Het recht om ‘nee’ te zeggen in Ecuador: #QuitoSinMineria

“Quito sin mineria” werd in maart 2022 gelanceerd door een groep organisaties, collectieven en mensen uit de gemeenschappen in het noordwesten van Quito die het Metropolitan District van Quito (MDQ) willen verdedigen tegen mijnbouw. Met de campagne willen ze genoeg handtekeningen verzamelen (en laten valideren door de overheid) om de inwoners van het noordwesten van Quito zelf te laten beslissen of ze al dan niet akkoord gaan met mijnbouw in het biosfeerreservaat Chocó Andino in Ecuador. Hoewel raadpleging van het publiek een grondwettelijk recht is in het land, is de campagne een grote onderneming, vooral gezien Ecuadors favoriete mijnbouwklimaat en de voortdurende schendingen tegen milieu- en mensenrechtenactivisten. 

De Chocó Andino: een van de meest biodiverse plaatsen ter wereld

¹Wat is de Chocó Andino en waarom is het zo belangrijk om te beschermen? De Chocó Andino ligt in het noorden van Ecuador, in de provincie Pichincha, ten noordwesten van de hoofdstad Quito. Het is een van de laatst overgebleven bossen in Quito, in 2018 [1] door UNESCO aangewezen als biosfeerreservaat. Biosfeerreservaten zijn locaties waar beschermde kerngebieden worden gecombineerd met zones waar duurzame ontwikkeling wordt gestimuleerd. Deze sites zijn geweldige ruimtes voor ‘het begrijpen en beheren van veranderingen en interacties tussen sociale en ecologische systemen, inclusief conflictpreventie en beheer van biodiversiteit’[2].

Foto van de door mijnbouw bedreigde regio. Krediet: Antonella Calle Avilés

De regio Chocó Andino is door de UNESCO aangewezen omdat het een zeer bijzonder gebied is, dat het vochtige laagland van de Chocó – Darien (dat zich uitstrekt van Panama tot het westen van Ecuador) en het noordelijke Andesgebergte omvat[3]. Met een oppervlakte van 286.805 hectare vertegenwoordigt de Chocó Andino 83 % van het hoofdstedelijk district Quito en vormt het de longen van de Ecuadoriaanse hoofdstad en de omliggende gebieden. De bossen verwijderen jaarlijks minstens 266.000 ton koolstof uit de atmosfeer, wat bijdraagt tot de vermindering van de opwarming van de aarde[4].

Het is een gebied van mondiaal belang voor zijn biodiversiteit, die negen beschermde bossen, vier gebieden voor behoud en duurzaam gebruik, de ecologische corridor voor de Andesbeer[5] en meer dan 35 natuurreservaten omvat. Er leven naar schatting 150 soorten zoogdieren (waarvan 21% met uitsterven bedreigd is), 90 soorten reptielen (waarvan 57% met uitsterven bedreigd is), 120 soorten amfibieën (waarvan 51% in de toekomst zou kunnen uitsterven), 640 soorten vogels (waarvan 20% eveneens met uitsterven bedreigd is) en meer dan 3.000 soorten planten (die 12% van alle planten in Ecuador vertegenwoordigen, waarvan meer dan 80% zou kunnen verdwijnen)[6].

Foto van de door mijnbouw bedreigde regio. Krediet: Antonella Calle Avilés

De regio telt meer dan 21.000 inwoners en omvat de parochies Calacalí, Nono, Nanegal, Nanegalito, Gualea en Pacto, die samen de Mancomunidad del Chocó Andino vormen, alsmede de kantons San Miguel de los Bancos en Pedro Vicente Maldonado[7]. Chocó Andino omvat ook zeer belangrijk cultureel erfgoed, vooral van de inheemse Yumbo-, KituKara- en Inca-volkeren. In het gebied zijn minstens 528 archeologische sites gevonden[8].

De Chocó Andino bedreigd

Ondanks de unieke kenmerken van het gebied en het vitale belang ervan, wordt het gebied bedreigd. Momenteel zijn er 12 mijnbouwconcessies voor metaalwinning verleend, die 17 863 hectare beslaan, en zijn er nog 6 concessies in behandeling, die 9 899 hectare omvatten binnen het biosfeerreservaat van de Chocó Andino[9]. De ontwikkeling van mijnbouwactiviteiten in gevoelige gebieden als de Chocó Andino kan zeer ernstige sociale en milieueffecten hebben die de biodiversiteit en het gebied permanent kunnen aantasten[10].

Dit is reeds gebleken in gebieden van vergelijkbare ecologische betekenis in Ecuador, bijvoorbeeld in de Cordillera del Condor (gelegen in de provincie Zamora Chinchipe). In 2012 ondertekende de Ecuadoraanse staat een contract voor grootschalige mijnbouw met EcuaCorriente SA, dat de exploratie en ontginning van koper mogelijk maakte in een van Ecuador’s andere megadiverse en kwetsbare ecosystemen[11]. Milieuorganisaties en critici hebben jarenlang hun bezorgdheid geuit over de talrijke sociale en milieugevolgen van het mijnbouwproject Condor Mirador[12]. Sinds 2014 zijn meer dan 30 families van hun land verdreven en de dreiging van uitzetting achtervolgt families tot op de dag van vandaag[13]. Belangrijke milieuproblemen zijn de verwerking van residuen, watervervuiling en ontbossing van de biodiverse berggebieden van de Cordillera del Condor[14]. Een studie van Dr. Steven H. Emerman bracht bijvoorbeeld de milieurisico’s van een van de tailings dammen aan het licht[15]. De helling en de hoogte van de dam (met zijn 260 meter de hoogste ter wereld) zullen volgens hem onvermijdelijk leiden tot een ecologische en sociale ramp, aangezien de dam niet bestand is tegen aardbevingen of overstromingen, die in deze regio van Ecuador vaak voorkomen[16].

In de Chocó Andino bestaan echter, net als in andere regio’s in Ecuador, verschillende economische alternatieven die de noodzaak van mijnbouw zouden kunnen vervangen. Het Chocó Andino-gebied staat bekend om zijn biologische landbouw: in de Chocó Andino worden meer dan 450 biologische producten geproduceerd, waarvan er verschillende naar het buitenland worden geëxporteerd: koffie, chocolade, melk, fruit en panela[17]. Een andere bron van inkomsten en levensonderhoud is het agro-ecologisch toerisme, met 72 toeristische attracties in het gebied. Vijfentwintig daarvan zijn culturele attracties en 47 zijn natuurgebieden[18].

Foto: Mobilisatie voor het referendum. Krediet: Antonella Calle Avilés

Naar een Consulta Popular in Quito

De campagne “Quito sin mineria” verzet zich tegen mijnbouwprojecten in het hoofdstedelijk district Quito en de regio Chocó Andino. Maar eerst en vooral willen de initiatiefnemers van de campagne dat de bevolking van het noordwesten van Quito zelf, via een openbare referendum, kan beslissen of zij al dan niet akkoord gaat met mijnbouw in de regio.

De “consulta popular” of het referendum is een van de mechanismen waarin de Ecuadoraanse grondwet voorziet (artikel 104) om zowel het recht op inspraak in zaken van openbaar belang als het recht om geraadpleegd te worden te waarborgen. Dit kan zowel door burgers als door de president en de gedecentraliseerde autonome regeringen worden aangevraagd en het resultaat ervan is “verplicht en onmiddellijk uitvoerbaar”[19].

De organisaties, collectieven en mensen achter de campagne Quito Sin Minería vinden het belangrijk om hun stem te laten horen in kwesties die hun leven en hun toekomst beïnvloeden. Volgens Acción Ecológia, de belangrijkste milieuorganisatie van Ecuador, “is de rol van de staat er een van medeplichtigheid en nalatigheid bij de vernietiging van alternatieve leefsystemen voor de ontwikkeling van de mijnbouw”[20]. De campagne ziet een referendum dan ook als “de enige effectieve procedure die zij nog hebben om te proberen de mijnbouw op hun grondgebied te stoppen”[21], aangezien zij de vernietiging van een van de meest biodiverse gebieden van het land niet zullen toestaan[22].

De alliantie “Quito Sin Mineria” heeft op 12 januari 2022 vier vragen ter goedkeuring aan het Grondwettelijk Hof voorgelegd. Het Grondwettelijke Hof heeft de vragen op 4 mei 2022 goedgekeurd. De vragen in het referendum zijn de volgende:

“Stemt u in met het verbod op grootschalige metaalwinning binnen het Metropolitaan Subsysteem van Natuurlijke Beschermde Gebieden van het Metropolitaan District Quito; en, binnen het Gebied van Ecologisch, Cultureel en Duurzaam Productief Belang, gevormd door het grondgebied van de parochies Nono, Calacalí, Nanegal, Nanegalito, Gualea en Pacto, die samen het Gemenebest van de Andes Chocó vormen?”. Deze vraag wordt nog drie keer herhaald voor de niveaus van ambachtelijke, kleinschalige en middelgrote metaalwinning.

Collectie van handtekeningen in uitvoering

Foto: Het verzamelen van handtekeningen voor het referendum. Krediet: Antonella Calle Avilés

De inwoners van de zes gemeenschappen zijn nu begonnen met het verzamelen van handtekeningen in het hele grootstedelijke district Quito. Er is tien procent van de kieslijst (2 miljoen kiezers) nodig en dat betekent dat ze ongeveer 200.000 handtekeningen moeten verzamelen. “Maar omdat er altijd handtekeningen zullen worden geweigerd, om welke reden dan ook, is het doel om er ongeveer 400.000 te verzamelen”, zegt Ivonne Ramos van Acción Ecológica[24].

Het verzamelen van handtekeningen is echter een enorme onderneming. Bij verschillende gelegenheden is al gemeld dat gemeenteambtenaren het inzamelen van handtekeningen in de openbare ruimte verhinderen. De gemeenteambtenaren stonden hen niet toe de inzamelplaatsen in te richten en hebben hen zelfs uit de openbare ruimte gezet. Dit alles terwijl degenen die de handtekeningen verzamelen slechts hun (grondwettelijke) recht uitoefenen om openbare referendum te vragen[25].

Beperkingen van de Consulta Popular

Zoals hierboven vermeld, zijn in het biosfeerreservaat Chocó Andino reeds 12 concessies voor metaalwinning verleend en zijn er nog 6 in behandeling[26]. De consulta popular zal deze concessies niet kunnen tegenhouden. Indien de inwoners van het hoofdstedelijk district Quito echter voor het mijnbouwverbod in Quito stemmen, zou dit ten minste toekomstige concessies tegenhouden.

De campagne “Quito sin minería” in de context

Vanaf het begin van zijn presidentschap was het duidelijk dat het economisch beleid van de regering van president Guillermo Lasso gebaseerd zou zijn op extractivisme. Het doel van zijn beleid is de export van mijnbouw te vergroten en Ecuador aantrekkelijker te maken voor buitenlandse investeerders. “Het economisch beleid van Ecuadors regering, gebaseerd op de verdieping van een neoliberaal, privatiserend, open-minded, extractivistisch model, dat enorme privileges verleent aan grote bedrijven via vrijhandelsovereenkomsten en verdragen ter bescherming van investeringen, kan alleen worden bereikt door geweld tegen gemeenschappen, volkeren en de natuur“, schrijft Acción Ecológica[27].

Foto: Quito Sin Minería (Pacto)

President Lasso gelooft sterk in mijnbouw als een van de belangrijkste activiteiten voor de economie van Ecuador en benadrukt dat “Ecuador de banen die door duurzame mijnbouw worden gegenereerd en de economische middelen voor programma’s zoals dat tegen chronische ondervoeding van kinderen (CCD) of solidariteitsobligaties voor degenen die ze het meest nodig hebben, fundamenteel nodig heeft“[28].

Het idee dat mijnbouw gemeenschappen uit de armoede zal halen en banen zal scheppen is echter een mythe. De grootschalige mijnbouw vertegenwoordigt slechts 1,65% van het bruto binnenlands product en biedt werk aan slechts 0,12% van de economisch actieve bevolking, terwijl zij tienduizenden banen in de landbouw of het toerisme vernietigt; De mijnbouwsector betaalt nauwelijks belastingen, maar richt ernstige schade aan in gemeenschapsgebieden[29]. Uit officiële cijfers blijkt dat de totale inkomsten uit alle mijnbouwprojecten niet meer dan 0,8% van het geld dat de staat binnenkomt, zouden bedragen. Anderzijds is het geld dat de mijnbouw oplevert zeer volatiel omdat het afhankelijk is van de internationale prijzen. Bovendien concentreert de mijnbouw de rijkdom in de handen van enkelen[30].

Mijnbouw levert wel banen op, maar heel weinig en van zeer slechte kwaliteit. In 2019 zei de toenmalige minister van energie dat de megamijnbouw 32 duizend banen zal opleveren, dit is geen groot aantal. Toerisme levert bijvoorbeeld 12 keer meer banen op. Voor de bouwfase van de mijn genereert de mijnbouw banen van slechte kwaliteit, tijdelijk, lange werktijden en minimale betalingen, zonder rekening te houden met de effecten die de mijn genereert op de gezondheid van de werknemers[31].

De Ecuadoraanse regering beweert ook alleen “duurzame mijnbouw” te steunen, d.w.z. mijnbouw die milieuvriendelijk en economisch gunstig is voor het land. Er bestaat echter niet zoiets als “verantwoorde” of “duurzame” mijnbouw omdat de veroorzaakte vervuiling onvermijdelijk is. Zelfs met het gebruik van de meest geavanceerde technologie is vervuiling nog steeds een van de grootste problemen in de mijnbouw[32].

Criminalisering van milieuactivisten

In Ecuador worden dagelijks mensenrechten, collectieve rechten en natuurrechten geschonden. Dagelijks gaan mijnbouwbedrijven door met het verwoesten van natuurgebieden, het vervuilen van rivieren, het beroven van gemeenschappen van hun bestaansbronnen en hun voorouderlijk grondgebied[33]. Mensenrechtenactivisten die zich inzetten voor de bescherming van het milieu worden steeds vaker het doelwit en hebben bescherming nodig. Begin dit jaar verleende de Nationale Vergadering van Ecuador amnestie aan meer dan 260 milieu-, sociale, inheemse en mensenrechtenleiders in het land. Hoewel dit besluit door mensenrechtenorganisaties werd toegejuicht, zou het verlenen van amnestie niet nodig zijn geweest als de staat zijn verplichtingen was nagekomen om de rechten van zijn burgers en het werk van mensenrechten-, collectieve en natuur, en milieu-activistente beschermen en te waarborgen. Bovendien hekelen de activisten dat de criminalisering desondanks voortduurt[34]. Sinds het besluit van de Nationale Vergadering zijn er meer dan 100 nieuwe criminaliseringen geweest van activisten in de gebieden waar extractieve activiteiten (zoals mijnbouw) plaatsvinden. Dit is ook het geval in de regio Chocó Andino, waar degenen die opkomen voor de rechten van de natuur en hun gemeenschappen nog steeds geïntimideerd, bedreigd, lastiggevallen en vervolgd worden. Reeds 32 verdedigers zijn gecriminaliseerd.

De campagne Quito sin Mineria: hoe nu verder?

Zodra de periode voor het verzamelen van handtekeningen voorbij is, moet de Nationale Kiesraad (CNE) de handtekeningen valideren. Als de drempel wordt gehaald, moet de instantie een datum voor het referendum vaststellen en de middelen voor de stemdag garanderen[35]. De handtekeningen zijn nodig om deze consulta populaire op te nemen in de tussentijdse verkiezingen in 2023. Zo kunnen de inwoners hopelijk hun recht op openbare raadpleging uitoefenen en het hoofdstedelijk district Quito en de Chocó Andino definitief vrijwaren van mijnbouw.

U kunt de campagne steunen door hun netwerken te volgen en hun inhoud te delen om hun strijd meer zichtbaarheid te geven:

Twitter: @Quitosinminería

Facebook: @Quitosinminería

Instagram: @Quitosinminería

U kunt ook bijdragen door rechtstreeks te doneren op hun campagnerekening:  https://www.quitosinmineria.com/unete/

Wil je een fiscaal aftrekbare gift doen, doneer dan aan CATAPA.

Geschreven door Catapista Nicky Broeckhoven

 

Voetnoten

[1] https://en.unesco.org/biosphere/lac/choco-andino-pichincha

[2] https://en.unesco.org/biosphere/about

[3] https://en.unesco.org/biosphere/lac/choco-andino-pichincha

[4] https://www.wwf.org.ec/noticiasec/?uNewsID=373970

[5] corredordelosoandino.com 

[6] https://es.mongabay.com/2021/04/piden-consulta-popular-para-prohibir-la-mineria-en-quito/; https://www.quitosinmineria.com/preguntas-frecuentes/ 

[7] https://www.labarraespaciadora.com/medio-ambiente/el-choco-andino-el-peligro-de-minar-a-los-pulmones-de-quito/?fbclid=IwAR2JTyMIbAkW261t8xhk0bcrP2kgmM79jcLl6xLflFs89sxBK4yQYprr_bE \

[8] https://www.quitosinmineria.com/preguntas-frecuentes/

[9] https://es.mongabay.com/2021/04/piden-consulta-popular-para-prohibir-la-mineria-en-quito/ 

[10] https://www.quitosinmineria.com/preguntas-frecuentes/

[11] https://catapa.be/en/proyecto-mirador-mining-in-cordillera-del-condor-ecuador/

[12] https://ceecec.net/case-studies/mining-conflict-in-cordillera-del-condor/#3.2

[13] https://es.mongabay.com/2022/04/ecuador-proyecto-minero-mirador-genera-amenazas-de-desalojo/

[14] https://www.planv.com.ec/investigacion/investigacion/la-otra-historia-mirador

[15] Emerman, Steven H., Evaluación del Diseño y de la Construcción de las Presas de Relaves para la Mina Mirador, Zamora Chinchipe, Ecuador. Consulted on https://drive.google.com/file/d/16NXX3gReSzkFDpAurGqHdtSi0QPXuyvk/view

[16] Unrefined whole cane sugar

[17] https://www.quitosinmineria.com/preguntas-frecuentes/

[18] https://revistas.usfq.edu.ec/index.php/lawreview/article/view/2324/2994

[19] https://www.accionecologica.org/serie-por-que-nos-movilizamos-no-3-por-que-las-comunidades-amenazadas-por-la-mineria-participan-en-el-paro-nacional/

[20] https://es.mongabay.com/2021/04/piden-consulta-popular-para-prohibir-la-mineria-en-quito/

[21] https://www.quitosinmineria.com/preguntas-frecuentes/

[22] https://es.mongabay.com/2021/04/piden-consulta-popular-para-prohibir-la-mineria-en-quito/

[23] https://www.accionecologica.org/investigacion-la-gran-farsa-de-la-anulacion-de-las-firmas-de-la-consulta-por-el-yasuni/

[24] Some of these instances have been shared on the campaign’s twitter account: https://twitter.com/quitosinmineria 

[25] https://es.mongabay.com/2021/04/piden-consulta-popular-para-prohibir-la-mineria-en-quito/

[26] https://www.accionecologica.org/pronunciamiento-de-accion-ecologica-frente-a-las-politicas-neoliberales-y-de-represion-del-gobierno/

[27]  https://www.eltelegrafo.com.ec/noticias/actualidad/44/ecuador-mineria-legal-guillermo-lasso; https://www.ecuadorchequea.com/guillermo-lasso-dijo-que-no-se-puede-dejar-de-explotar-petroleo-ni-minerales/

[28] https://www.accionecologica.org/serie-por-que-nos-movilizamos-no-3-por-que-las-comunidades-amenazadas-por-la-mineria-participan-en-el-paro-nacional/

[29] https://www.quitosinmineria.com/preguntas-frecuentes/

[30] https://www.quitosinmineria.com/preguntas-frecuentes/ 

[31] https://www.quitosinmineria.com/preguntas-frecuentes/

[32] Serie ¿Por qué nos movilizamos? – No. 3: ¿Por qué las comunidades amenazadas por la minería participan en el paro nacional? – Acción Ecológica (accionecologica.org) 

[33] https://ddhhecuador.org/sites/default/files/documentos/2022-03/PRONUNCIAMIENTO%20AMNIST%C3%8DAS%20CONCEDIDAS%20POR%20LA%20ASAMBLEA%20NACIONAL%20SON%20UN%20PRECEDENTE%20HIST%C3%93RICO%20CONTRA%20LA%20CRIMINALIZACI%C3%93N%20Y%20PERSECUCI%C3%93N%20A%20PERSONAS%20DEFENSORAS%20DE%20DERECHOS.%2021.03.22_0.pdf 

[34] https://es.mongabay.com/2022/04/asamblea-dio-amnistia-a-268-defensores-pero-la-criminalizacion-persiste-en-ecuador/

[35] https://es.mongabay.com/2021/04/piden-consulta-popular-para-prohibir-la-mineria-en-quito/

tin supply chain part I

De Supply Chain van Tin – Miniserie, Part I

Het monitoren van de tinmijnen in Bolivia

Since autumn 2020, CATAPA vzw has been partnering up with Electronics Watch – an independent monitoring organisation with experts in human rights and global supply chains – and CISEP – Centro de Investigación y Servico Popular, a local Bolivian non-profit organization – to start monitoring tin mining cooperatives in the department of Oruro, Bolivia. This project was funded by Bread for All (BfA). This work is part of a bigger project organised by CATAPA’s Bolivia Working Group: investigating the tin supply chain, from raw material to end product.

Today we are presenting the first part of this research focussed on important findings related to working conditions and human rights (violations) in the Bolivian tin mines. Later on we will also present the findings related to the Bolivian smelters, the import of tin into the EU and the presence of tin in the electronics sector.

Belangrijkste bevindingen

Infographic tin monitoring project Landscape Banner (3)

Uit de interviews met de mijnwerkers van de coöperaties blijkt dat:

  • Mijnwerkers moeten soms onder 70m diepte werken (gerelateerde problemen: minder zuurstof, longziekten, silicose) zonder persoonlijke bescherming
  • De lonen worden dagelijks berekend, maar kunnen na verloop van tijd vaster worden (afhankelijk van de goodwill van de chef)
  • Coöperatieve mijnwerkers worden betaald op basis van de gewonnen hoeveelheid mineraal, de lonen zijn zeer ontransparant (vaak slechts 1% van de brutowaarde van de productie, wat zeer laag is)
  • De mijnwerkers werken lange uren, meestal 6 dagen per week. Sommigen werken 12 tot 16 uur per dag
  • Er is een grote ongelijkheid tussen mannelijke en vrouwelijke werknemers: vrouwen worden veel minder betaald omdat zij meestal werk krijgen buiten de mijngangen (omdat wordt geloofd dat het ongeluk brengt als vrouwen de mijnen betreden). Daar zoeken ze naar waarde tussen het weggegooide erts
  • Preventiesystemen voor veiligheid en gezondheid op het werk zijn bijna onbestaand
  • Er is geen toegang tot drinkwater op de werkplek

Meer details over de resultaten en de achtergrond van het monitoringproject vindt u verderop op deze pagina. 

CISEP_Mineral extraction galleries
CISEP_Mineral extraction galleries
CISEP_Heavy machinery, in operation and without adequate protection, lack of physical spacers
CISEP_Heavy machinery, in operation and without adequate protection, lack of physical spacers

Conclusies en toekomstige stappen

Juridisch gezien lijkt het erop dat de Boliviaanse nationale wetten niet worden overtreden, maar eerder worden omzeild, aangezien de werknemers van de coöperatie juridisch gezien zelf hun eigen werkgevers zijn. CISEP en Electronics Watch zijn van plan aan dit project te blijven werken, uiteindelijk met het doel bij te dragen tot betere lonen en gezondheids- en veiligheidsomstandigheden voor de arbeiders. In de volgende stappen zullen de mijnwerkers van de coöperatie onder meer worden opgeleid in het belang van preventie en het gebruik van beschermende uitrusting.

Dit is DEEL I van onze miniserie over het monitoringsproject van de toeleveringsketen van tin. Wat gebeurt er met het tinerts als het eenmaal gewonnen is? Hou ons in de gaten voor deel II en III: de bevindingen over de Boliviaanse smelterijen en onder welke omstandigheden tin in de EU wordt ingevoerd en later, hoe en wanneer het in de elektronicasector terechtkomt.

CISEP_Wood reinforcement yielding to the weight of drilling malpractice (2)
CISEP_Wood reinforcement yielding to the weight of drilling malpractice (2)

Meer details en achtergrond bij het monitoringproject in de tinmijnen

Tussen mei en september 2021 werden 20 enquêtes en 13 interviews afgenomen. Het merendeel van de ondervraagde werknemers van de coöperatieve mijnen waren mannelijk, jonger dan 28 jaar en van Quechua-afkomst. Dit profiel is ook het meest voorkomende, hoewel er ook vrouwen werken, een aantal van hen werd ook geïnterviewd. De enquêtes en interviews vonden plaats op de werkplek of op het terrein en duurden ongeveer 30 minuten tot 1 of 2 uur. Er werd vooral gevraagd naar de volgende onderwerpen: vorm van inkomen, verloning, gezondheid en veiligheid, mogelijke vormen van intimidatie op het werk (ook wat betreft geslacht), productie en werktijden.

Ook belangrijk om weten: het grootste deel van de monitoring vond plaats tijdens de Coronapandemie, waardoor een meer constante en ononderbroken monitoring onmogelijk was omdat mensen buiten de exploitatie minder welkom waren in het mijnkamp om wille van de COVID19 maatregelen. Het onderzoek kan ook beperkt zijn door de angst van sommige van de ondervraagden om bepaalde onderwerpen aan te snijden, zoals bijvoorbeeld milieukwesties.

De meeste arbeiders zijn zelfstandigen. Dit betekent dat de mijnwerkers niet beschikken over beschermende en technische uitrusting, noch over gezondheids- en veiligheidsvoorzieningen op het werk, wat hun werk gevaarlijk en ongezond maakt.

De mijnbouwcoöperaties

Het coöperatieve systeem is in Bolivia in de praktijk een systeem van  arbeids”flexibiliteit”, waardoor de arbeidskosten binnen de interne toeleveringsketen worden verlaagd. Hoewel de coöperatiewet bepaalt dat men verplicht is de sociale wetten (zoals de algemene arbeidswet) na te leven, geldt dit eigenlijk alleen wanneer er sprake is van een werknemer/werkgever-relatie.

In werkelijkheid is dit meestal niet het geval: de coöperatieve structuur beperkt zich tot het zijn van een collectieve beheersorganisatie voor de aan- en verkoop van mineralen, het beheer van de sociale zekerheid en de toegang tot metaalrijke terreinen die eigendom zijn van de staat. In feite zijn de meeste werknemers in het coöperatieve mijngebied dus zelfstandige leden van de coöperatie (werkgever-werknemer).

De gevolgen van dit zelfstandig ondernemerschap zijn dat de mijnwerkers geen beschermende en technische uitrusting krijgen, noch veiligheid en gezondheid op het werk, wat, samen met het gebrek aan beschermingssystemen op de werkplek, hun werk gevaarlijk en ongezond maakt. De ploegen van mijnwerkers moeten zelf voor hun persoonlijke beschermingsmiddelen zorgen: zij kopen hun werkgereedschap, zij betalen voor het gebruik van de concentratie-installatie en de machines, zij betalen voor de basisdiensten en voor de administratieve diensten die door het bestuur van de coöperatie worden verleend.

Ook investeringen in nieuwe technologie zijn zeer beperkt en onderhoudsdiensten zijn praktisch onbestaande, hoewel er een mechanische werkplaats is om onderdelen van essentiële apparatuur te vervangen. Daar komt nog bij dat door dit beheersmodel van het mijnbouwcoöperatiesysteem in Bolivia een gelijke verloning van alle leden niet is gegarandeerd.

Arbeidsovereenkomsten voor Leerlingen

De mensen die in de concentratiefabriek werken (in plaats van die in de mijngangen) krijgen een nationaal basissalaris uitbetaald: ongeveer 300 US-dollar, hoewel het niet zeker is of dit overeenkomt met het minimum dat nodig is om van te leven, aangezien volgens de ondervraagden de kosten van levensonderhoud ongeveer 430 US-dollar bedragen. Desondanks past de coöperatie de berekening van een minimumloon niet eens toe op al haar werknemers, maar alleen op coöperatieleden die niet in de mijn kunnen werken vanwege hun tijdelijke verplichting in specifieke functies (directeuren of commissarissen) en de mogelijke toekomstige geassocieerde werknemers die op proef werken.

Enerzijds is er geen enkele garantie dat het ontvangen loon de minimumbehoeften dekt, noch is er enige controle dat het aantal uren per week minder dan 48 uur bedraagt, aangezien de coöperatie niet optreedt als werkgever, maar veeleer als administratief beheerder van de zelfstandige arbeid van haar leden.

Er is ook een grote ongelijkheid tussen coöperatieleden en niet-coöperatieleden op proef (er moet minimaal 1 jaar extern worden gewerkt voordat men het aanbod krijgt om lid te worden van de mijnbouwcoöperatie) . Als je volgens dit “leerling”-systeem werkt, krijg je het nationale minimumloon voor 8 uur werk, maar je krijgt geen toeslag voor overwerk of voor werken op zon- of feestdagen, en het is niet mogelijk na te gaan of de ziektekostenverzekering door de coöperatie wordt betaald.

Positief aan dit leerling-systeem is dat de werktijden van de proefarbeiders worden gecontroleerd en gereguleerd, terwijl de coöperatieleden werken in een systeem van zelfuitbuiting. Anderzijds is het wel mogelijk dat er overtredingen zijn met de leercontracten en dat er een onofficieel systeem van arbeidsintimidatie bestaat door de leden van de coöperatie tijdens het proefjaar.

Het inkomen van de mijnwerkers hangt volledig van geluk af: of ze vinden genoeg metaalrijke ertsen of ze vinden er geen.*

De lonen voor deze arbeiders worden dagelijks berekend. Ze kunnen vaster worden na een eerste proeftijd, maar dit hangt af van de bereidwilligheid van de persoon die de leiding heeft over die nieuwe arbeider. Mijnwerkers worden betaald op basis van de hoeveelheid mineraal die ze vinden, dus het inkomen van de mijnwerkers hangt volledig af van geluk: of ze vinden genoeg metaalrijke ertsen of ze vinden er geen*. Ook het inkomstenniveau is zeer ondoorzichtig: vaak ligt het rond 1% van de brutowaarde van de productie op de internationale markt, wat zeer laag is.

Onzekerheid van betaling en overwerk

Er is geen transparant systeem dat een gelijke beloning onder de coöperatieve arbeiders garandeert, vooral wanneer de productie aan de concentratie-installatie wordt geleverd namens de leider van een mijnwerkersploeg. Deze leider wordt verondersteld de waarde gelijk te verdelen onder zijn/haar ploeg, maar er is geen bewijs dat dit zonder discriminatie gebeurt. Het “crew” systeem heeft nog een ander nadeel: omdat de crew zichzelf managed, worden de mechanismen voor conflictbeslechting binnen de crew afgehandeld. Alleen als de zaken ernstig zijn (wat ook subjectief is), gaan ze naar de directie of toezichtsraad, één van de twee officiële hogere organen in de coöperaties, samen met de Raad van Bestuur.

De werktijden zijn extreem lang voor (potentiële) aangeslotenen en er bestaat een risico van onvrijwillig overwerk voor iedereen: omdat er geen controle is op de werkroosters, bestaat het gevaar van overwerk en overuren.

Ze werken meestal 6 dagen per week. Volgens de enquête zegt 91% wel eens 7 dagen per week te hebben gewerkt … 33% zegt 10 uur te werken en 16% zegt 12 uur per dag te werken. Aangezien niemand controleert of de werknemers boven hun limiet werken, zouden de werkuren zelfs langer dan 16 uur kunnen duren.

Sommigen van hen beweren dat zij, gezien de hoge prijs van mineralen, soms 16 en 24 uur onafgebroken hebben gewerkt, uit “hun eigen wil”. Maar aangezien deze “wil” gekoppeld is aan het genereren van meer inkomsten, zou je kunnen stellen dat het niet noodzakelijk “hun eigen wil” is, maar eerder “gedwongen” uit noodzaak. In de enquête zei 1 persoon dat hij niet vrijwillig werkt, maar dat de noodzaak hem ertoe dwingt.

Blijkbaar is er ook een recente verplichting om minstens 15 dagen/maand te werken (deze verplichting is gekoppeld aan het quotum van de overeenkomst die zij hebben met de plaatselijke handelsmaatschappij die hun erts afneemt), en als ze dit niet doen, krijgen ze een sanctie opgelegd.

Naast deze inconsistenties is er een grote ongelijkheid tussen mannelijke en vrouwelijke werknemers. Vrouwen worden veel minder betaald. 50% van de respondenten geeft aan dat vrouwen en mannen niet gelijk worden behandeld op de werkplek. Vrouwen krijgen meestal werk buiten de mijngangen, omdat wordt geloofd dat het ongeluk brengt als vrouwen de mijnen betreden.

De vrouwen die betrokken zijn bij de coöperatieve mijnbouwactiviteiten in Oruro zijn meestal oudere weduwen die hun man verloren hebben in de mijnen of bij aanverwante activiteiten, ofwel jonge meisjes of alleenstaande moeders met kinderen. Hun actieve deelname is beperkt, omdat van oudsher wordt geloofd dat hun aanwezigheid in de mijn ongeluk brengt. Daarom werken zij voornamelijk buiten, waar zij afgedankte ertsblokken uit elkaar halen op zoek naar minerale resten. Of ze werken op andere terreinen met minder mogelijkheden om in hun levensonderhoud te voorzien. Bij de verkoop zijn het vooral de vrouwen die worden bedrogen en een oneerlijke prijs krijgen. Veel vrouwen werken op informele basis, zelfs buiten het kader van de coöperatie, zodat zij geen ziektekostenverzekering of pensioenfonds hebben. Bovendien zorgen zij over het algemeen voor het gezin en dragen daardoor bijna altijd een dubbele last.*

CISEP_Concentrated mineral leaching into waters without environmental measures
CISEP_Concentrated mineral leaching into waters without environmental measures
CISEP_Acidic waters and tailings dam without safety borders
CISEP_Acidic waters and tailings dam without safety borders

Arbeidsomstandigheden: Gezondheid en veiligheid

Uit de gevoerde gesprekken blijkt dat de mijnwerkers soms zonder persoonlijke bescherming werken, zelfs wanneer zij onder 70 meter diepte werken, aangezien dat laagste niveau door de coöperatie als geheel wordt geëxploiteerd. Het maakt deel uit van de collectieve bijdrage voor de coöperatie, los van hun traditionele mijnwerkerssysteem. Zij moeten bijdragen aan de gemeenschappelijke kosten van de coöperatie door hun eigen werk ten minste 3 dagen per maand in deze nieuwe diepe galerij te verrichten. Het is dus niet alleen onveilig en ongezond om daar te werken, maar zij voelen zich ook gedwongen door het management van de coöperatie om daar extra te werken.

Die diepte is kritiek omdat er minder O2 is en er een hoger risico is op onder meer longziekten en silicose. Zoals gezegd moeten ze daar minimaal 3 keer per maand werken: als ze 2 keer missen worden ze gestraft en als ze een 3e keer missen verliezen ze hun aansluitingsdocument (het bewijs van bijdrage aan de coöperatie) en moeten ze de coöperatie verlaten. Dit niveau is enkel toegankelijk via een lift zonder nooduitgang.

De ondervraagden wijzen erop dat er geen veiligheidsplan is en dat er bijna geen preventiesystemen voor veiligheid en gezondheid op het werk bestaan, waarschijnlijk door een gebrek aan middelen van het management. Er zijn wel veiligheids- en gezondheidsfunctionarissen, maar hun functies houden verband met het beheer van ongevallen en latere gebeurtenissen, niet met het voorkomen daarvan.

Bij een fysieke controle blijkt dat de concentratie constructies meer dan 50 jaar oud zijn en dat er geen behoorlijke bewegwijzering en ventilatie is. In het algemeen zijn er bijna geen risico- en gevaarsignalisatie in de mijn, of ze zijn in voortdurende staat van verval en er is geen plan voor de vervanging van deze signalisatie.

Het werk in de mijn is buitengewoon koud en vochtig. Er is geen toegang tot drinkwater op de werkplek. Elke arbeider neemt zijn eigen water mee voor het dagelijkse werk. Meer dan 75% van de ondervraagden zegt dat zij voortdurend moeten staan, soms wel 6 of zelfs 12 uur. 3/4 merken ook op dat zij worden blootgesteld aan sterke trillingen als gevolg van het boren en drillen in rotsen en dat zij zware machines moeten gebruiken.

Het boren van rotsen in de mijn wordt niet gecontroleerd: het zou met water moeten gebeuren om de vorming van opvliegend mineraal stof te voorkomen, maar er is geen watersysteem dat alle locaties bereikt, waarschijnlijk ook wegens de daarmee gepaard gaande investeringskosten. 74% beweert te zijn blootgesteld aan gassen en stof afkomstig van het opblazen van rotsen.

CISEP_Entrance to galleries in wells without ergonomic conditions or emergency exits.
CISEP_Entrance to galleries in wells without ergonomic conditions or emergency exits.
CISEP_Wood reinforcement yielding to the weight of drilling malpractice (2)
CISEP_Wood reinforcement yielding to the weight of drilling malpractice (2)

Als gevolg van deze omstandigheden hebben sommige mijnwerkers silicose (een vorm van longziekte die wordt veroorzaakt door het inademen van stof** als gevolg van het gebrek aan water bij het boren in de mijn), reuma (als gevolg van een te hoge vochtigheidsgraad in de mijn) en hoofdtumoren (als gevolg van schuivende rotsen in de mijn, door een gebrek aan versterking van de galerij-infrastructuur) gekregen.

91% zegt dat er niet goed wordt omgegaan met chemische stoffen en meer dan 83% beweert dat er een voortdurende blootstelling is aan onbeschermde giftige stoffen zoals xanthaat en arseen en dat zij zijn blootgesteld aan dampen uit de ondergrond, bijvoorbeeld die welke worden geproduceerd door de diesel mijnwagens. Het gebrek aan ventilatiesystemen genereert veel verbrandingsrook die, volgens een van de ondervraagden, vooral de “oudere” mijnwerkers treft.

66% van de mijnwerkers klaagt over problemen met de veiligheid op het werk. Aangezien iedereen zijn eigen persoonlijke beschermingsmiddelen koopt, is er geen sprake van industriële veiligheid en is deze niet gewaarborgd. In de beschrijving van de persoonlijke beschermingsmiddelen beschrijven allen het gebruik van gehoorbeschermers, ademhalingsapparatuur (maar zonder voortdurende vervanging van de filters en beperkt tot het boren van het gesteente) en hoofd- en voetbescherming, maar niemand heeft het over het gebruik van rugbeschermers. Dit is vooral belangrijk omdat de mijnkarretjes alleen in de hoofdgangen aanwezig zijn en zij vanuit de onderaardse gangen het erts op hun rug moeten verplaatsen in (rug)zakken met een gewicht van ongeveer 40 kilo. Er zijn bewijzen dat zij tot 30 minuten moeten lopen met dit gewicht op hun rug.

In de mijnen zijn er geen toiletten of systemen om uitwerpselen te verwijderen, daarom is het niet toegestaan zich in de mijn te ontlasten, daarvoor moeten zij wachten tot de ploegenwisseling (7-13, 14-19).

Daar komt nog bij dat de mijnwerkers geen duidelijke en zichtbare informatie hebben over hun rechten binnen de coöperatie: zij krijgen geen introductie, zij ontberen informatie over hun ziektekostenverzekering en zij worden slecht behandeld door het openbare gezondheidsstelsel, zij worden niet opgeleid in het hanteren van gereedschappen noch krijgen zij houdingsonderwijs, zij worden niet geleerd persoonlijke beschermingsmiddelen te gebruiken, enzovoort.

Binnenkort deel II van onze miniserie

Dit is DEEL I van onze miniserie over het toezicht op de toeleveringsketen van tin. Wat gebeurt er als het tin eenmaal gewonnen is? Hou ons in de gaten en lees binnenkort meer over de bevindingen in de Boliviaanse smelterijen en onder welke omstandigheden tin in de EU wordt ingevoerd en later, hoe en wanneer het in de elektronicasector terechtkomt.

Referenties:

Right to Say No webinar poster

Het ‘Right to Say No’: Inzichten en Ervaringen in de Globale Strijd tegen Mijnbouw

WEBINAR:

Het ‘Right to Say No’: Inzichten en Ervaringen in de Globale Strijd tegen Mijnbouw

4 Augustus 2021

Vorige week verkende The Thematic Social Forum on Mining and Extractive Economy het “Right to Say No” tegen mijnbouwprojecten over de gehele wereld tijdens een globale webinar.  Sprekers van vier verschillende continenten werden uitgenodigd om hun inzichten en ervaringen te delen rond het Right to Say No / het Recht om Nee te Zeggen (RTSN) vanuit hun eigen context.

(Je kan de volledige webinar op youtube hier bekijken)

 

Allereerst was Farai Maguwu van Zimbabwe (Centre for Natural Resource Governance CNRG) aan het woord, gevolgd door Aung Ja van Burma, Hal Rhoades van Noord-Europa (Yes to Life No to Mining – YLNM) en Karina uit Brazilië (Movement for Popular Sovereignty in Mining – MAM).

Het Right to Say No is nog nooit zo relevant geweest. In de naam van economische groei verzoorzaken mijnbouwprojecten overal ter wereld vernieling en vervuiling. Natuurlijke hulpbronnen worden geplunderd en lokale gemeenschappen ervaren de negatieve impact. Mensen raken de toegang tot proper water en vruchtbaar land kwijt, wat gevolgen heeft voor hun levensonderhoud, gezondheid en welzijn. De kloof tussen rijk en arm, degenen die profiteren van het extractivistische/kapitalistische model en degenen die eronder lijden, wordt steeds groter. Dit in een wereld waar nog nooit zo veel rijkdom en overvloed is geweest. Bovendien is er de urgente realiteit van klimaatverandering, waarbij dit model de grenzen van onze planeet overschrijdt.

Daarnaast merken we ook de weerstand op van lokale gemeenschappen die het ‘Right to Say No’ opeisen op deze extractivistische activiteiten. Tijdens de webinar werden casestudy’s uit Afrika, Azië, Europa en Zuid-Amerika werden gepresenteerd, waarin dit Recht om Nee te Zeggen het focuspunt was binnen deze collectieve strijd tegen mijnbouw.

"If not now, when? There is no planet B" sign black and white

Het is niet nodig om het wiel helemaal opnieuw uit te vinden in onze gemeenschappelijke strijd. Ook al zijn er verschillende contexten waarmee we rekening dienen te houden, toch kunnen we zoveel leren van elkaars strijd en elkaars overwinningen en deze toepassen op onze eigen situatie. Zoals Hal opmerkte tijdens zijn bijdrage, bestaat er momenteel geen echt ‘Right’ to Say No. Dit is iets waar we zelf voor opkomen, niet iets waar we al aanspraak op kunnen maken (nog niet).

 

Historische context

Veel mijnbouwprojecten zijn een uiting van de historische greep van de koloniale machten en de buitenlandse invloed. Landen met een koloniaal verleden – bijvoorbeeld het VK, waar veel van deze grote mijnbouwbedrijven zijn gevestigd – zijn dezelfde die nu druk zetten voor meer extractieprojecten. De winst van deze projecten krijgt haar eindbestemming in de zogenaamde ‘ontwikkelde landen’, de voormalige kolonisatoren, en niet in de landen waar deze grondstoffen net thuis horen. Bovendien is Europa ook nog eens de grootste consument van mineralen en energie. Of ze nu direct betrokken zijn of niet, het zijn deze landen die ervan profiteren, terwijl de landen in het Globale Zuiden, waar deze projecten plaatsvinden, degenen zijn die worden uitgebuit.


Huidige context

Vanwege repressieve of militaire regimes is er in bepaalde landen het probleem van een beperkte democratische beweegruimte. Farai en Aung Ja getuigden over de strijd waarmee mensen en gemeenschappen worden geconfronteerd in Zimbabwe en Birma respectievelijk. Machthebbers werken hand in hand met bedrijven en investeerders uit verschillende landen (Australië, India, China, Bulgarije, VK,…) tegen de belangen van hun eigen bevolking. De mensen en gemeenschappen  riskeren ontzetting van hun land en geweld of straffen als ze opkomen voor hun rechten. Daarnaast vormt de huidige Europese Green Deal ook een groot probleem omdat het de uitbreiding van de mijnbouw zal aanmoedigen en ondersteunen (lees meer daarover hier).

Common Ground

We moeten pluralistisch zijn en afzien van een “one size fits all”-benadering (wat tevens een extractivistisch, kapitalistisch idee is) – voor elke situatie is er een specifieke context. De RTSN-beweging is een heterogene verzameling van organisaties, mensen en culturen. Maar in de verscheidenheid van organisaties zijn er toch gemeenschappelijke/verbindende elementen terug te vinden  (afgeleid uit de presentatie van Hal):

  • De aard van het democratische proces in twijfel trekken: wie profiteert, wie draagt de lasten op lange termijn? Wie bepaalt waar mijnbouw plaatsvindt, wie bepaalt de waarde, wie profiteert en wie lijdt…?
  • Het verwerpen van instrumentele relaties met de natuur: “Natuur” is een veel betere term dan “milieu” of “natuurlijke hulpbronnen”, omdat het integriteit heeft. The Right to Say No is gebaseerd op het waarborgen van de kwaliteit van leven.
  • Het pleiten voor lokale, low-impact manieren van leven.
  • Het uitdagen de extractivistische en op groei georiënteerde metapolitiek en narratieven.

 

Voorgestelde eisen

 (Zoals afgeleid uit de presentaties van Aung Ja en Karina.)

  • Stevige en sterke regulering van bedrijven ten voordele van de bevolking; we eisen dat er geen schade wordt gebracht aan mens, planeet, aan ons sociale welzijn en levensonderhoud.
  • Bevestiging van de samenleving en niet het belang van de staat, er moet een bestuur zijn waarin het belang van de mensen centraal staat. Lokale gemeenschappen moeten gezag en soevereiniteit hebben. Ze beslissen wat sociaal en cultureel het beste is voor hun levenswijze. Zij zijn degene die hun natuurlijke hulpbronnen/gemeenschappelijke goederen controleren en niet de regeringen. Omdat het hun levensonderhoud en hun toekomstige generaties beïnvloedt.
  • Een rechtvaardige transitie en volledige restitutie. Compensatie voor de degradatie van de territoria. Het restitutieproces moet de verantwoordelijkheid van de staat en de corporaties omvatten. Ze moeten ter verantwoording worden geroepen. De transitie moet divers zijn in hoe je dit op veel verschillende niveaus aanpakt.
  • Mijnbouwvrije gebieden: als bepaalde gebieden als beschermd worden geclassificeerd, mag hier geen enkele mijnbouw doorgaan. Hetzelfde geldt voor het respecteren van inheemse landrechten.
Protester on street blowing a whistle

Een rijk repertoire aan strategieën en interventies

Hieronder kan je enkele strategieën en interventies verkennen die kunnen worden gebruikt om op te komen voor het RTSN (verzameld uit de presentaties van de verschillende sprekers). Veel van deze strategieën kunnen worden gecombineerd tot een grotere strategie (of zijn een noodzakelijke stap, bijvoorbeeld het uitvoeren van voorgaand onderzoek). Er is natuurlijk de eigen specifieke context (politiek, cultureel, …) waarmee je rekening moet houden die uiteindelijk zal bepalen welke tactieken en interventies je kan toepassen.

 

Onderzoek

Farai stelt voor om als eerste interventie onderzoek uit te voeren: wie is er betrokken, wie gaat last ondervinden van het project, wat gaat de waarschijnljike impact op de natuurlijke omgeving zijn, enzovoort.

 

Documentatie, bewijsvoering en argumentatie

Het is belangrijk om gevoerde strijd te documenteren, om vast te leggen wat er gaande is en deze informatie te verspreiden, zodat we van elkaar kunnen leren. We hebben meer onderzoek en documentatie van de huidige gevallen nodig. We kunnen ons hierbij afvragen wat de RTSN-beweging verder zou kunnen ondersteunen? Een idee hierbij zou kunnen zijn om een model wetgeving/proces te ontwikkelen dat aangepast kan worden aan het lokale of regionale niveau.

 

Het herzien van documenten

De milieueffectrapportages die mijnbouwbedrijven op tafel leggen zijn vaak frauduleuze documenten, dus die moeten worden onderzocht. Ook worden in bepaalde gevallen mensen naar vergaderingen gelokt waar ze een aanwezigheidslijst tekenen die later als toestemmingsformulier wordt gebruikt (zoals in Zimbabwe).

 

Capaciteit opbouwen

De capaciteit van de mensen en gemeenschappen opbouwen. Hen voorlichten over hun rechten.

“Education is the most powerful weapon which you can use to change the world.” – Nelson Mandela 

 

Volksraadplegingen/Referendum

We hoorden Faraj over deze strategie praten en we weten ook dat deze interventie in Latijns-Amerikaanse landen wordt gebruikt. Het wordt zelden gebruikt in Europa, maar er is wel een geval geweest in Trun, Bulgarije waar een goudproject succesvol en unaniem werd afgewezen.

 

Het Juridische Proces

Het juridische kader is vaak in het voordeel van bedrijven, maar er zijn ook bepaalde mazen in wetten of grondwetten die we zelf in ons voordeel kunnen gebruiken. Dit kan vaak ook worden gebruikt als een vertragings-strategie om wat ruimte te geven aan andere strategieën. We kunnen ook werken aan het herstellen van de wetten en de loopholes of mazen in de wet die de bedrijven momenteel in hun voordeel gebruiken.

 

Verklaring van de rechten van de Natuur/Gemeenschap

We hoorden het voorbeeld van Ierland – Greencastle, waar de gemeenschap en lokale overheden de rechten van de Natuur verklaarden, waarbij ze dit toepasten en ook vastlegden in de lokale wetgeving. Mijnbouw is namelijk niet verenigbaar met de Rechten van de Natuur.

 

Het Parlement aanschrijven

Het parlement verzoeken om in te grijpen en om onderzoeksmissies te houden. Farai legde uit dat zij dit doen door eerst naar de getroffen gemeenschap te gaan, een campagne op te zetten en dan de media te contacteren. Op die manier heeft het parlement geen andere keuze dan in te grijpen en worden ze gedwongen te luisteren naar de klachten en om de rechten van gemeenschappen te erkennen.

 

Directe Actievoering

We kunnen onze lichamen gebruiken door onszelf er letterlijk tussenin te plaatsen – dit is de meest viscerale en gevaarlijke vorm van strategie.

Turkse vrouwe met wandelstok staat voor een politie barricade

Deze krachtige foto werd gedeeld op de actiedag voor de  #GlobalDayAgainstMegaMining door bondgenoten in Turkije. Gemeenschappen in de bergen van Kaz verzetten zich tegen de ontbossing en het opgraven van hun land door goudmijnbedrijven .

We kunnen zelf onze investeringen stoppen (of ons land onder druk zetten om deze te stoppen) door geen handel te drijven en door sancties en boycots toe te passen. Bijvoorbeeld met betrekking tot de huidige situatie in Birma (of andere repressieve regimes) totdat er een democratie is die tenminste de mensenrechten respecteert.

 

Maak het Openbaar

  • Houd openbare bijeenkomsten, demonstraties of protesten om de aandacht van de media te trekken en de publieke opinie bewust te maken van wat er aan de hand is. We kunnen de publieke opinie in ons voordeel mobiliseren.
  • Vergaar de steun van prominente, geloofwaardige en invloedrijke leiders. Dit kunnen rechters, politieke leiders of zelfs corporatieve leiders zijn. Uiteraard zonder afbreuk te doen aan onze fundamentele principes.

 

Maak Creatief Gebruik van de Media

  • Maak gebruik van media: houd je eigen mediacampagne. Identificeer journalisten die de strijd van de gemeenschap kunnen versterken, zodat de lokale bevolking wereldwijd kan gaan in termen van mediabewustzijn. Zo zijn we zijn niet langer zwak, stemloos of gezichtsloos. Verdedig de pers en de media tegen autoritaire regeringen.
  • Maak onze strijd populair met behulp van media (zowel traditionele, reguliere en sociale media). Benut de kracht van het internet en de digitale levensstijl. Probeer millennials en jeugd te bereiken. Informeer en leidt de reguliere media op over waarom RTSN belangrijk is.

 

Solidariteit Versterkt

  • Beoefen en versterk de solidariteit door grote nationale en internationale netwerken en allianties op te bouwen. We hebben een internationale beweging nodig om onze strijd te versterken. Populaire gemeenschapsorganisatie en permanente solidariteitsacties die de emancipatie versterken, zijn essentieel.

“Solidarity was the movement that turned the direction of history, I think.” – Jeane Kirkpatrick 

 

  • Het uitoefenen van internationale druk op repressieve regeringen, bv. het Bolsonaro-regime in Brazilië. De bevolking betrekken en organiseren is belangrijk in dergelijke situaties.

Ga in Dialoog met de Bedrijven

  • In Selkie (Finland) nam de gemeenschap contact op met meerdere bedrijven die het gebied aan het prospecteren waren en vertelde hen: “we wijzen dit project ronduit af, dus bespaar je geld en ga weg”. Dit werkte in hun geval, maar het heeft een zeer specifieke context.
  • Het houden van bijeenkomsten tussen gemeenschappen, bedrijven en overheden.

Stel duurzame alternatieven voor

Er zijn betere economische opties dan mijnbouw mogelijk die nu reeds bestaan of die bestaan als potentiële opportuniteiten. We kunnen niet doorgaan op dezelfde manier zoals in het patriarchale kapitalistische systeem. Zo is er kleinschalige landbouw, visserij, ecotoerisme of natuurtoerisme. Karina stelt ook voor om de input van vrouwen en jongeren te gebruiken, om hun creativiteit aan te wenden voor het bedenken van nieuwe economische alternatieven en manieren van leven. Ook de herstel van natuur kan mensen nieuwe mogelijkheden bieden. Natuurherstel is zo noodzakelijk. Goede voorbeelden hiervan zijn Finland of Noord-Spanje.

Bekijk hier enkele voorbeelden van door de gemeenschap geleide post-extractieve ‘alternatieven’.

“The environment and the economy are really both two sides of the same coin. If we cannot sustain the environment, we cannot sustain ourselves” Wangari Maathai 

 

Het huidige verhaal uitdagen

  • We moeten wijzen op de verhalen die naar voren worden geschoven. Zo kunnen we de ironie aankaarten waarmee het slopen van reeds duurzame plattelandsgemeenschappen, die al een lage ecologische impact hebben, gerechtvaardigd wordt in de naam van zogenaamde klimaatactie en ‘duurzaamheid’.
  • Het aankaarten van de greenwashing-tactieken van de Green Deal. RTSN is een reactie op het ‘green washing’-verhaal. Ook het verhaal van ‘economisch herstel na Covid’ dat wordt gebruikt kunnen we in twijfel trekken. Vaak wordt het terug op gang trekken van de economie als een reden gebruikt om mijnbouwprojecten op te starten.
  • Het groeiverhaal aankaarten: mijnbouw gebeurt omdat er vraag is die voortkomt uit het groeiverhaal. We moeten evolueren naar een verhaal dat gebaseerd is op welzijn in plaats van op de illusie van continue groei.
  • De natuur (en de mineralen en metalen die hier deel van uitmaken) wordt nog al te vaak gereduceerd tot handelsgoederen en als een verzameling dode goederen die moeten worden gewonnen voor het ‘grotere goed’. We moeten af van de  instrumentalistische, kortetermijnvisie op de natuur. We hebben een langetermijnvisie van de natuur nodig die holistisch is en rekening houdt met de culturele en spirituele relaties die men heeft met een gebied.
  • Vrije gebieden dienen we ook groter te zien dan enkel als een fysieke ruimte vrij van extractie en mijnbouw. We kunnen ook de immateriële realiteit van het gebied meenemen in ons begrip. Het volledige spectrum: het lichaam, de geest, de cultuur, de manier van leven en denken. 

 

“We don’t inherit the earth, we borrow it from our children.”Chief Seattle 

We hopen dat je wat inspiratie hebt opgedaan met deze verzameling strategieën en interventies, verzameld bij de verschillende sprekers van The Right to Say No – Global Webinar!

Je kunt de slotverklaring van het Thematisch sociaal Forum over Mijnbouw en de Extractivistische Economie die het webinar organiseerde hier lezen.

Als je nog andere interventies of tactieken hebt die nuttig kunnen zijn, deel ze dan gerust met ons in de comments, via het contactformulier of e-mail info@catapa.be.