Catapa jaarverslag 2020

Jaarverslag 2020

Jaarverslag 2020

Iets later dan gepland, maar hier is het dan eindelijk: het Catapa jaarverslag van 2020! Ondanks Corona hebben we toch heel wat kunnen verwezenlijken in 2020.

Met onder andere talloze boeiende (online – damn you Covid) evenementen, maar ook de erkenning als socio-culturele organisatie (hoera!), de verschillende meerjarenprojecten (MIF, FIF en Nemo), de 11.11.11 Changemakers campagne en de vele inspanningen in ons educatief luik en op vlak van sensibilisering. Logischerwijze zaten de beweging en onze duurzame partners ook niet stil!

Duik samen met ons in het verslag van 2020 en ga op ontdekkingsreis doorheen 366 dagen vol Catapa-energie. Dat belooft voor 2021!

Via mijnbouw kan de EU zich geen weg banen uit de klimaatcrisis

Via mijnbouw kan de EU zich geen weg banen uit de klimaatcrisis

Via mijnbouw kan de EU zich geen weg banen uit de klimaatcrisis 

Vandaag sluit CATAPA zich aan bij meer dan 180 gemeenschappen, organisaties en academici die de EU oproepen om af te zien van haar plannen om destructieve mijnbouw uit te breiden als onderdeel van de Europese ‘Green Deal’ en ‘Green Recovery’ plannen.

In 2019 publiceerde de Europese Commissie haar Europese ‘Green Deal’, een actieplan waarin het klimaat- en milieubeleid en de initiatieven voor de komende jaren worden geschetst.

Ondanks lovenswaardige intenties dragen deze plannen het schadelijke en onlogische idee uit van ‘green growth’  en gaan ze uit van ‘business-as-usual’ verbruik van energie en materialen in de EU.

Europa’s Green Deal plannen, in hun huidige vorm, zullen leiden tot een dramatische toename van de vraag naar mineralen en metalen. De Europese Commissie reageert daarop door middel van een groot aantal nieuwe mijnbouwprojecten – zowel binnen als buiten de EU.

Via mijnbouw kan de EU zich geen weg banen uit de klimaatcrisis

De keuze om mijnbouw in te zetten om de Green Deal uit te voeren, is een reden tot grote bezorgdheid voor alle burgers in de hele wereld.

Mijnbouwbedrijven hebben een sociale en ecologische impact in elk werelddeel. Zo is de sector verantwoordelijk voor grootschalige mensenrechtenschendingen, conflicten met en binnen de getroffen gemeenschappen en de uitbuiting van arbeidskrachten en de toename van sociaaleconomische ongelijkheid. De sector draagt ook in aanzienlijke mate bij tot de klimaatverandering, het wereldwijde verlies aan biodiversiteit en de waterschaarste.

De stijgende vraag naar grondstoffen en de plannen van de EU om daaraan te voldoen via nieuwe mijnbouwprojecten zullen die problemen doen verergeren. Door de mijnbouw getroffen gemeenschappen in Europa en hun bondgenoten in het maatschappelijk middenveld verzetten zich tegen de voortdurende expansie van de mijnbouwindustrie en stellen het dominante verhaal van onbeperkte groei en het beleid dat dit in stand houdt ter discussie.

Via mijnbouw kan de EU zich geen weg banen uit de klimaatcrisis

Die verklaring schetst een maatschappelijke analyse van de huidige plannen van de EU en stelt voor hoe de EU de structurele problemen kan aanpakken die aan de basis liggen van het eindeloze mijnbouwbeleid en het tij kan keren naar een meer rechtvaardige en duurzame toekomst.

Deze aanbevelingen houden onder meer in dat het van cruciaal belang is dat de EU en de lidstaten het recht van gemeenschappen op vrije, voorafgaande en geïnformeerde toestemming, met inbegrip van het recht om “nee” te zeggen, in de wet verankeren, en dat zij dringend maatregelen nemen om de vraag naar – en het verbruik van – grondstoffen in Europa absoluut te doen dalen.

We moeten dringend onze energie-, transport- en economische systemen overschakelen op hernieuwbare energiebronnen, maar als we vertrouwen op de uitbreiding van de mijnbouw om te voldoen aan de materiële behoeften van de overgang naar hernieuwbare energiebronnen, zullen we het onrecht, de vernietiging en de gevaarlijke veronderstellingen die de klimaatcrisis in de eerste plaats hebben veroorzaakt, opnieuw in de hand werken.

Met andere woorden, we kunnen deze problematiek niet oplossen met dezelfde denkwijze die ze in de eerste plaats veroorzaakt heeft.

We zijn solidair met bondgenoten in het Noorden en Zuiden en roepen samen op tot:

  • het recht om nee te zeggen voor alle gemeenschappen die met mijnbouw worden geconfronteerd en de eerbiediging van het recht van inheemse volkeren op FPIC;

 

  • het vastleggen in de wetgeving en verwezenlijken van bindende doelstellingen door de EU om de overconsumptie van materialen te verminderen in overeenstemming met de grenzen van de planeet en haar mondiale eerlijke aandeel;

 

  • het centraal stellen van rechtvaardige groeistrategieën en niet “green growth” of “decoupling”, in de klimaatmaatregelen van de EU;

 

  • het stopzetten van EU-subsidies voor mijnbouw en ondemocratische industriële allianties…;

 

  • het behandelen van mineralen en metalen als gemeenschappelijke, publieke goederen;

 

  • De invoering van maatregelen om mijnafvalverplichtingen te verhelpen en zo ervoor te zorgen dat alle mijnterreinen naar behoren worden hersteld, zodat ze gemeenschappen en hun omgeving niet verder kunnen verontreinigen en schade toebrengen;

 

  • De garantie dat de vraag van de EU naar grondstoffen geen impact heeft op gemeenschappen en ecosystemen in het Zuiden en dat er rechtsmiddelen beschikbaar zijn wanneer er zich toch schendingen voordoen…

 

Lees onze gezamenlijke verklaring voor meer informatie, getekend door meer dan 180 gemeenschappen, organisaties en academici:

‘Het aanmoedigen van destructieve mijnbouw: ‘Het maatschappelijk middenveld van de EU hekelt EU-grondstoffenplannen in de Europese Green Deal’ – Geschreven door de Yes To Life No To Mining Europese Werkgroep.

El Tingo

El Tingo

Mijnafval heeft watervervuiling en bodemverontreiniging veroorzaakt waardoor het lokale ecosysteem van el Tingo ingrijpend is aangetast.

Auteur – Giacomo Perna

Tijdens een van hun bezoeken aan de bevolking van Macondo stelden Melquíades en zijn zigeuners het achtste wereldwonder voor van de wijze alchemisten uit Macedonië: een magneet. Met dit werktuig wou José Arcadio Buendía al het goud opgraven uit de aarde door de staven door het dorp te sleuren. Als dit idee uit het boek ‘Honderd jaar eenzaamheid’ van Gabriel García Márquez echt gewerkt had, zou de wereld bespaard zijn gebleven van eeuwen aan mijnbouwvervuiling. Had de uitvinding gewerkt, dan zagen de levens van de El Tingo gemeenschap er vandaag de dag misschien wel beter uit.

De gemeenschap van El Tingo zit momenteel zonder water. Het gebied telt veel waterbronnen, maar onderzoek van de Peruviaanse universiteit César Vallejo en studies van CATAPA hebben aangetoond dat elke rivier en beek in de regio zich in een kritieke staat van verontreiniging bevindt. De vervuiling heeft zo een onthutsende proporties aangenomen dat planten zelfs verschroeien door de te hoge zuurtegraad van het water.

De El Tingo gemeenschap is ontstaan als een plattelandsgemeenschap. De lokale economie steunde steeds op landbouw en veeteelt. Door de huidige situatie kunnen de bewoners hun activiteiten echter niet uitvoeren zonder risico’s. Door de watervervuiling zijn er significant meer ziektegevallen vastgesteld, er zijn hoge metaalconcentraties aanwezig in het bloed van bewoners en bij pasgeboren dieren worden nooit eerder geziene misvormingen waargenomen; allemaal gevolgen van de mijnbouw in de regio.

Koeien grazen vlakbij de Gold Fields mijn. De grond die generaties lang gebruikt werd om vee te voederen wordt nu ingenomen door mijnbedrijven. © CATAPA

Elke waterbron in de regio is verontreinigd. Een gebrek aan inkomen en een tekort aan middelen treffen het gebied. De socio-economische vooruitgang die de mijnbedrijven beloofden, werd niet waargemaakt.

De geschiedenis van de mijnbouw in de El Tingo regio gaat al jaren terug want de regio werd vroeger ook al getroffen door mijnbouwactiviteiten. De schade veroorzaakt door eerdere milieunalatigheden van mijnbouwprojecten is nog altijd aanwezig in de regio en vormt nog steeds een bedreiging voor de lokale fauna en flora. Een van die projecten is het San Nicolás project dat werd opgestart in 1972 en nog steeds zijn sporen nalaat in het lokale leefmilieu.

De volledige regio werd erg getroffen door opgravingen en mineraalverwerking. Het grootste probleem is dat de plannen om de impact van het giftig mijnafval te minimaliseren en neutraliseren niet werden –en volgens de lokale gemeenschap nog steeds niet worden– gerespecteerd. Vandaag krijgen de inwoners van de streek niet alleen te kampen met een tekort aan middelen en inkomen, ze lijden ook rechtstreeks onder de schadelijke gevolgen van mijnbouwafval.

Restanten van de San Nicolás mijn. Hoewel de mijn al jaren geleden verlaten werd, blijft het giftige afval een probleem voor de omgeving. © CATAPA

 

De El Tingo gemeenschap is gelegen in het Hualgayoc-district in de Cajamarca regio. Het gebied is rijk aan grondstoffen en mineralen wat ten nadele gaat van het welzijn van de gemeenschap. El Tingo is namelijk gelegen tussen twee actieve mijnprojecten die de ontwikkeling van het gemeenschapsleven rechtstreeks beïnvloeden. Enerzijds is er het project van Cerro Corona dat werd opgestart in 2005 door het Zuid-Afrikaans mijnbedrijf Gold Fields. Anderzijds is er het Tantahuatay project, opgestart door het Peruviaanse bedrijf Coimolache dat aangesloten is bij Buenaventura, het bedrijf dat de mijn in 2010 ontdekte.

Beide bedrijven hebben zich in het gebied gevestigd om de grote mineraalreserves van goud, zilver en koper uit de ondergrond te ontginnen. Aanvankelijk beloofden de twee bedrijven verbeteringen en ontwikkeling. Ze ondertekenden sociale akkoorden en stemden toe sociaaleconomische groei te promoten. Desondanks melden de bewoners dat de bedrijven hun beloftes niet zijn nagekomen.

Opvallend is dat Peru een ‘mijnsluitingswet’ heeft sinds 2003. Volgens die wet worden bedrijven met mijnprojecten door de overheid verplicht om de bescherming van het milieu te garanderen en activiteiten te stoppen in gebieden waar mijnbouw schade kan toebrengen aan het milieu. Niettemin maken noch de regering, noch de bedrijven een inspanning om deze wetten te respecteren en af te dwingen. 

De grasvelden verschroeien door de hoge zuurtegraad van het water. Mens en dier lijden aan ziektes door de milieuverontreiniging veroorzaakt door de mijnbouw.

Het is ook belangrijk te weten dat de regio te kampen krijgt met periodes van zware regenval. Meerdere keren heeft hevige neerslag er voor gezorgd dat de stuwdammen overstromen waardoor mijnafval in de weilanden en in het waterbekken rondom terechtkomt met de daarbij horende catastrofale gevolgen. Een berucht voorbeeld is de gebeurtenis in december 2018 waarbij een lek van residuen de dood veroorzaakte van 17 000 forellen in de viskwekerij ‘La trucha de oro’.

Videoverslag over het lek in 2018. Ondanks de klachten van de lokale gemeenschap, beweerde het bedrijf Gold Fields dat het een ongeluk was. © Bambamarca Televisión

De vervuiling treft niet enkel het El Tingo gebied. De waterwegen die het gebied doorkruisen, vloeien verder in andere rivieren. Een van die rivieren is de El Tingo-Maygasbamba rivier. Die vloeit uiteindelijk samen met de Amazonerivier en doorkruist vervolgens het gehele continent tot in de Atlantische oceaan. Tijdens die tocht draagt de rivier de gevaarlijke stoffen duizenden kilometers met zich mee.

Wat de economische voordelen betreft, hebben zowel Coimolache als Gold Fields zich niet aan hun beloftes gehouden. Volgens de gemeenschap werden de vooraf opgestelde overeenkomsten niet gerespecteerd. Ondanks hun belofte geen buitenlanders naar de regio te brengen, zijn de bedrijven toch begonnen met buitenstaanders aan te werven om in de mijnen te werken. Bovendien werden de arbeidsrechten van lokale arbeiders vaak geschonden. Het blijkt namelijk veel gemakkelijker om een lokale werknemer te ontslaan dan een buitenlander. Verder werden ook de beloftes van welvaart niet waargemaakt. Zo werden de wegen, die in een erbarmelijke staat zijn, niet hersteld. Zelfs de lokale architectuur lijdt onder de mijnbouw. Graafwerkzaamheden om de mijn uit te breiden worden voortdurend uitgevoerd aan de hand van ontploffingen in El Tingo. Daardoor wordt na verloop van tijd de staat van de huizen aangetast. De muren van huizen zitten vol met barsten en scheuren waardoor de stabiliteit van de gebouwen in het gedrang komt.

De lokale welvaart is er niet op vooruit gegaan en de aanwezigheid van mijnbouw heeft conflicten en sociale spanningen teweeggebracht.

Schapen grazen rond de Gold Fields mijn. Het meer waar voordien gevist werd, maakt nu deel uit van het mijnproject. © CATAPA

De plaatselijke gemeenschap probeert zich te verzetten tegen de voortdurende onrechtvaardigheden. Vandaar dat ook sociale spanningen het gebied teisteren sinds 2008. De bevolking van El Tingo is zelfs in opstand gekomen tegen de erfdienstbaarheid van de mijn en de uitbuiting. De verschillende protesten en stakingen van de afgelopen jaren tonen de toewijding van de lokale gemeenschap om hun land en water te beschermen.

De bevolking heeft zich autonoom georganiseerd in de strijd tegen de mijnindustrie, maar vroeg bijstand om hun strijd kenbaar te maken aan de rest van de wereld. Daarom heeft CATAPA zich samen met de partner Grufides geëngageerd in het gebied. Er werden tientallen interviews afgenomen en ze verzamelden waterstalen van de waterbronnen. De tests toonden aan dat de rivieren en beken die het gebied doorkruisen zwaar vervuild zijn. Het water is in zo een erbarmelijke staat dat planten verschroeien door de te hoge zuurtegraad. Aan de hand van de interviews werd ook een documentaire gemaakt over de zaak van El Tingo om zo een stem te geven aan de lokale gemeenschap. Daarnaast werd ook een webinar en een campagne op sociale media georganiseerd. Tot op heden strijden de advocaten van Grufides aan de zijde van de advocaten uit de gemeenschap om de zaak te steunen en rechtvaardigheid te brengen voor de bevolking.

Het verhaal van El Tingo is er een van onvervulde beloftes en misbruik. De druk van de centrale economie drijft de ontwikkeling van onderontwikkeling in de regio aan waardoor de gemeenschap in een situatie van onomkeerbare afhankelijkheid terechtkomt. Het gebied is een oase voor mijnextractie geworden, een locus amoenus waar het Westen een oplossing vond voor zijn expansiedrang. Het is moeilijk te geloven dat zo’n misbruik tot op heden nog plaatsvindt. De situatie waar de bevolking van El Tingo zich nu in bevindt, is ontoelaatbaar en het doel van CATAPA is om samen met medestanders en de gemeenschap rechtvaardigheid te brengen voor de mensen die al tientallen jaren lijden onder de verwoestende impact van onteigening.

The End of Naïve Europe,The Rise of Green Imperialism

Image: CRM deposits EU-27 (2020). Source: European Commission’s M(2020) 474 final.

ARTICLE:

Re-published from: Vázquez Ruiz, A. 2020. “Op-Ed: The End of Naïve Europe, The Rise of Green Imperialism.” Commodity Frontiers 1: 56-59. doi:10.18174/cf.2020a17975.

The End of Naïve Europe,The Rise of Green Imperialism

Author: Alberto Vázquez Ruiz

On 29 September 2020, the European Commission officially launched the European Raw Materials Alliance (ERMA), a publicly supported “industrial alliance dedicated to securing a sustainable supply of raw materials in Europe”. In other words, firing the starting pistol of public funding for the race to explore and extract mineral deposits outside the European Union and especially within its borders.

Until now, the EU had only been financing mining and metallurgical private companies under the pretext of technological innovation and market competition. Since the launch of Horizon 2020 in 2014, the Commission has been assembling the institutional tools (e.g. EIT Raw Materials, the Partnership Instrument) allowing to finance private technology developments inside the EU for exploration, exploitation and metallurgy. Horizon 2020 is finishing this year, but the instruments created remain and the technological excuse seems no longer needed.

The era of a naïve Europe that solely relies on soft power is behind us”. With these words, Commissioner for the Internal Market, Thierry Breton, announced earlier this month the “EU action plan for critical raw materials”, which is the EC’s strategy to face the consequences of the commercial war between the USA and China and to encourage EU nation states to focus on raw materials as part of a post-COVID19 ‘green’ recovery plan.

The pandemia has indeed created the perfect momentum to call for support for this industry. However, resource extraction and its processing together represent 90% of biodiversity loss and water stress in the world. Bad news, as many experts have already pointed to the relation between  the pandemia and biodiversity loss.

It is impossible for the EC to ignore last year’s report by the International Resources Panel (UNEP), which clearly warned humanity that metal extraction and production has doubled health and climate change impacts from 2000 to 2015 solely. And today, mining and metallurgy are representing already 20% of all health impacts from air pollution and more than a quarter of global carbon emissions. So why is the Commission actually making this change of course?

The shift in its position has been justified as the “access to resources is a strategic security question for making the green and digital transformations a success. Although the Commission claims to share the widespread will to combat climate change and to leave no person and no place behind in the process, the Commission also openly calls for an increased mining boom which will reinforce the pressing systemic problem facing people and planet.

While green technologies are based on energy sources which are renewable, their machines are not. Electricity generation based on solar, wind, tidal… generators rely on metals (many metals if you consider off-grid technologies). The planned transition without socio-economic restructuring towards schemes that push for drastic reduction in consumption of energy, will just move us from an energy matrix based on the extraction and combustion of fossil fuels towards a loop of increasing extraction and processing of metals for the manufacturing of metal-based solutions.

It could be argued that a society based on metal-based technologies is a sustainable scenario because we would be able to recycle these elements in the future, but the reality is very far from this. The IRP-UNEP also warned us that “only 18 metals have recycling rates higher than 50%. For the rare earths elements (REEs) needed in most green energy technologies, the recycling rate reaches just 1%.  What will happen in 30 years when the energy machines are already obsolete and fossil fuels are no longer efficient to be extracted? Mining, metallurgy and manufacturing industries are the biggest energy consumers. “What is happening today is nothing less than a massive PR campaign to sell the idea that mining is not only necessary but it can also be sustainable,” said Nick Meynen, Policy officer at the European Environmental Bureau (EEB).

While the EC’s Action Plan does recognise the need for improving recycling rates and the importance of reinforcing the circular economy, it lacks a coherent set of proposals that could tackle the reasons behind the low recycling rates and the slow implementation of a circular economy. There are no regulations for recyclability (yes, but more importantly there are no restrictions on production, so materials can be mixed in a way which make the products poorly recyclable, but cheaper – it is not a end-of-use technological issue), repairability (modularity in products and regulations to end the monopoly on spare parts production), reusability (plans on how to proceed with older machines). 

Breton recognises that the “post-war world architecture is faltering”, but the proposed treatment seems to be confusing the disease and the cure. His decision will accelerate the process, shaking the social foundations of our civilization even harder, instead of rebuilding our system by attacking the true causes of our current crisis. It can be seen both as a symptom of political negligence or as a part of a more complex agenda towards green imperialism.

Europe has expressed its aim to become the green energy superpower. However, the amount of minerals that the EC considers necessary for the future transition is extreme and the global metal demand already increased by 87% from 1980 to 2008. “Critical raw materials” (a techno-political rebranding of the elements the EC considers necessary today) are increasingly required for batteries in electric vehicles and off-grid generation and storage, among others. There is no way of getting that huge amount of resources without pushing social peace to its limits – also inside the EU.

“The transition to a low-carbon economy – and the minerals and metals required to make that shift – could affect fragility, conflict and violence dynamics in mineral-rich states”, reported the International Institute for Sustainable Development (IISD) in 2018. A similar and simpler analysis was made by the EEB that year: “More mining leads to more fighting. This is the reality that local communities and civil societies organisations are facing all around the world. Global Witness has even accounted mining as the main sector responsible for the killing of land and environmental defenders across the globe. This reality has been commonly associated with the Global South. Further evidence that the due diligence voluntary process, which is supported by the EU to guarantee responsible sourcing of metals, is far from useful in avoiding human rights violations.

Now, in the middle of the coronavirus crisis, Europe seeks to compensate its weaker commercial share, and to reinforce the aim to secure its supply,  with insourcing. Breton mentions that the Action Plan seeks to “protect our democracies against the menace of disinformation, but at the same time points out that the major barrier to develop the insourcing is a lack of “public acceptance” in the European society to allow new mining projects to start operating. Therefore, several EC financed research projects have been looking for increasing “public acceptance” for this sector in local communities across the Union affected by proposed and/or operating extractive projects.

There is still no democratic capacity to decide by local communities nor their municipalities on the mining projects that will drastically change their land and very possibly leave tonnes of mining waste landfilled in their towns waiting. The discourse of the EC is that there is a lack of understanding of the mining sector by local communities and that there is a need to educate the European society on the current reality of the mining sector (a false mantra by the sector is that the environmental issues of mining and metallurgy are a matter of the past). This discourse which mixes the real needs of our planet with the demand for resources caused by the Commission’s plans for an ominous EU Green Deal will lead down the path where destruction of the environment, land and societal configurations, is forced through for Europe’s future.

“By building, today, the foundations of tomorrow’s autonomy, our Continent has the opportunity to establish a set of rules, infrastructures and technologies that will make it a powerful Europe, without ostracism or discrimination”, states Breton. This sentence provides an insight into the future the Commission is implementing in Europe. A “powerful Europe” directed by the few privileged ones living in the “civilized world” of Europe’s main cities enjoying access to green energy, but an inequality nightmare for local communities worldwide which will be affected by the increasing environmental, social and political issues on which the Green Empire will rely. To prevent this upcoming reality, today many organisations state “We can’t mine our way out of the climate crisis.

You can find more articles from the Commodity Frontiers journal this op-ed was published in, here.

Profile

Alberto Vázquez Ruiz holds a MSc. in Conflict and Development (UGent, Belgium) and is specialized in topics related to mining and electronics. Since May 2018 he has been Project Coordinator at CATAPA (Belgium), researching on metal supply chains, on socio-environmental impacts of mining operations on local communities and on extractive waste in the EU.