

De Magistraat van de Raad van State van de vijfde sectie, Carlos Enrique Moreno Rubio, heeft afgelopen 23 november een uitspraak uitgevaardigd. Deze beslissing werd genotificeerd aan de regionale administratieve rechtbank van de provincie Tolima, de nationale Registraduría van de Burgerlijke Staat, de gemeenteraad en de burgemeester van Cajamarca op 28 november. De uitspraak geeft een tijdsruimte van drie dagen aan de genotificeerden om deel te nemen in het proces van de vordering en verwerpt de voorlopige maatregelen die werden aangevraagd door het bedrijf Anglogold Ashanti. Het identificatienummer van het proces is 11001-03-15-000-2016.

Het steuncomité wil dan ook de nationale en internationale gemeenschap erop wijzen dat het bedrijf Anglogold Ashanti de democratie en het constitutionele recht van het volk van Cajamarca niet respecteert door te beslissen over de uitvoering van deze vervuilende  mijnbouwprojecten op hun grondgebied. Zo leggen zij, op een onzichtbare manier, een mijbouwdictatuur op, die zowel de wil van het volk als de sociale rechtsstaat verwerpt. Op dit ogenblik verzet zo’n 80% van de bewoners van de gemeente zich tegen het mijbouwproject La Colosa en tegen de aanwezigheid van Anglogold Ashanti in Cajamarca.
 ©Bart Carlier

©Bart Carlier

We herhalen dat volksraadplegingen in het kader van mijnbouw-thema’s volstrekt legaal en grondwettelijk zijn; dit is een adequaat mechanisme die de sociale licentie en het fundamentele recht op deelname aan de democratie vertegenwoordigt.

We doen hierbij een internationale, nationale en regionale oproep tot solidariteit met de sociale, vreedzame, niet gewelddadige en participatieve mobilisatie die de stedelijke en landelijke gemeenschap van Cajamarca op doet komen voor de bescherming van het water, het leven en het grondgebied. We eisen aan de Colombiaanse Staat het colombiaanse rechtskader en de rechten van de gemeenschap, landbouw en de democratie te doen gelden. We zullen nooit accepteren dat men ons een mijnbouwdictatuur opdringt die de gemeenschappen verscheurt en die nieuwe soorten van geweld genereert.

We eisen het onmiddellijke vertrek van het bedrijf Anglogold Ashanti uit de gemeente Cajamarca en verklaren het bedrijf als een schadelijke en ongewenste acteur vanwege haar anti-democratische praktijken en haar ontkenning van de colombiaanse normen. Het mag niet worden vergeten dat dit mijnbouwbedrijf internationaal is aangeklaagd wegens schending van de mensenrechten in gemeenschappen van de Democratische Republiek Congo en in Ghana.

Ongeacht de vertragingen, belemmeringen en sabotage die Anglogold tentoonspreidt en de politieke stromannen en verdediger die het bedrijf inzet, verklaren wij dat we standvastiger zullen zijn dan ooit tevoren, dat onze waardigheid en eerlijkheid niet te koop is. We zullen met al onze krachten het collectieve recht op een gezond milieu verdedigen, alsook de fundamentele rechten op democratische deelname, gezondheid en leven van onze kinderen en families. Cajamarca is Colombia.

ROBINSON ARLEY MEJIA ALONSO
Bos-ingenieur
Mensenrechtenactivist en verdediger van het territorium
COSAJUCA
Colectivo Socio-Ambiental Juvenil de Cajamarca

Update Consulta Popular in Ibagué

Sinds de stemming over het vredesakkoord is geweest gaat de campagne voor de Consulta popular een sneltreinvaart. Het is voor de Ibaguereños duidelijker dat ‘Vota no’ doelt op de Consulta popular minera. Daarnaast willen meer en meer mensen publiciteit op en in hun huizen, auto’s en winkels.

Groeiend protest en steun voor de Consulta popular

Het straatbeeld van Ibagué spreekt zich steeds meer uit tegen de mijnbouw en de Consulta popular is steeds meer aanwezig. De gota’s (posters en flyers van waterdruppels) en muurschilderingen over mijnbouw en zijn op steeds meer plekken te zien. De stapels flyers, posters en stickers vliegen de deur van het campagne-kantoor uit. Het comité gaat van charla naar charla (praatjes/presentaties) op scholen waar ouders bij elkaar komen, vereda’s, wijkbijeenkomsten, colleges op de universiteit en andere plekken waar veel mensen bij elkaar komen. De vergaderingen over de campagne voor de Consulta popular zijn inmiddels verplaats van het campagne-kantoor naar een audiotorium van de universiteit. Dit is ook hard nodig. De zaal heeft stoelen voor 400 mensen maar dat was afgelopen vrijdag niet genoeg. Zo’n 500 mensen kwamen naar de bijeenkomst om hun bijdrage te leveren aan het vermeervoudigen van de informatie over mijnbouwproblematiek en de Consulta popular.

Daarnaast is ook de gemeente actief begonnen om mensen op te roepen om te gaan stemmen op 30 oktober. Dit doet de gemeente door middel van flyers en reclame op billboards en in bushokjes. Deze oproep is enkel een uitnodiging om te gaan stemmen waarbij geen stemadvies wordt gegeven. Daarnaast merken we ook dat tijdens bijeenkomsten al voor dat iemand van Comité Ambiental aan het woord is geweest mensen hun zorgen uiten over de mijnbouwplannen in hun gemeente en een oproep doen om te gaan stemmen op 30 oktober. Dit betekend dat meer en meer mensen de informatie aan het bestrijden is. Waar we natuurlijk uitermate blij mee zijn.

Het straatbeeld, het aantal mensen dat aan geeft mee te willen helpen campagne voeren en op straat en tijdens charla’s; een luid No a la mina! laat denken dat de Consulta popular makkelijk te winnen is. Toch bestaat er nog een groot obstakel; de opkomst. Enkel een grote nee! is niet genoeg. Minimaal 130.000 mensen (33%) zullen hun weg naar de stembus moeten vinden wil de Consulta popular geldig zijn.

De opkomst

Colombia heeft wereldwijd een van de laagste opkomstpercentages en tijdens de Plebiscito over de vrede stemden maar 37% van de stemgerechtigden. Dat terwijl de Plebiscito weken lang de nationale media heeft beheerst en zelfs veel internationale aandacht heeft gekregen. De opkomst in Ibagué was relatief ‘hoog’, namelijk 46,49%. Maar zullen deze mensen minder dan een maand later nog een keer gaan stemmen?

Stemmen kan niet altijd om de hoek.

De campesinos in de vereda’s moeten vaak ver reizen om hun stem uit te kunnen brengen. Maar ook voor mensen waarvan het cedula (persoonsbewijs) aan de andere kant van de stad is geregistreerd is stemmen een behoorlijke klus. We horen vaak dat mensen minimaal een uur onderweg zijn om naar de plek af te reizen waar ze hun stem uit kunnen brengen. Daarnaast horen we vaak dat mensen helemaal geen cedula in Ibagué hebben terwijl ze daar wel wonen. Iemand machtigen bestaat helaas niet tot de mogelijkheid.

Atypische verkiezingen

De Consulta popular is een zogenaamde ‘elecciones atípicas’. Dit zijn verkiezingen die op lokaal niveau plaatsvinden en gaan over bijvoorbeeld het verkiezen van een burgemeester. Dit heeft als gevolg dat maar de helft van het aantal tafels per stempunt zal worden ingezet. De ervaring leert dat de meeste mensen gaan stemmen tussen 2 en 4 uur ’s middags, met de grootste piek tussen half 4 en 4. De halvering van de tafels kan zorgen voor lange rijen. Om 4 uur sluiten de stemlokalen en helaas ook voor de mensen die op dat moment in de rij staan. Dit kan ervoor zorgen dat mensen die wel hun weg naar de stembus vinden uiteindelijk toch niet kunnen stemmen. Daarom roepen we iedereen ook op om vroeg te gaan stemmen.

Informatie over mijnbouwplannen en Consulta popular

In Colombia bestaat geen stemplicht en een oproepingsbrief of stempas wordt niet thuisgestuurd. Colombianen moeten dus via de media, campagnecomité´s, publiciteit op straat en gesprekken met vrienden en familie te weten komen dat een stemming plaats gaat vinden. Het is daarom belangrijk dat de informatie over de Consulta popular en de mijnbouwplannen verspreid wordt. Ondanks dat de mijnbouwproblematiek en de Consulta popular steeds meer leeft onder de Ibagurenos komt het nog steeds regelmatig voor dat mensen nog niet (helemaal) op de hoogte zijn van de toekomstplannen die Anglogold Ashanti voor de regio in petto heeft. Ook denkt een enkeling dat het gaat om een kleinschalig en verantwoord project dat enkel in naburige gemeente Cajamarca wordt uitgevoerd. Maar deze informatie is tegenstrijdig met de daadwerkelijke plannen van het mijnbouwbedrijf waarbij 53% van het grondgebied van Ibagué geconcessioneerd is voor grootschalige mijnbouw met gebruik van explosieven en chemicalien.

Daarnaast weet nog niet iedereen dat ze het recht hebben om te stemmen over de grootschalige mijnbouw in Ibagué en nog minder weten wanneer dat precies kan. De verandering van de datum (de oorspronkelijke datum was 2 oktober maar moest de Consulta popular moest verplaats worden vanwege de Plebiscito) heeft voor veel verwarring gezorgd. Op de dag van de Plebiscito kregen we ook veel vragen van mensen waar ze konden stemden over de mijnbouw omdat ze dachten dat het op dezelfde dag zou zijn. Gelukkig merken we dat steeds meer mensen op de hoogte zijn van de datum van de Consulta popular.

Comité por la abstención

Naast niet gaan stemmen vanwege de praktische redenen of omdat de informatie hen niet is toegekomen bestaat voor een aantal mensen ook een meer politieke reden om niet te gaan stemmen. Omdat de burgemeester van Ibagué de Consulta popular mogelijk heeft gemaakt zien sommigen het als een politiek platform van diezelfde burgemeester. Het niet eens zijn met het beleid van de burgemeester of zijn manier van werken kan daarom een motief zijn om niet te gaan stemmen.

Naast het Comité por el No, waar Comité Ambiental deel van uitmaakt, heeft ook een Comité por la abstencion zich geregistreerd. Dit comite roept op om niet te gaan stemmen en de baas van Anglogold Ashanti in Tolima maakt hier deel van uit. In plaats van de Consulta popular minera noemen ze het Consulta de Jaramillo (Jaramillo is de burgemeester van Ibagué) Het Comité beweerd dat de Consulta popular illigaal is en dat de vraag die aan de Ibaguereños wordt voorgelegd niet juist geformuleerd is. Dit terwijl de administratieve rechtbank van Tolima zowel de Consulta popular als de daarbij behorende vraag heeft goedgekeurd. Ook benoemd dit comité de kosten van de Consulta popular en laat denken dat dit door de gemeente Ibagué betaald wordt terwijl dit door de centrale overheid betaald moet worden. Naast deze ‘argumenten’ noemen ze nog een aantal economische reden om niet te gaan stemmen die afgezien van dat ze voor een groot deel gebaseerd zijn op onwaarheden niets met mijnbouw te maken hebben.

Op dit moment horen we niet ontzettend veel steun voor het comite por la abstencion en we horen zelfs vaker dat mensen die normaal nooit gaan stemmen nu wel willen gaan stemmen. Mensen zijn steeds meer geinteresseerd in het thema. Daarnaast vind men het fijn dat de campagne geen politieke campagne is in de zin van het niet iets is van een politieke partij of politicus.

Hoeveel mensen hun weg naar de stembus zullen vinden zal af hangen van wat er nog allemaal gaat gebeuren. Welke leugens/ideeen gaat het Comité por la abstención nog verspreiden?

 

Update door Naomi Geleen.

Foto-essay: Meer problemen voor Colombia, de intrede van grootschalige mijnbouwprojecten

Colombia begeeft zich dit jaar al 50 jaar in een intern conflict en er blijven maar problemen bijkomen. Colombia staat te koop, de afgelopen 12 jaar is er voor meer dan 1,5 miljoen hectare aan grond verkocht aan buitenlandse multinationals. Uiteindelijk zal hier maar een klein deel van gebruikt worden voor mijnbouw, de dreiging is echter overal te voelen. De bevolking vreest dat de multinationals die hun grondgebieden intreden weinig rekening zullen houden met lokale ecosystemen en gemeenschappen zullen ontwrichten.

Door Bram Ebus

Grote milieuconflicten verspreid over heel Latijns-Amerika zijn meestal veroorzaakt door de extractieve industrie. De situatie in het gehele continent geeft het Colombiaanse middenveld weinig vertrouwen voor een andere situatie in Colombia. Op dit moment zijn de meeste projecten nog in ontwikkeling, maar is er reeds veel verzet tegen de door de overheid benoemde ‘energie en mijnbouw locomotief’ die de Colombiaanse economie moet gaan trekken. Nu al zijn er talloze slachtoffers gerelateerd aan de intrede van de transnationale mijnbouwindustrie. Onder meer verdwenen activisten, vermoorde vakbondsmannen, bedreigde gemeenschapsleiders en het grote milieurisico zorgden voor een groot aantal nationale protesten, wegblokkades en wijdverspreide acties tegen de komst en de start van grootschalige mijnbouwprojecten in de nabije toekomst.

In de provinciehoofdstad van Tolima, Ibagué, kwamen op 5 juni 2013 duizenden mensen bijeen om te demonsteren tegen het extractieve overheidsdiscours en het megaproject La Colosa van goudmijnbouwreus AngloGold Ashanti. La Colosa zal volgens de Brits- Zuid-Afrikaanse multinational zelf de grootste goudmijn van Latijns Amerika zou moeten worden.

Een inwoner van Cajamarca-Tolima kijkt uit over de heuveltoppen waar het La Colosa project zal worden uitgevoerd, de geplande ‘open-pit’ mijn zal niet alleen een enorme krater in het landschap achterlaten.. Zijn regio die ook wel de ‘landbouw provisiekast’ van Colombia wordt genoemd, verzorgt onder meer het grootste gedeelte van de voedsel- en watervoorziening van hoofdstad Bogota waar meer dan 10 miljoen mensen leefzaam zijn. Tolima als landbouwprovincie zal bedreigd worden door AngloGold Ashanti, daarbij is goudmijnbouw een van de meest waterintensieve industriëen en brengt een groot risico op vervuiling met zich mee. De concessie van AngloGold Ashanti bevindt zich met 50 hectaren in een beschermde paramo (nevelwoud) en nabij de vulkaan Machin..

Ook in de afro-Colombiaanse traditionele mijnbouwersgemeenschappen Suárez-La Toma in het noorden van de provincie Cauca, probeerde AngloGold Ashanti binnen te komen. Uiteindelijk verliet AngloGold Ashanti de regio omdat de goudreserves in Tolima interessanter zouden zijn. Het vermoeden is echter dat AngloGold Ashanti is gezwicht onder internationale druk toen zij in deze regio sterk werden gelinkt aan de Aguilas Negras (Zwarte Adelaars), een para-militaire groepering die de tegenstanders van grootschalige-mijnbouwprojecten als ‘militair-doelwit’ hadden aangestipt. Daarnaast waren zij simpelweg niet welkom. Volgens de International Labour Organization moeten inheemse (en in Colombia afro-) gemeenschappen geconsulteerd worden. Dit gebeurde niet terwijl de gemeenschap zich vrijwel unaniem tegen de komst van het bedrijf opstelde.

Para-militairen en guerilla groeperingen blijven dominant aanwezig in de Cauca provincie. Op 30 september 2013 werd een milieu-activiste voor de ogen van haar eigen kinderen vermoord in Cauca. Zij sprak zich openbaar uit tegen AngloGold Ashanti, dat mijnbouwconcessies kocht voor het gehele oppervlak van haar gemeente.

Terwijl het bedrijf probeert de lokale bevolking in te palmen met beloftes over werkgelegenheid, infrastructurele voorzieningen en economische vooruitgang, stuit dit veelal op ongeloof. De negatieve gevolgen van de megaprojecten lijkt de (lokale bevolking) meer ongerust te maken dan dat er in een positieve ontwikkeling wordt geloofd.

In Doima-Tolima verzetten de lokale inwoners zich tegen de komst van AngloGold Ashanti dat in de buurt een militair bataljon tot haar beschikking heeft. In totaal wordt 30% van het budget van het Colombiaanse Ministerie van Defensie besteed aan het beschermen van buitenlandse multinationals en haar projecten.

Doima is een dorp gelegen in de gemeente Piedras, hier werd op 28 juli 2013 de eerste consulta popular (volksreferendum) ooit in Colombia gehouden. Een stemming voor of tegen de komst van een project van AngloGold Ashanti. Met een hogere opkomst dan bij de nationale verkiezingen, stemde 98% van de inwoners tegen het project.

De uitbundig gevierde overwinning was echter niet meer dan een klap in het sociale gezicht van de multinational. AngloGold Ashanti liet weten de beslissing te accepteren, maar door te gaan met het ‘socialiseren’ van hun project, omdat de lokale bevolking volgens het bedrijf niet zou weten welke lokale vooruitgang zij anders zouden mislopen. De nationale overheid juichde de consulta toe, maar meldde dat het geen bindend referendum was, mijnbouw is namelijk van overtreffend nationaal belang.

Tijdens de consulta popular, ging de nationale staking van de kleinschalige mijnbouwsector de 12de dag in. De ‘goudberg’ met het dorp Marmato op de top, liep langzaam leeg toen traditionele mijnbouwers een lagergelegen doorgangsroute blokkeerden. Hun belangrijkste claim is dat hun levensvoorziening wordt bedreigd door het Canadese goudmijnbouwbedrijf, Gran Colombia Gold.

De mijnbouwers organiseerden zich om hun traditionele vorm van mijnbouw te beschermen, in Marmato-Caldas wordt al sinds de invasie van de Spanjaarden goud ontgonnen. Door de komst van het Canadese Gran Colombia Gold, vrezen de meeste mijnbouwers hun werk te verliezen.



Hevige clashes tussen de goed voorbereide traditionele mijnbouwers en de om het gebruik van buitenproportioneel geweld bekend staande ESMAD (mobiele anti-rel politie) zorgden tijdens de nationale protesten alleen maar voor meer criminalisering  en onderdrukking voor de reeds zwaar onder vuur liggende sector.


Ook in Aguachica-Cesar, kwamen de kleinschalige mijnbouwers (voornamelijk uit Sur de Bolívar) bij elkaar. Een groep van bijna vierduizend, kampeerde een maand langs een van de belangrijkste doorgangsroutes tussen Bogota en de Noordkust.


Verschillende onderhandelingsrondes met de staat, leverde geen vruchtbare akkoorden af. De mijnbouwers die veelal slachtoffers zijn van het interne conflict, zijn meestal al verschillende keren op de vlucht geweest en vrezen opnieuw slachtoffer van onteigening te worden.


Met name AngloGold Ashanti kocht veel concessies in de mijnbouwregio Sur de Bolívar, vele mijnbouwers vrezen opnieuw van hun terreinen gedreven te worden. Mede dankzij de toegenomen aanwezigheid van het leger in de regio.

De vakbond van kleinschalige mijnbouwers in Sur de Bolívar ligt continue onder vuur. Door de hoge guerrilla-aanwezigheid in de streek, worden de kleinschalige mijnbouwers vaak gedwongen een deel van hun inkomsten af te staan. Het nabij gelegen legerbataljon zet de mijnbouwers sinds de interesse van multinationals in de regio hevig onder druk. Volgens een ooggetuige heeft het leger zich hier onder meer schuldig gemaakt aan moord op een vakbondsman, terwijl ook  bekend is dat zij de interesses van AngloGold Ashanti beschermen.


De traditionele mijnbouwers beschikken niet altijd over de benodigde legale papieren. De mijnbouwcode van 2001, ingefluisterd door de Canadese mijnbouwlobby, maakt het hun onmogelijk om verplichte formaliseringen door te voeren. De kosten liggen veelal te hoog, daar zij geen steun van de eigen overheid krijgen. Bovendien zijn ze vaak niet geinformeerd over de benodigde stappen tot formalisering.

De kleinschalige mijnbouwers in Sur de Bolívar maken vaak lange dagen in zuurstofarme tunnels. Lokale mijnbouwers vertellen dat zij gevlucht zijn tijdens perioden van geweld elders in Colombia. Het zware werk in de mijnschachten, biedt echter een uitkomst om te overleven en voor hun families te kunnen zorgen.

De overheid blijkt geen intenties te hebben om de status van de talloze kleinschalige mijnbouwers te formaliseren en hun te helpen in betere omstandigheden te werken. De mijnbouwlocomotief is immers op gang gekomen. De kolengiganten in het Noorden van Colombia lappen de Colombiaanse milieu-wetgeving al structureel aan hun laars, AngloGold Ashanti heeft ook al vele milieu-wetten overtreden zonder reeds 1 gram goud te ontginnen. Het leger als zowel para-militaire groepen maken dankbaar gebruikt van het groot kapitaal dat Colombia binnenkomt en hun bescherming nodig heeft. Het overheidsorgaan de  Contraloría gaf reeds in een onderzoek aan dat Colombia op lange termijn vrijwel alleen  negatieve economische effecten zal ondervinden aan grootschalige mijnbouwprojecten.

Terwijl de mijnbouwlocomotief door stoomt, werd in 2013 duidelijk dat de Colombiaanse bevolking er alles aan zal doen deze een halt toe te roepen.

Volksinitiatief in Cerrito wil mijnbouw in páramo verbieden

Vorige week vrijdag, 9 april, werden in Cerrito (García Rovira) de 1051 stemmen, verzameld ter ondersteuning van het volksinitiatief ter bescherming van de páramo El Amorzadero, officieel overhandigd aan de bevoegde administratie.

Cerrito, een landelijke gemeente op zo’n 8 uur rijden ten noorden van Bogota, is al 20 jaar lang het centrum van een strijd tussen de lokale bevolking en mijnbouwbedrijven die de páramo El Almorzadero willen ontginnen voor de daar aanwezige steenkool.

In de jaren negentig wezen de bewoners het toenmalig bedrijf Carboriente reeds de deur, maar recentelijk gaf de regering opnieuw concessies aan een nieuw bedrijf: ‘Continental de Carbonos’. Dat kwam als een kaakslag aan bij de lokale bevolking, maar men bleef niet bij de pakken zitten: na een eerste succesvol regionaal forum, werd een volgend gepland in de naburige gemeenten om zo een duidelijke ‘neen’ te laten horen tegen dergelijk projecten. Ook dit wettelijk voorstel dient als antwoord op de nieuwe bedreigingen van ontginning.

Het voorstel, dat uitgaat van een aantal bezorgde bewoners, maakt gebruik van een artikel in de Colombiaanse grondwet dat toelaat een gemeentelijk wetsvoorstel te doen, wanneer een voldoende aantal stemmen wordt opgehaald bij de bewoners, overeenkomend met minimum 5% van de stemgerechtigden.

Indien er genoeg geldige handtekeningen verzamel werden – wat hoogst waarschijnlijk is aangezien Cerrito amper iets meer dan 4000 bewoners telt – zal het voorstel ter debat op de gemeenteraad komen, en zullen men erover moeten stemmen of het al of niet wet wordt op het volledige gemeentelijke grondgebied.

Als het zover komt is de kans groot dat het voorstel aangenomen wordt, aangezien onder de 1051 handtekening die verzameld werden, ook die mogen geteld worden van een 9-tal gemeenteraadsleden, en het zou maar vreemd zijn indien die nu plots van mening zouden veranderen.

 

Auteur: gsteenss