Defense of the indigenous Colombian human rights

De impact van het Escazú-akkoord op het recht om nee te zeggen in Latijns-Amerika

Dit artikel zal kort voorstellen en uitleggen hoe het Escazu-akkoord een positieve invloed kan hebben op het recht om nee te zeggen. Om het beter te begrijpen, leggen we eerst uit waar het vandaan komt, wat de unieke kenmerken ervan zijn, wat de doelstellingen ervan zijn, welke rechten het verleent en wat de link is met onze campagne ‘Het recht om nee te zeggen’ in Catapa vzw.

Het Regionaal Akkoord over Toegang tot Informatie, Publieke Inspraak en Rechtspraak in Milieuzaken in Latijns-Amerika en de Caraïben, ook wel het Akkoord van Escazú genoemd, werd aangenomen op 4 maart 2018 en trad in werking op 22 april 2021. Binnen de Economische Commissie van de VN voor Latijns-Amerika en het Caribisch gebied (ECLAC) met 24 ondertekenende staten en 14 partijen onder hen (Colombia, Ecuador en Bolivia).

Defense of the indigenous Colombian human rights

CIDH- ddhh indigenas Colombia _1039” door Comisión Interamericana de Derechos Humanos licentie onder CC BY 2.0 .

De overeenkomst van Escazu is om drie redenen vrij uniek: ten eerste is het de enige juridisch bindende overeenkomst die voortkomt uit de Conferentie van de Verenigde Naties over duurzame ontwikkeling (Rio +20); ten tweede is het het eerste verdrag van de regio over milieuzaken; en ten derde is het ‘s werelds eerste verdrag dat bepalingen bevat over mensenrechtenverdedigers in milieuzaken.

Het belangrijkste doel van de overeenkomst is om de doelen van principe 10 van de Verklaring van Rio over Milieu en Ontwikkeling uit 1992 te vervullen, waarin staat dat:

“Milieukwesties kunnen het best worden aangepakt met participatie van alle betrokken burgers op het relevante niveau. Op nationaal niveau heeft ieder individu passende toegang tot milieu-informatie die in het bezit is van overheidsinstanties, met inbegrip van informatie over gevaarlijke stoffen en activiteiten in hun gemeenschappen, en de gelegenheid deel te nemen aan besluitvormingsprocessen. De staten vergemakkelijken en stimuleren de bewustmaking en deelneming van het publiek door informatie op ruime schaal beschikbaar te stellen. Er wordt voorzien in effectieve toegang tot gerechtelijke en administratieve procedures, met inbegrip van verhaal en genoegdoening”.

Op deze manier streeft de overeenkomst naar “het recht van huidige en toekomstige generaties om in een gezond milieu te leven en op duurzame ontwikkeling“.

 

Hoe verhoudt dit zich tot het recht om nee te zeggen?

Het Recht om Nee te Zeggen staat voor ‘het fundamentele recht van gemeenschappen om niet alleen betrokken te worden bij – en geïnformeerd te worden over de plannen, maar ook, in gevallen van onbevredigende uitkomsten van onderhandelingsprocessen, om uiteindelijk ‘Nee’ te zeggen tegen de voorstellen. Dit essentiële begrip versterkt niet alleen de stem van gemeenschappen en plaatst hen in een rechtvaardigere positie, maar zet bedrijven ook onder druk om inheemse kennis en gewoonterecht te respecteren. Het recht om “Nee” te zeggen tegen mijnbouw is daarom ook het recht om “Ja” te zeggen tegen een zelfbepaald bestaan en geeft gemeenschappen een concreet instrument om hun eigen ontwikkelingsmodel te bedenken door middel van processen aan de basis en recht van onderop. 

Dit recht is gebaseerd op het principe van Free Prior and Informed Consent (FPIC) dat inheemse volken in staat stelt om al dan niet toestemming te geven voor projecten die hen of hun grondgebied kunnen aantasten.

In lijn met dit concept is het Akkoord van Escazu een waardevol regionaal juridisch mechanisme ter ondersteuning van de uitoefening van het Recht om Nee te Zeggen in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied, vanwege de erkenning en bescherming van de toegangsrechten die het verleent, zoals het recht op toegang tot milieu-informatie, het recht op inspraak in het besluitvormingsproces op milieugebied en het recht op toegang tot de rechter in milieuaangelegenheden.

Wat houden die rechten in de overeenkomst in?

 

Recht op informatie

Het recht op toegang tot milieu-informatie omvat toegang tot de relevante informatie van de projecten volgens het beginsel van maximale openbaarmaking, wat betekent dat mensen informatie kunnen opvragen en ontvangen van de bevoegde autoriteiten zonder dat ze een bijzonder belang of reden hoeven aan te tonen, wat particulieren, NGO’s en verenigingen de mogelijkheid biedt om in elk van de onderhandelingsfasen van de mijnbouwprojecten te worden geïnformeerd, zodat ze kunnen handelen voordat de autoriteiten een definitief besluit over de terreinen nemen.

Het is ook de plicht van de ondertekenende partijen van de Escazu-overeenkomst om deze toegang tot milieu-informatie voor personen of groepen in kwetsbare situaties te vergemakkelijken door de tenuitvoerlegging van procedures om hen bij te staan en te adviseren bij de voorbereiding van hun verzoeken tot het verkrijgen van een antwoord om de uitoefening van dit recht onder gelijke voorwaarden te garanderen. Dit betekent dat de overheid de nodige bijstand en juridisch advies verleent aan mensen die, gezien hun specifieke situatie, niet over de kennis of financiële middelen beschikken om de verzoeken zelfstandig in te dienen, maar die wel aan deze processen willen deelnemen.

People painting a mural against mining No a la Mineria” by somos2013 is licensed under CC BY 2.0 .

De overeenkomst vermeldt ook onder welke omstandigheden de staten de gevraagde informatie mogen weigeren en welke voorwaarden van toepassing zijn voor het verstrekken van de informatie, zodat er transparantie en duidelijkheid komt over de rechtsgronden, beperkingen en uitzonderingen om dit recht uit te oefenen. Het Escazu-akkoord vraagt de partijen ook om onpartijdige instellingen aan te wijzen om toe te zien op de naleving van de bepalingen en regels die erin zijn opgenomen. Dit recht zal een enorme verandering betekenen ten opzichte van de huidige procedures, waarbij milieu-informatie meestal wordt geweigerd aan mensen of autoriteiten, waardoor het te ingewikkeld wordt om begrepen te worden door mensen die niet betrokken zijn bij de projecten.

 

Derecho a la participación

Het recht op inspraak van het publiek in het milieu besluitvormingsproces houdt in dat er open en inclusieve inspraak mechanismen worden gecreëerd die nationale en internationale normatieve kaders volgen en die bedoeld zijn om het publiek te betrekken vanaf de allereerste stadia van projecten en activiteiten in milieuaangelegenheden, zoals processen voor het verlenen van milieuvergunningen, herzieningen, herevaluaties of updates. Elk aspect van openbaar belang, zoals ruimtelijke ordening, beleid, strategieën, regelgeving, enz. En vereist van de ondertekenende partijen de verspreiding van de genomen beslissingen en hoe de opmerkingen van het publiek in overweging worden genomen om tot de beslissingen te komen.

Dankzij het Akkoord van Escazu heeft het publiek vanaf nu het recht om toezicht te houden op en betrokken te zijn bij de projecten vanaf het allereerste begin, waardoor de gemeenschappen en de samenleving niet meer voor lelijke en onverwachte verrassingen komen te staan over het lot van hun land. Vanaf nu moet hun stem worden gehoord en in overweging worden genomen, en de staten zullen moeten bewijzen hoe de aanbevelingen en beslissingen van het publiek werden meegenomen op het moment dat de beslissingen werden genomen.

 

Recht op toegang tot de rechter

Het recht op toegang tot de rechter in milieuaangelegenheden vereist van de ondertekenende partijen dat ze hun nationale wetgeving aanpassen met garanties voor het respecteren van het principe van een eerlijke rechtsgang en het implementeren van gerechtelijke en administratieve mechanismen die het publiek in staat stellen om elke beslissing, handeling of nalatigheid die van invloed is op de uitoefening van de toegangsrechten of wanneer een beslissing, handeling of nalatigheid van invloed kan zijn op het milieu of een schending van de wet- en regelgeving met betrekking tot het milieu kan inhouden, aan te vechten en er beroep tegen aan te tekenen.

Zoals eerder vermeld, is een van de hoogtepunten van de overeenkomst de bepalingen met betrekking tot mensenrechtenverdedigers in milieubewegingen. Het is de eerste bindende overeenkomst ter wereld die garanties biedt voor de veiligheid en een stimulerende omgeving voor personen, groepen en organisaties die zich inzetten voor de bevordering en verdediging van mensenrechten in milieubewegingen.

In dit opzicht roept de overeenkomst op tot de implementatie van adequate en effectieve maatregelen om tijdig in te grijpen bij de verdediging, bescherming en bevordering van alle rechten van mensenrechtenverdedigers in milieuaangelegenheden, met inbegrip van “hun recht op leven, persoonlijke integriteit, vrijheid van mening en meningsuiting, vreedzame vergadering en vereniging, en vrij verkeer, alsmede hun vermogen om hun toegang uit te oefenen”. 

Tot slot moedigt de overeenkomst de implementatie van haar bepalingen aan door het creëren en versterken van de nationale capaciteiten van de partijen om maatregelen te nemen, dat wil zeggen om autoriteiten, ambtenaren, rechterlijke functionarissen, nationale mensenrechten instellingen, juristen en het publiek in het algemeen op te leiden in de toegangsrechten die door de overeenkomst worden erkend, en de vitale rol te erkennen die verenigingen, organisaties en groepen spelen bij het vergroten van het publieke bewustzijn met betrekking tot toegangsrechten.

Mining areaMineria Amalfi 07” by Antropovisual is licensed under CC BY-SA 2.0 .

 

Wat is de toekomst van het Escazú-akkoord?

Hoewel het ratificatieproces van deze ambitieuze overeenkomst traag verloopt, gezien het gebrek aan politieke wil bij de ondertekenende partijen, is de Escazu-overeenkomst een mijlpaal voor de uitoefening van het recht om nee te zeggen, aangezien het een regionale juridische achtergrond biedt in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied voor de erkenning van toegangsrechten waarbij gemeenschappen, groepen en individuen nee kunnen zeggen tegen mijnbouwprojecten en alternatieven kunnen voorstellen. 

De overeenkomst van Escazu heeft nog een lange weg te gaan en veel obstakels te overwinnen voordat het een solide mijlpaal wordt voor de bescherming van de toegangsrechten van gemeenschappen. Daarom is het nu zaak om het publieke bewustzijn over het verdrag te vergroten, de ratificatie ervan door meer staten te promoten en de implementatie ervan te monitoren met als doel gemeenschappen uit te rusten met meer juridische mechanismen om hun recht uit te oefenen om nee te zeggen tegen het huidige destructieve economische systeem en de erkenning van de toegangsrechten aan te moedigen, de ratificatie ervan te promoten voor die staten die nog in afwachting zijn en de implementatie ervan te monitoren in die staten die het al geratificeerd hebben.

 

In Catapa vzw willen we doorgaan met het promoten van Het Recht om Nee te Zeggen tegen mijnbouw en Het Recht om Ja te Zeggen tegen een duurzame manier van leven waarbij gemeenschappen de beslissingen over hun grondgebied kunnen bepalen en overzien. Daarom willen we onze steun betuigen aan de ratificatie en implementatie van het Escazu-akkoord, gezien de gedeelde waarden met onze campagne RTSN, waar onze strijd voor een betere toekomst zonder mijnbouw doorgaat tot onze stemmen gehoord worden.

Dit artikel is geschreven door Catapista Laura Carvajal.

Bibliografie

“Chetillanos rechazan proyecto minero”. Copyright: CONACIPE

Goud of water? De laatste toegang tot schoon drinkwater in cajamarca

Vrijdag 7 mei organiseerden gemeenschappen en maatschappelijke organisaties, waaronder het Frente de Defensa Ambiental de Colpayoc, in Cajamarca een persconferentie om het goudmijnproject Colpayoc van het Canadese mijnbouwbedrijf Estrella Gold S.A.C. in de provincie Chetilla aan de kaak te stellen en er zicht tegen te verzetten. Gemeenschapsleiders en milieuactivisten uit de hele provincie geven aan dat ze niet worden betrokken bij of gehoord in het proces, en zullen de straat op gaan om hun grondgebied te verdedigen.

“Chetillanos rechazan proyecto minero”. Copyright: CONACIPE

Protest in December 2022 tegen het Colpayoc mijnbouwproject. “Chetillanos rechazan proyecto minero”. Copyright: CONACIPE

De provincie Chetilla is een van de laatst overgebleven gebieden van inheemse quechua sprekers in de regio Cajamarca, en is ook de armste provincie. Volgens het beoordelingsrapport van de  mijnbouwbedrijven verdient ongeveer 83% van de bevolking binnen het effectgebied minder dan 300 Sol (ongeveer 75 euro) per maand. Bovendien heeft 33% van de bevolking de lagere school niet afgemaakt en is 13% analfabeet. Dit is duidelijk een gemeenschap die extreem kwetsbaar is voor uitbuiting door mijnbouwbedrijven en het staatsapparaat. Zij beloven banen en economische ontwikkeling beloven, zolang de gemeenschap hun recht op schoon drinkwater voor hun kinderen en de dieren waarvan ze afhankelijk zijn maar opofferen.

Delegation of JASS (Service and Sanitation Management Board) Ronquillo protesting Colpayoc, Press Conference in the Plaza De Armas, Cajamarca 7th May 2023. Source: CATAPA

Een delegatie van JASS (Service and Sanitation Management Board) Ronquillo protesteert tegen Colpayoc, Persconferentie op Plaza De Armas, Cajamarca 7 mei 2023. Bron: CATAPA

De gevolgen van Colpayoc kunnen catastrofaal zijn voor de gemeenschappen die zich niet alleen in de directe omgeving van de mijn bevinden, maar ook voor de mensen die in de wijdere omgeving wonen. 30% van de stad Cajamarca, zo’n 150.000 inwoners, is voor schoon drinkwater afhankelijk van rivieren in de stroomgebieden van de Crisnejas en de Jequetepeque. 

Onlangs nog, in mei, kwamen 27 mensen om het leven in een goudmijnbrand in Arequipa. Wereldwijd is goudmijnbouw verantwoordelijk voor 38% van de uitstoot van kwik, dat slopende langetermijnziekten veroorzaakt onder mijnwerkers en lokale gemeenschappen rond mijnen.

Photo of the La Esperanza gold mine, Arequipa, Peru where 27 miners died in a fire this May 2023. Source: AFP

Foto van de La Esperanza goudmijn, Arequipa, Peru waar 27 mijnwerkers omkwamen bij een brand in mei 2023. Bron: AFP.

CATAPA steunt het recht om ‘Nee’ te zeggen van de gemeenschappen van Colpayoc. Om de klimaatcrisis op te lossen moeten we rechtvaardige oplossingen zoeken en implementeren die in harmonie zijn met mens en planeet. We kunnen niet doorgaan met het opofferen van ons recht op water en propere lucht voor de winsten van een paar multinationale mijnbouwbedrijven die koste wat het kost maximale winst willen maken terwijl ze onze gemeenschappen en levenswijzen vernietigen. 

COLPAYOC LAAT ZICH NIET UITBUITEN, WIJ VERDEDIGEN COLPAYOC



We eisen gerechtigheid voor vermoorde milieuverdediger in Colombia!

Met spijt delen wij het nieuws van de moord op Johan Ferney Aguilar González. Hij was een Colombiaanse milieuverdediger en de zoon van Wilder Antonio Aguilar Rodríguez , die een sociaal leider en milieuverdediger is in de gemeente Falan, Colombia.

Johan Ferney werd op 3 september vermoord, enkele uren na een openbare hoorzitting van het Nationaal Mijnbouwagentschap, waar hij en zijn vader samen met 700 anderen aanwezig waren. Tijdens de openbare hoorzitting deed zijn vader een publieke aanklacht tegen de doodsbedreigingen die hij had ontvangen omwille van hun verzet tegen het mijnbouwproject van Miranda Gold.

Deze tragische gebeurtenis is een directe aanval op degenen die onvermoeibaar hebben gestreden om hun rechten en hun land te verdedigen tegen de belangen van bedrijven die in de regio actief zijn. Deze misdaad is een bedreiging voor de milieu- en mensenrechtenverdedigers en een waarschuwing voor iedereen die zich verzet tegen de belangen van grote industriële belangen.

Samen met onze Colombiaanse partners eisen we gerechtigheid:

  • We eisen dat er een onpartijdig onderzoek wordt uitgevoerd naar deze misdaad, om te garanderen dat het geweld niet onvervolgd blijft.
  • We eisen dat de milieuautoriteiten, in het bijzonder het Nationaal Mijnbouwagentschap, alle mijnbouwactiviteiten stilleggen totdat er garanties zijn voor vrede en bescherming voor de hele gemeenschap.
  • We doen een dringend verzoek aan lokale, regionale en nationale autoriteiten om bescherming en beveiliging te bieden aan milieu- en mensenrechtenverdedigers die strijden voor de bescherming van hun omgeving.
  • We vragen de internationale gemeenschap om druk te zetten op de Colombiaanse overheid opdat ze de levens en persoonlijke integriteit beschermt van de leiders en gemeenschappen die zich verzetten om hun grondgebied te beschermen.
  • We eisen dat de mensenrechten worden gerespecteerd en dat degenen die zich inzetten voor de verdediging van hun gemeenschappen en het land dat hun toebehoort, veilig zijn.

CATAPA volgt de situatie rond Falan al een tijdje. Lees meer over Falan, waar mijnbouwmultinationals (waaronder Miranda Gold) de hele regio verkennen om hun grootschalige mijnbouwprojecten op te starten, terwijl milieuverdedigers in opstand komen om hun land te beschermen. Zoals beschreven in dit artikel met de nadruk op Falán, zijn doodsbedreigingen een veelvoorkomende praktijk die gebruikt wordt door mijnbouwmultinationals om een gemeenschap te dwingen zich te schikken naar hun plannen.

We zijn verontrust en bedroefd dat deze doodsbedreigingen gevolgd zijn door de daadwerkelijke moord op Johan Ferney. Door zijn dood lijden de mensen van Falan onder het enorme verlies van een familielid en lid van de gemeenschap. We denken aan hen en sturen hen veel sterkte toe.

Gold mining

Hoe overtuig je een dorp ervan zijn toekomst te vernietigen? Een handleiding in 8 stappen

Over de hele wereld gebruiken mijnbouwmultinationals vergelijkbare strategieën om gemeenschappen van hun vernietigende projecten te overtuigen. Wil je hun geheime recept weten?

We duiken in het mijnbouwconflict dat momenteel plaatsvindt in het dorp Falán in Colombia, waar multinationals zoals Anglogold Ashanti het dorp voorbereiden op de mijnen die ze er willen openen. De mijnbouwprojecten zullen een verwoestende impact hebben op het milieu, op de toegang tot drinkbaar water, op de landbouw in de regio en op het huidige en potentiële toerisme.

Je kan je dus wel voorstellen dat het moeilijk is om de gezinnen van deze toekomstplannen te overtuigen. Net als duizenden andere gemeenschappen in de wereld verzetten de inwoners van Falán zich tegen de geplande ontginningsprojecten in hun regio en protesteren ze er om hun recht op proper water en een gezonde leefomgeving te behouden.
Omdat geen enkel weldenkend mens een openpitmijn dicht bij huis zou willen en het volkomen terecht is dat ze zich verzetten, is het niet altijd gemakkelijk voor multinationals om hun activiteiten in andere landen uit te rollen. Maar indien jij een onethische mijnbouwmultinational bent die een lokale gemeenschap en het omringende natuurgebied wil verwoesten en de klimaatcrisis en sociale onrechtvaardigheid wil aanwakkeren, dán ben je hier aan het juiste adres.

De 8 stappen hieronder zijn een handige leidraad om gemeenschappen te verdelen, conflicten aan te wakkeren en exact die hoeveelheid chaos te creëren die nodig is om je project te doen slagen.

Stap 1. Bedenk een geschikte naam voor je destructieve project.

Om voor de hand liggende redenen heeft je bedrijf waarschijnlijk een slechte reputatie in de regio die je wilt vernietigen. Hiervoor bestaat een snelle oplossing: creëer gewoon een dochterbedrijf met een andere naam! Ja, zo gemakkelijk kan het zijn.

Anglogold Ashanti gebruikt deze strategie in heel Colombia, waar veel gemeenschappen zich verzetten tegen de komst van het bedrijf naar hun regio vanwege de reputatie die het bedrijf in naburige regio’s heeft. In plaats van tijd te verspillen met speculeren over wat die slechte reputatie over hun bedrijf zou kunnen zeggen, creëren ze dochterbedrijven, met onduidelijke juridische banden, om te beginnen met de exploratiefase in een bepaalde regio.

Neem bijvoorbeeld Falán, daar is een bedrijf genaamd Miranda Gold momenteel de regio aan het exploreren. Het boort gaten van 200 meter diep in de aarde om te onderzoeken welke bergen ideaal zijn voor de ontginning van goud. Nader onderzoek wijst er sterk op dat het bedrijf banden heeft met (en mogelijk financiering krijgt van) Anglogold Ashanti.

Daar houdt het namenspel niet op. Elke mijn heeft een eigen naam, en om de gruwelijke impact ervan goed te verbergen, gebruik je best een naam die een bepaalde historische, culturele of ecologische waarde heeft voor de gemeenschappen die erdoor getroffen zullen worden. Met de juiste merknaam zullen mensen elk vergif drinken.

Wat altijd werkt is gewoon de naam gebruiken van de berg, het meer of de waterval die ‘vervangen’ zal worden door je vernietigende project. Zoals het La Colosa mijnbouwproject in Cajamarca dat vernoemd is naar de La Colosa-waterval. Je hoeft dus niet origineel te zijn. Culturele toe-eigening (cultural appropriation) op zijn best.

Een goed voorbeeld hiervan vinden we in Falán. Het dorp is terecht erg trots op hun natuurreservaat genaamd Ciudad Perdida, of Verloren Stad in het Nederlands, dat naast hectares prachtige natuur en watervallen ook de ruïnes van twee mijndorpen uit de 16e eeuw herbergt. Het is een zeer unieke ecotoeristische attractie die gekend is in de wijdere regio. 

Met een duidelijke knipoog naar het voortzetten van een erfenis van verwoesting, koos een ander bedrijf dat actief is in het dorp (en dat nu een alliantie is aangegaan met Miranda Gold) de naam Lost Cities SAS om licenties te verkrijgen om het gebied te exploreren voor waardevolle mineralen. Mooi zo.

Along comes another company performing exploration for extraction in the village (and that now has formed an alliance with Miranda Gold) in a clear nod to continuing a legacy of devastation, chose the name Lost Cities SAS to obtain licences to start exploring for valuable minerals in the area. Job well done.

Stap 2. Zorg dat de lokale overheid aan jouw kant staat.

Het is belangrijk om de lokale overheid aan jouw kant te hebben. Zij hebben veel macht en invloed en kunnen lokale procedures in jouw voordeel ombuigen en er de weg voor je plaveien. Wees dus niet bang voor corruptie en het omkopen van politici aan de macht. 

Hoe doe je dit? Begrijp eerst goed hoe federale overheden denken. De aantrekkingskracht van een multinational ligt in het neoliberalisme. Dit betekent dat landen worden gezien als ‘arm en onderontwikkeld’ of ‘rijk en ontwikkeld’ in termen van grondstoffenverbruik. Door multinationals uit ‘rijke’ landen naar ‘arme’ landen te halen, hopen federale regeringen winst te maken via belastingen. 

Betaal vervolgens de lokale politici om akkoord te gaan en vergunningen uit te delen, maar ook om tegenstanders van de projecten actief te bestrijden met dreigementen (zie stap 7). Speel zo in de ondermijning van de democratie: de beperkte politieke termijnen laten toe dat dezelfde politici die instemmen met de projecten niet degenen zijn die binnen een bepaalde tijd te maken krijgen met de situatie van waterschaarste, vervuiling en armoede die door de mijnbouwprojecten worden gecreëerd. 

Belangrijk punt: zorg ervoor dat er geen papieren bewijs of wettelijke basis is die je verantwoordelijk kan houden voor de impact van je project op het milieu of op de rechten van de mens.

Stap 3. Lobby zoveel mogelijk om de wet in jouw voordeel om te buigen.

Soms wordt jouw destructieve mijnbouwproject geconfronteerd met vervelende ‘wetgeving’ die de gemeenschappen rechten geeft om over hun eigen territorium te beslissen, of om het milieu te beschermen, of iets dergelijks.

Als bedrijf dat in geen van de bovenstaande dingen geïnteresseerd is, is dit hét moment om allianties te vormen met andere multinationals. Verzamel fondsen – ongeveer het bedrag waarmee je een aanzienlijk deel van het regenwoud zou kunnen herstellen – en gebruik het voor lobbywerk bij de overheid opdat ze mazen in de wet creëren voor bedrijven. Achter gesloten deuren, natuurlijk – we willen niet dat mensen dit te weten komen.

Neem bijvoorbeeld Colombia. In Colombia hadden gemeenschappen het grondwettelijke recht om referenda te organiseren en beslissingen te nemen over hun land. Dankzij die wet en omdat veel gemeenschappen op die manier opkwamen voor hun rechten, werden al verschillende mijnbouwprojecten tegengehouden. 

Maar als gevolg van een sterke mijnbouwlobby kwam er in 2018 de (ongrondwettelijke) beslissing dat deze referenda niet meer georganiseerd mogen worden voor mijnbouwprojecten. Want dat is een zaak van nationaal belang, die de belangen van een lokale gemeenschap overstijgt. Er moeten immers opofferingszones bestaan opdat anderen een rijke levensstijl kunnen leiden. Onthoud: een goede bedrijfslobby is niet gebaseerd op logica of wetenschap. 

Ook lokaal zijn er vaak regels en procedures waarmee je rekening moet houden om je project te doen slagen en die je, indien nodig, in je voordeel dient om te buigen. In Colombia heeft elke gemeente bijvoorbeeld een ruimtelijk ordeningsplan (Plan de Ordenamiento Territorial, POT) waarin ze voor een bepaald aantal jaren bepalen waarvoor hun land mag gebruikt worden. Het POT van Falán bijvoorbeeld staat alleen landbouw en toerisme toe. Maar gelukkig heeft AngloGold vrienden in het gemeentehuis (zie stap 2) en werken zij momenteel aan een herziening van dit plan zodat mijnbouw aan de lijst kan toegevoegd worden.

Stap 4. Cadeautjes! Koop de publieke opinie.

Cadeautjes. Werken. Altijd. Vooral in gebieden waar de toegang tot informatie over de impact van mijnbouw beperkt is, dus dat zijn de gebieden die vaak makkelijker te overtuigen zijn. 

Vergeet niet om alleen geschenken te geven die ook jou ten goede komen, zoals beloftes om betere wegen aan te leggen (die je bedrijf toch nodig heeft om de metalen en mineralen te vervoeren). Dit schept een win-win voor iedereen. Bij twijfel, deel dan gewoon geld uit. 

Het spreekwoord luidt dat ‘slechte publiciteit niet bestaat’, dus zorg ervoor dat de naam van je bedrijf en project zoveel mogelijk verspreid wordt. Kinderen zijn onze toekomstige leiders, vergeet hen zeker niet. Ze zijn ook een makkelijk middel om via hun school hele families te bereiken. 

Mirandagold (of moeten we Anglogold zeggen? Het is moeilijk om het verschil te zien) is kampioen in het uitdelen van cadeaus. In Falán zijn er berichten van boeren die machetes, voedsel en geld ontvingen van hen. Ze creëerden zelfs een speciaal spel voor de kinderen in Falán op de dag van Halloween, waarmee ze tablets konden winnen! Via de plaatselijke school deelden ze speelgoed met hun bedrijfslogo uit aan kinderen. Een geweldige manier om wat extra reclame te maken. Wie zegt dat liefde niet te koop is?

Stap 5. Creëer chaos en conflict, verdeel de gemeenschap in twee kampen.

Dus je hebt cadeaus uitgedeeld, maar mogelijks toch niet iedereen voor je kunnen winnen? Maak je geen zorgen. Er zijn nog andere strategieën die je kunt toepassen. Hier komt de volgende stap naar voren: verdeel en heers. Zorg voor conflicten tussen de groepen in de gemeenschappen. Voedt dat conflict. Wees origineel.

In Falán ontsloeg Mirandagold 100 werknemers tegelijkertijd. Toevallig waren het allemaal inwoners van de gemeente en gebeurde dit toevallig op een moment dat de protesten tegen het mijnbouwproject oplaaiden. Dit is een goede manier om de gezinnen te laten voelen hoe afhankelijk ze zijn van het mijnbouwproject en om vervolgens wrok te voeden tegen de demonstranten die werden afgeschilderd als de oorzaak van de ontslagen. En als er te veel activisten uitgesproken tegen het project zijn, kijk dan rap naar stap 7.

Stap 6. Bereid de lokale gemeenschap goed voor op een gebrek aan drinkbaar water in de toekomst.

De impact van grootschalige mijnbouw op de watervoorraden in de wijde regio is enorm: waterschaarste door de enorme vraag van het ontginningsproces, uitgedroogde meren en rivieren, vervuiling van rivieren en grondwater met zware metalen en giftige stoffen… 

Maar toegang tot voldoende en schoon water is natuurlijk belangrijk voor de gezondheid, voor de landbouw en voor het leven in het algemeen. Lokale gemeenschappen kunnen geen goud drinken. Dus als je van plan bent om een gemeenschap van schoon water te beroven, is het de kunst om ze van tevoren voor te bereiden en de link met het extractivistisch project te verbergen. Dit is een goed moment om plotseling interesse in klimaatverandering te veinzen en de verantwoordelijkheid daaraan te wijden. 

Dat is precies wat er in Falán is gebeurd. Onlangs was er in verschillende regio’s tot wel vijf of zes opeenvolgende dagen een tekort aan water. De lokale overheid schreef de schaarste toe aan klimaatverandering. Wat vreemd is, want het regent er bijna elke dag, en veel. 

Wat ook vreemd is, is dat de bedrijven die in de regio exploreren (en daar veel water voor nodig hebben) wel water ter beschikking hebben voor hun activiteiten. Zij ervaren vreemd genoeg niet dezelfde ongemakken als de inwoners.

Stap 7. Bedreigingen zijn effectieve afschrikmiddelen

Worstel je met wereldverbeterende milieuactivisten die tegen je ontwikkelingsproject vechten? Waarom luisteren als daden meer zeggen dan woorden? 

Bedreig ze. Ga langs hun huizen, laat zien dat je weet waar ze wonen. Ga ‘in gesprek’ met hen. Bij voorkeur vergezeld van een grote groep intimiderend uitziende mannen. Richt je op de leiders van de strijd. Mensen bang maken werkt. Vooral in Colombia, want dat is een van de gevaarlijkste landen ter wereld voor mensenrechtenverdedigers. Vorig jaar werden er 186 vermoord, dat is bijna de helft van het wereldwijd geregistreerde aantal. 

In Falan werden mensen geïntimideerd door werknemers van het mijnbouwbedrijf en zelfs met de dood bedreigd. Voor dat laatste stuurde de lokale overheid, die pro-mijnbouw is, zelfs de politie op hen af. Mooi in lijn met de vorige stappen, maakt het gebrek aan bewijs op papier het onmogelijk om een verband met MirandaGold te bewijzen, ondanks het duidelijke voordeel dat dit hen oplevert.

Stap 8. Na de aangerichte ravage: frame het resultaat als een succesvol verhaal van ‘groei’.

Effectieve communicatie om jezelf als held neer te zetten vergt veel loze woorden. Beschrijf je project in termen van ‘groei’ en ‘ontwikkeling’. Want wie wil er nu geen groei en ontwikkeling? Die woorden betekenen welvaart, welzijn en jobs – toch? Vermeld gewoon niets over de desastreuze gevolgen van ongecontroleerde groei voor zowel mensen als de planeet. En je hoeft natuurlijk niet te vermelden dat de welvaart en de inkomsten uit die bedrijfsgroei niet bestemd zijn voor de lokale gemeenschap of die armere landen. Ongeacht hoe je het deelt, communiceer steeds dat een grotere taart altijd beter is. Zonder te vermelden dat je de meeste belastingen voor multinationals niet moet betalen. En benadruk vooral niet dat de jobs in de mijnbouw van korte duur zijn, terwijl de milieuschade voor eeuwig is.

Nu is het aan jou!

Met deze stappen kun je ongetwijfeld je grootschalige destructieve mijnbouwproject in een mum van tijd opdringen. Laat het ons weten als je aan andere tactieken denkt om aan de lijst toe te voegen!

Toch van gedachten veranderd over het verlangen naar een extractivistisch mijnbouwproject? Sluit je aan bij ons in de strijd om hier een einde aan te maken.

Corruptie, machtsmisbruik, bedreigingen, Trojaanse paarden, wat er in Falán gebeurt, gebeurt overal ter wereld. 

Maar het verzet is sterk. Gemeenschappen verzetten zich en vechten voor een betere wereld voor zichzelf, hun kinderen en toekomstige generaties. De inwoners van Falán zijn klaar om actie te ondernemen en hebben alternatieve plannen voor de toekomst van hun dorp. 

Volg Colectivo Ambiental Falán y Frias en CATAPA (website/instagram/facebook) om op de hoogte te blijven van de situatie in Falan en andere verzetsbewegingen tegen mijnbouwmultinationals. Je kunt je ook aansluiten bij de Catapista-vrijwilligersbeweging en een actieve rol spelen in het streven naar een samenleving binnen de grenzen van mens en planeet, naar een wereld waarin mijnbouw niet langer nodig is. 

Er werd ook een nieuwe campagne gelanceerd door het Netwerk van Personen Getroffen door Anglogold om het onethische en gewelddadige gedrag van de multinational aan de kaak te stellen en te ontmaskeren en om te eisen dat ze het Colombiaanse grondgebied verlaten. In de webserie genaamd ‘Historias Quebradas’ onthullen ze de wanpraktijken en geheimen van Anglogold Ashanti in Colombia. Bekijk hun website en ontdek hoe jij kunt steunen! 


Dit artikel is het resultaat van een onderzoeksproject uitgevoerd door vrijwilligers van CATAPA’s studie- en lobbywerkgroep in samenwerking met Colectivo Ambiental Falán y Frias.

Falán: het dorp in Colombia waar het koloniale tijdperk maar blijft voortduren

Het verliezen van de strijd tegen de mijnbouw zou betekenen… Gedwongen migratie, dood, het zou de bergen binnenstebuiten keren. Het zou het verdwijnen van de voorouderlijke verbale cultuur betekenen. Het zou veel mensen in een heel slecht scenario brengen, mensen zullen vechten voor hun overleving, voor waar ze wonen. Het zou… het zou het verlies van de Magdalena rivier betekenen, het zou het verlies van de Gualí rivier betekenen, het zou het verlies van endemische soorten betekenen – de kikker, de orchidee. Mensen zouden met niets achterblijven. De mensen, de dieren, het bos… Het zou verliezen betekenen… verliezen… alles verliezen. Alles verliezen.

– Osiris Ocampo, Falán

Het begon allemaal zo’n 400 jaar geleden, toen de Spanjaarden waardevolle metalen ontdekten in de bergen van wat nu Falán is, een Colombiaans dorp met zo’n 8.000 tal inwoners. Ze openden er mijnen met als doel zoveel mogelijk goud te exporteren naar Europa. Deze mijnen werden honderden jaren geëxploiteerd door het koloniale bewind, waarna ze van 1890-1920 nog door de Engelsen werden beheerd. De impact op de lokale gemeenschap en ecologie waren gelijk aan wat algemeen bekend is van mijnbouw: vervuiling, sociale disruptie en armoede. Er is (jammer genoeg) nog meer goud te bespeuren op Falán’s grondgebied. Drie multinationals exploreren er momenteel in de hoop er weldra met hun ontginningsprojecten te kunnen starten. Deze keer via openpitmijnbouw, een vorm van extractie met veel meer sociale en ecologische impact dan de eerdere ondergrondse mijnbouwprojecten door de Spanjaarden en de Engelsen. Maar het verzet is sterk. Als het aan de milieuactivisten in Falán ligt, gaan deze projecten niet door en stopt de kolonisering van Falán nu meteen.

 

De Verloren Stad, herinnering aan de Spaanse kolonisatie

Wie al gehoord heeft van het dorpje Falán, gelegen in het noorden van provincie Tolima, Colombia, kent waarschijnlijk ook hun Ciudad Perdida, ofwel de Verloren Stad. Dat is de toeristische trekpleister van het dorp waar je te voet, te ziplijn of al muurklimmend een prachtig stukje natuur kan ontdekken. Zeker het bezoeken waard!

Al heeft de plek een duister verleden. Je kan er ruïnes bezoeken van de Santa Ana goud- en zilvermijnen en het naastgelegen dorp, die beide het levenslicht zagen in tijden van Spaanse kolonisatie in de 17de eeuw. Het grondgebied werd voorheen bevolkt door inheemse gemeenschappen, die door de komst van de Spanjaarden verdreven werden van hun territorium of ingeschakeld in de mijnen. De mijnen waren het rechtstreekse eigendom van de koning van Spanje, die opriep tot uitvoering van de projecten en met open armen het ontgonnen goud en zilver ontving. In Falán daarentegen werd zowel de inheemse gemeenschap als een prachtig stuk natuur van de kaart geveegd. Dit was de start van een koloniale periode die ook vandaag nog voortduurt.

Het dorp Santa Ana (nu Falán) werd gesticht, bewoond door Spaanse mijnbouwwerkers, en over velen decennia werden kilometerslange tunnels gegraven in de bergen op zoek naar hoge concentraties van goud en zilver.

 

Recessie na Engelse mijnen 

Na de onafhankelijkheidsoorlog werden de mijnen ter concessie gegeven aan Britse bedrijven en opnieuw decennialang geëxploiteerd, tot de jaren 20 van vorige eeuw. Op verschillende plekken in Falán en Frías (een gemeentelijk district verbonden aan Falán) worden oude mijnen opnieuw in werking gesteld en nieuwe geopend. Kilometers nieuwe tunnels worden gegraven in de bergen om er aan ondergrondse mijnbouw te doen.

De inwoners van Falán en Frías houden geen goede herinneringen over aan deze periode. De verhalen die terugkomen gaan onder andere over dode ‘quebradas’, dat zijn kloven tussen twee bergen waar een waterbron doorloopt. Door vervuiling en waterverbruik van de Britse mijnen 100 jaar geleden is vandaag de dag op die plekken nog steeds amper dierlijk leven te bespeuren.

Maar ook het verhaal van economische recessie en sociale problematieken als gevolg komt steeds terug. Nadat de bedrijven besloten te stoppen met ontginnen wegens niet meer winstgevend genoeg, ging het volledige dorp door een moeilijke periode. Na 40 jaar van ontginning waren de inwoners erg afhankelijk geraakt van de mijnbouw en daarom ging een plotse sluiting samen met recessie en sociale disruptie. Een tijdelijke economische groei en jobopportuniteiten in de regio werd snel omgeruild voor een lange periode van armoede en economisch herstel. Dat zijn de verhalen die nog steeds de ronde gaan in het dorp, waar de overgrote meerderheid van de inwoners nu terug afhankelijk is van landbouw. Dat is een iets stabielere vorm van inkomen, maar de regio kampt nog steeds met een hoge armoedegraad. 

Vanwege deze sterke landbouwgeschiedenis zien de inwoners van Falán en Frías zichzelf bovendien niet als mijnbouwers – de mijnen waren immers altijd koloniaal en werden beheerd door bezetters. Net zoals de koloniale periode 400 jaar eerder bracht de exploitatie van buitenlandse mijnbouwbedrijven heel wat teweeg in Falán. Het ontgonnen goud werd opnieuw geëxporteerd naar het buitenland terwijl ze in Colombia met de impact achter bleven. Sprekende gelijkenissen met de Spaanse kolonisatie 400 jaar eerder.

 

Een neoliberale koers 

Meer recent is ook het Colombiaanse economische beleid en specifiek de veranderingen in het beleid rond landgebruik tekenend voor het bestaan en welzijn van boeren op het platteland vandaag. Historisch gezien is het overgrote deel van de Colombiaanse populatie campesinos, plattenlandsbewoners die leven van landbouw, veeteelt, visserij, of artisanale mijnbouw, die gesetteld zijn op afgelegen en vaak moeilijk te bereiken plekken in relatief autonome gemeenschappen. Sinds de jaren 50 van de vorige eeuw focust het Colombiaanse economische beleid op het ‘effectiever’ vormgeven van de economie door families van boeren van hun land te verdrijven zodat grote industriële boerderijen en (meer recentelijk) monoculturen hun plaats kunnen innemen. De geschiedenis van dit economische beleid is bloedig. Vele campesinos werden verdreven of vermoord zodat hun land beschikbaar zou worden. Daarnaast was dit economische beleid één van de oorzaken van de langdurige burgeroorlog, en veel campesinos waren slachtoffer van het geweld tussen de guerrillas en de staat. Velen werden onteigend van hun land en hun leven in het platteland.

 

In de jaren 90 en 2000 werd onder druk van internationale organisaties zoals de World Bank en het International Monetary Fund de Colombiaanse economie (en de mijnbouwsector) geneoliberalizeerd. Bedrijven werden geprivatiseerd, regelgeving verzwakt, en de sector werd opengesteld voor de internationale vrijemarkteconomie. Net zoals in de rest van Zuid-Amerika, en veel andere ‘arme’ of ‘onderontwikkelde’ landen, werd extractie voortaan gedaan door multinationale bedrijven uit ‘rijke’ landen. Zij strijken verreweg het grootste deel van de winst op, betalen weinig belasting aan de Colombiaanse staat (wat zou moeten leiden tot ‘development’), terwijl de lokale bevolking slechts achterblijft met de immense ecologische, sociale en economische impact, zonder zeggenschap in hun eigen toekomst. Het internationale neoliberale beleid, en consequentieel de aankomst van multinationale mijnbouwbedrijven, is een volgend hoofdstuk in de lange geschiedenis van imperialisme dat boeren onteigend van hun land, en hun economische middelen, gezondheid, rust, en leven verwoest. 

 

Kolonisatie anno 2023

Het verhaal is nog niet voorbij. Opnieuw is er interesse vanuit andere landen in het grondgebied. Drie multinationals kregen vergunningen om 36.000 hectare te exploreren voor kostbare metalen. Dit keer met het doel om van start te gaan met openpitmijnbouw, een vorm van extractie die vele malen disruptiever is voor de wijde regio dan de ondergrondse tunnelmijnbouw die voorheen plaatsvond in Falán. Dat omdat in dit soort mijnbouw, zoals de naam insinueert, de gehele berg, inclusief ecosysteem, wordt getransformeerd tot een ‘pit’ – een groot levenloos gat daar waar voorheen leven was. Daarnaast is er zeer veel water nodig, wordt er gebruikt gemaakt van een grote hoeveelheid gevaarlijke chemische stoffen en wordt er veel toxisch afval gecreëerd.

Cerro de Pasco mijn, Peru ©Simon Lenskens

Terechte zorgen dus bij de inwoners van Falán. Alleen al de exploratie roept bezorgdheden op, want hiervoor worden in de wijde omgeving gaten in de grond geboord van 200 meter diep, wat de ondergrondse waterstromen beïnvloedt en het leven op het land verstoord. In Líbano, een dorpje zo’n 25km zuidwest van Falán, waren velen boeren gedwongen te vertrekken nadat de opening van de mijn leidde tot waterschaarste. Voor een gemeenschap die voor een groot deel afhankelijk is van landbouw zijn water en gezonde grond steeds terugkomende bezorgdheden. Trotse boeren spreken over hoe vruchtbaar de grond is in deze regio, en hoeveel toekomst er is voor bijvoorbeeld biologische landbouw van cacao, koffie, guanabana, maís, yuca, avocado, … De lijst is oneindig. Voor velen is het boer zijn niet alleen een beroep, maar een identiteit en een manier van leven. Wat wordt bedreigd door de mijnbouwexploratie zijn niet alleen hun inkomsten, maar de manier van leven die ze hebben opgebouwd in en met hun land. Wat wordt bedreigd is hun thuis, en wie ze zijn. 

Ook uiten ze zorgen om de biodiversiteit. In de omgeving van Falán zitten speciale diersoorten die enkel in die streek voorkomen, onder andere enkele vogelsoorten en ook de ‘rana morada’ ofwel paarse kikker. Het verlies van deze soorten, en zo ook eventueel soorten die nog niet ontdekt zijn, is eveneens een drijfveer voor protest. Al deze redenen komen samen. De zorgen om water en gezonde grond die nodig zijn voor hun productie, het ontwikkelen van een economische afhankelijkheid, de verstoring van de biodiversiteit, en de verwoesting van hun prachtige leefgebied, worden samengevat in de woorden van Osiris Ocampo uit Falán. “Ik denk dat de belangrijkste reden [voor verzet] liefde is. De liefde voor het territorio”.

 

Een verdeeld volk

Niet iedereen in Falán maakt zich echter zorgen. Kleinschalige landbouwpraktijken brengen niet veel op in Colombia, de prijzen van groenten en fruit liggen laag terwijl met het telen ervan zwaar werk gepaard gaat. Boeren worden daarnaast hoog belast en krijgen geen steun van de overheid. Deze factor, samen met de hoge armoedegraad, zorgt ervoor dat velen uitkijken naar de nieuwe jobopportuniteiten die de bedrijven hen beloven. 

In vereda Cabandia (een vereda is een een arrondissement binnen een gemeente) staan milieuactivisten Damaris en Nicolas bijvoorbeeld moederziel alleen in hun strijd tegen de naderende projecten. Zij wijten de steun van hun buren aan geslaagde omkopingspraktijken van de bedrijven enerzijds, maar ook aan het lage educatieniveau en gebrek aan toegang tot informatie over de impact van mijnbouw. Hun vereda ligt het verst af van de dorpskern waar de lokale school gelegen is. Veel kinderen gaan daarom niet naar school en de educatiegraad in het algemeen is er erg laag. 

Andere vereda’s, zoals vereda Santa Filimena, kozen er dan weer met z’n allen voor om de mijnbouw niet te steunen. Geen enkele familie geeft er toestemming aan de bedrijven om op hun grond gaten te boren en gezamenlijk spraken ze af om niet te gaan werken voor de mijnbouwbedrijven, die ook al voor de exploratiefase verschillende inwoners rekruteren. 

 

Propaganda in de boekentas 

De propagandamachine draait echter op volle toeren. De mijnbouwbedrijven in Falán gaan ver in het overtuigen van de bevolking van hun projecten. Multinational Mirandagold is de koploper in Falán betreffende omkopingstrategieën. Boeren kregen er al machetes, voedsel en geld kado. Het bedrijf doneerde ook een ambulance aan het lokale ziekenhuis. Ze creëerden zelfs een speciaal spel voor de kinderen in Falán op de dag van Halloween, waarmee ze tablets konden winnen. Het bedrijf sponsort festivals, kerstverlichting en leuke activiteiten. Andere kinderen kregen via de school speelgoed mee met het bedrijfslogo in hun boekentas. En aan de mensen die verantwoordelijk zijn voor het beheer en het behoud van het Cuidad Perdida reservaat werd een hele boodschappenkar aangeboden met allerlei goederen zoals voedsel en sterke alcohol. Inclusief uitnodigingen voor bijeenkomsten met de verantwoordelijken voor de mijnbouwprojecten. Zij lieten zich echter niet omkopen en sloegen het aanbod af. Een bedrijf dat zoveel moeite doet om de bevolking te overtuigen lijkt wel iets duisters te verbergen… Lees hier meer over strategieën die mijnbouwbedrijven hanteren om hun projecten door te dringen. 

 

Verzet en alternatieven 

Maar de Falánezen laten zich niet doen! Gesteund door het Colectivo Ambiental Falán y Frías en het regionale Comité Ambiental en Defensa de la Vida worden met regelmaat protestacties georganiseerd. Dit ondanks intimidatie en bedreigingen. Meerderen kregen al intimiderende bezoekjes van medewerkers van de multitinationals en één van hen werd zelfs met de dood bedreigd door de lokale politie na aanvang van een protestactie. Maar ook dat houdt hen niet tegen. Bij de activisten klinkt het eenduidig: we willen de geschiedenis van Falán niet opnieuw herhalen.

Protestactie in vereda Cavandia ©Damaris Perdomo

Ze hebben een heel ander soort Falán voor ogen. Een Falán waar de enige vorm van mijnbouw te bezichtigen is in de vorm van koloniale ruïnes in de Cuidad Perdida. Waar het ecotoerisme floreert en de landbouw opnieuw gewaardeerd wordt. 

 

Wat nu? 

Hoe moet het nu verder? De volgende gemeenteraadsverkiezingen kunnen wel eens van belang zijn. Enkel één kandidaat, Miguel Rubio, is uitgesproken tegen de mijnbouwprojecten. Via zijn eigen sociale media kanalen voert hij al jaren protest tegen de opkomende plannen en sensibiliseert hij over de impact van mijnbouw. De verkiezingen in oktober zullen dus beslissend zijn. 

 

Waar Falán momenteel nood aan heeft volgens Luis Barreto Jimenez van het lokale milieucomite is samen te vatten in drie woorden: organisatie, educatie en campagne. ‘We moeten de losstaande milieuactivisten organiseren/uniseren en via gestroomlijnde campagnes correcte informatie over de impact van mijnbouw Falán en Frías insturen, om zo de propagandamachines van de bedrijven tegen te gaan.’ 

Luis Barreto Jimenez in Ciudad Perdida ©CATAPA

Daar wordt momenteel hard aan gewerkt! Samen met Catapa worden er bijvoorbeeld fondsen ingezameld om hiermee projectmatig aan de slag te gaan. De strijd is nog niet gestreden!

 


Dit artikel is het resultaat van een onderzoeksproject uitgevoerd door vrijwilligers van CATAPA’s study- en lobbywerkgroep in samenwerking met Colectivo Ambiental Falán y Frías en Willo Molenaar, antropoloog.

Wil jij ook een bijdrage leveren?

Ben je ontroerd door wat je leest en vraag je je af hoe je kunt bijdragen aan deze strijd? Een heel concreet ding dat je vandaag kunt doen is een donatie doen om de Right To Say No Andes bijeenkomst mogelijk te maken!

Deze bijeenkomst is de zesde editie van de partneruitwisselingsweek van CATAPA in het najaar van 2023 in Ecuador: Dit is een week waarin kennis, concrete praktische vaardigheden en strategieën worden gedeeld tussen getroffen gemeenschappen over het voorkomen van mijnbouwprojecten en over het omgaan met de gevolgen van de aanwezigheid van mijnbouwbedrijven op hun land. De bijeenkomst versterkt gemeenschappen in hun lokale strijd en dwingt banden en allianties die zorgen voor een verenigde strijd voor de bescherming van hun recht om nee te zeggen tegen mijnbouw in de Andes-regio.

Mijnbouwgigant AngloGold Ashanti ontmaskerd tijdens carnaval in Colombia

Afgelopen vrijdag vond de 14e Marcha Carnaval plaats in Ibagué. Het was een feest, maar tegelijkertijd een manifestatie voor de verdediging van het leven, het water en andere natuurlijke rijkdommen. Onze partnerorganisatie ‘Comité Ambiental en Defensa de la Vida’ mobiliseert samen met andere milieucollectieven jaar na jaar tienduizenden mensen om hun vreedzame verzet tegen de vernietiging en vervuiling van hun leefgebied te tonen.

De milieumarsen in Ibagué staan bekend als de grootste in Colombia. Het begon in 2007, toen bekend werd dat in Cajamarca de grootste goudmijn van de provincie geopend zou worden: de La Colosa mijn, een project van multinational AngloGold. Dankzij het sterke verzet van de lokale bevolking werd het mijnbouwproject gelukkig afgeblazen. Maar dezelfde multinational gaat door met het uitvoeren van andere extractieprojecten in de regio, vaak vermomd onder andere bedrijfsnamen vanwege hun slechte reputatie. Dat is de reden waarom overal in de mars ‘Quita la mascara’ of ‘Verwijder het masker’ te zien was, de slogan van de onlangs gelanceerde campagne ‘AngloGold Nos Toca’ (AngloGold raakt ons).

De campagne werd deze maand gelanceerd door het netwerk van personen getroffen door AngloGold (la Red de Personas Afectadas por AngloGold) om het onethische en gewelddadige gedrag van de multinational aan de kaak te stellen en te ontmaskeren en om te eisen dat ze het Colombiaanse grondgebied verlaten. In een webserie met de naam ‘Historias Quebradas’ onthullen ze de wanpraktijken en geheimdoenerij van AngloGold in Colombia. Met ‘Fuera AngloGold’ of ‘Weg met AngloGold’ maakten de manifestanten afgelopen vrijdag regelmatig duidelijk dat het bedrijf niet langer welkom is op hun grondgebied.

Met muziek, kunst, parades en kostuums toonden studenten, vakbonden, collectieven en allerlei politieke en sociale organisaties uit de hele regio Tolima hun verzet tegen mijnbouw en fracking in hun regio. Ze manifesteerden en vochten voor hun recht om ‘nee’ te zeggen tegen destructieve projecten en verenigden iedereen die gelooft dat water belangrijker is dan goud.

Het recht om ‘nee’ te zeggen – van Ecuador tot België

CATAPA verwelkomde eind februari 2023 activistes Danila Andagoya (Red de Jóvenes del Chocó Andino) en Nathalia Bonilla (Acción Ecológica) onder het motto: het recht om ‘nee’ te zeggen van Ecuador tot België. Beide activisten strijden in het district Quito tegen mijnbouwprojecten in hun woongebied en tegen de schadelijke gevolgen van multinationale mijnbouwbedrijven voor hun gemeenschappen en het milieu. Twee weken lang deelden Danila en Nathalia hun ervaringen over de strijd tegen mijnbouw.

Zowel Danila, Nathalia als Vlaamse activisten focusten ook op de oplossingen: het recht om ‘ja’ te zeggen. Hoe kunnen we onze maatschappij bewegen naar een toekomst zonder mijnbouw en ongeremde economische groei.

Tientallen Catapistas waren betrokken bij het organiseren van verschillende evenementen om het jaarlijkse gastsprekersbezoek tot een succes te maken.

Samen met Gent Fair Trade verwelkomden we Danila en Nathalia tijdens een kick-off-evenement. Daar kwamen vele geïnteresseerde Catapistas bijleren over Danila en Nathalia’s werk door met hen in gesprek te gaan.

Het weekend daarop bereiden Nathalia en Danila de aankomende evenementen en vergadering voor met een aantal Catapistas. Daarnaast leerden ze meer bij over de Gentse cultuur en architectuur. Het weekend werd afgesloten met een internationaal activistendialoog bij de Pandemisten in het Vredeshuis.

Op maandag 27 februari vergaderden we met leden van de EEB (European Environmental Bureau) en de internationale Right To Say No-coalitie. Daarna volgde een ontmoeting met de VN-rapporteur voor de bescherming van milieuverdedigers, Michael Forst. Een zeer relevante bijeenkomst waarin Danila en Nathalia persoonlijk konden vertellen over de realiteit waarin milieuverdedigers in Ecuador leven.

Daarna volgde een netwerkevenement met de Global Right To Say No-coalitie, waar verdedigers en activisten uit verschillende gebieden zich verenigden. De dag werd afgesloten met het evenement Putting Rights First in the Green Transition – Due Diligence, Environmental Justice and the Right to Say No, dat werd gehouden in het Europees Parlement. Tijdens dit evenement konden activisten uit Ecuador, Brazilië, Zweden, Indonesië en Chili aan Europarlementariërs de gevolgen en impact van de extractieve industrieën op de rechten, het land en het milieu van inheemse volkeren wereldwijd toelichten.

De week werd voortgezet met verschillende evenementen in Brussel, Gent en Antwerpen, en een dialoogtafel met tal van organisaties die deel uitmaken van het Platform België en Latijns-Amerika en de Caraïben, dat wordt gecoördineerd door 11.11.11.

Om de samenhang tussen de strijd van de Belgische en de Ecuadoraanse gemeenschappen aan te tonen, organiseerden we het evenement: Van Ecuador tot Gent: naar een wereld zonder mijnbouw. Op die vrijdagavond leerden vele Gentenaars hoe we ons kunnen organiseren om samen te werken aan een wereld waar mijnbouw niet meer nodig is.

We kiezen samen voor een maatschappelijke beweging: weg met ongeremde economische groei en de grondstoffenkoorts die daarmee samenhangt. We zeggen ‘ja’ tegen een andere samenleving, samen met heel wat andere lokale activisten zoals de sprekers op dit evenement van de Transformisten, de degrowth-beweging en ecofeministisch activist en gemeenschapsbouwer Philsan Osman.

Op uitnodiging van les DoMineurs bezochten een aantal Captapistas, Danila en Nathalia Plombières, in een regio vol mijnbouwgeschiedenis. De gevolgen daarvan voor het gebied zijn nog steeds zichtbaar, daarnaast doemen er opnieuw plannen op voor nieuwe mijnen. Daar verzetten les DoMineurs zich tegen.

Ter ere van de internationale strijddag voor de rechten van vrouwen organiseerden we een rondetafelgesprek met Danila en Nathalia, samen met de Guatemalteekse activiste Susana López. Tijdens dit gesprek deelden vrouwelijke kameraden uit Ecuador en Guatemala hun ervaringen met betrekking tot hun recht om ‘nee’ te zeggen tegen mijnbouwprojecten, maar ook de persoonlijke en professionele situaties waarin het systeem ‘nee’ tegen hen zegt. Situaties van discriminatie en seksisme waartegen we moeten blijven vechten om ze te veranderen.

Het laatste publieke evenement was in Brugge samen met het Masereelfonds. De vele geïnteresseerden konden van Danila leren hoe je deel kunt uitmaken van een beweging die “ja” zegt tegen degrowth en je gemeenschap zelf organiseren en “nee” tegen mijnbouw.

Op 8 maart bezochten we BOS+ en wisselde Danila haar kennis over bosbescherming uit met een aantal medewerkers van BOS+. Daarnaast was er een rondleiding door het Aelmoeseneiebos (Gontrode), waar Danila kennismaakte met bosbeheer in de Belgische context en haar ervaringen deelde over hoe de gemeenschappen het bos van Chocó beschermen.

Later die dag namen een aantal Catapistas deel aan de mars voor de internationale strijddag voor de rechten van vrouwen. Danila vertegenwoordigde in het bijzonder de vrouwen die hun grondgebied verdedigen.

CATAPA is dankbaar voor de energie en kennis die Nathalia en Danila hebben gedeeld tijdens de vele evenementen die werden georganiseerd. Deze twee weken zijn ook mogelijk gemaakt dankzij de deelname van talrijke Catapistas en organisaties die hebben samengewerkt om de impact van deze campagne te vergroten. Dankzij hen zullen alsmaar meer Vlaamse burgers samen kiezen voor het recht om ‘nee’ te zeggen én het daarbijhorende recht om ‘ja’ te zeggen.

Het recht om 'nee' te zeggen, van Ecuador tot België

Danila: ons werk in België was een heel mooie ervaring, waarin ik voor verschillende doelgroepen het werk kon delen dat ik samen met mijn organisatie “Red de Jóvenes del Chocó Andino” in ons gebied realiseer. Het verhaal van het verzet van mijn gemeenschap die al meer dan 30 jaar wordt bedreigd door het extractivisme en mijn eigen ervaring met het leven en werken in dit gebied dat ik als mijn thuis beschouw.

Het waren weken vol activiteiten waarin ik de gelegenheid had om prachtige mensen te ontmoeten die vanuit hun verschillende plaatsen en posities strijden tegen het extractivisme, de aantasting van de natuur en de vernietiging van datgene wat bestaat in de bedreigde gebieden. Strijden voor een alternatief.

Voor mij was het belangrijk om bekend te maken wat we in mijn gemeenschap meemaken, omdat we vaak het gevoel hebben dat er niet naar ons wordt geluisterd, dat we alleen staan in de verdediging van onze gebieden en dat we zo ver verwijderd zijn van andere werkelijkheden. Onder het mom van een groene transitie willen ze ons van onze gebieden wegvagen om al onze natuurlijke rijkdommen, die wij elke dag beschermen, weg te nemen. Het was belangrijk om de steun van andere mensen te voelen, om te voelen dat ze aandachtig naar ons luisteren en zich zorgen maken over wat er met ons gebeurt en om banden te smeden en om samen te werken. Dit geeft ons troost en kracht om door te gaan.

Ik ben CATAPA en alle mensen die heel hard hebben gewerkt om dit mogelijk te maken, heel dankbaar dat zij ons kennis hebben laten maken met plaatsen met veel (vaak inspirerende) geschiedenis, cultuur en bossen. Maar ik ben vooral dankbaar dat zij ons thuis hebben laten voelen. Ik feliciteer hen ook voor het aanbrengen van de echte stemmen van de gebieden die bedreigd worden door het extractivisme. Van deze ervaring neem ik zeer aangename herinneringen mee, vriendschappen, kennis en de hoop dat we werken aan een betere planeet voor onze toekomstige generaties.

Voor mij was de “Speaker Tour” een zeer positieve ervaring, waarbij ik de gelegenheid heb gehad een deel van de Belgische samenleving bewust te maken over de gevolgen die mijnbouw heeft op inheemse volkeren en vrouwen, boeren en Afro-Ecuadorianen. Ik zou ook de nadruk willen leggen op het lobbywerk dat in het Europees Parlement is verricht, aangezien de discussie over due diligence voor Europese bedrijven positieve effecten zou kunnen hebben in Latijns-Amerikaanse landen.

Anderzijds zijn ook het debat en het standpunt over het recht om ‘nee’ te zeggen uiterst belangrijk, omdat dit het recht omvat op vrije en geïnformeerde voorafgaande raadpleging en respect voor de beslissing van de volkeren om destructieve winningsactiviteiten te weigeren die natuur, ecosystemen en samenlevingen op hun grondgebied zouden vernietigen.

Het recht om ‘nee’ te zeggen tegen extractivisme (voor mineralen, maar ook olie of agro-industrie) betekent tegelijkertijd een ‘ja’ voor het leven dat al bestaat, voor hun eigen economieën, voor lokale manieren om goed te leven, voor voedselsoevereiniteit, voor hun eigen culturen waar voorouderlijke wijsheid bestaat die nog onbekend is voor westerse samenlevingen.

Op vrijdag 24 februari kwamen CATAPA-vrijwilligers samen om Ecuadoriaanse activistes Nathalia Bonilla en Danila Andagoya te verwelkomen. Tijdens een gezellige en inspirerende avond in Gent ontdekten de Catapistas de verhalen van Danila en Nathalia over hun strijd tegen mijnbouw rond de Ecuadoriaanse hoofdstad Quito. Danila en Nathalia strijden, elk op hun manier, elke dag voor het recht om ‘nee’ te zeggen.

Hun verzet tegen mijnbouwprojecten in hun gemeenschap en binnen hun organisaties lijkt misschien ver van ons bed, maar dat is het niet. De ongeremde consumptie van onder andere elektronica, de groene transitie, individuele elektrische mobiliteit: onze bewuste en onbewuste keuzes als samenleving hebben wereldwijd gevolgen.

Catapistas geloven dat wij ook het recht hebben om ‘nee’ te zeggen tegen ongeremde economische groei en ons huidig economisch model. Het recht om nee te zeggen is altijd verboden aan een ‘ja’. We zeggen, samen met heel wat andere bewegingen en burgers, ‘ja’ tegen een andere manier om onze samenleving te organiseren.

Door Catapista Robin

Wat kunnen Gentse en Vlaamse activisten leren van een strijd tegen mijnbouw in Quito, Ecuador? Daar kwamen we op zondag 26 februari achter bij de Pandemisten in het Vredeshuis. Tijdens deze interactieve workshop brainstormden we over ons werk als actvisiten en het belang van actievoeren, deelden we technieken en good practices en vonden we inspiratie in elkaars drijfveren en doorzettingsvermorgen.

Nathalia en Danila deelden hun verhaal over de strijd in Quito, waar ze er in geslaagd zijn om de overheid te verplichten een referendum te organiseren over mijnbouw in de regio. Hun mobilisatie, organisatie en werk van lange adem bracht vele verhalen naar boven van activisten hier in Belgie, en hun voorbereidingen voor acties en campagnes.

Wat specifiek naar boven kwam, van de Europese activisten (er waren ook mensen van Duitsland, Slowakije en Turkije) was dat veerkrachtigheid gemeenschap, feest en levensgenot vergt. Een strijd kan je enkel aangaan als je elkaar steunt, en humor en uitgelatenheid zijn van tijd tot tijd nodig om niet de hoop te verliezen in wat vaak een David versus Goliath strijd is.

Elk van ons had een eigen achtergrond, insteek en verhaal. Een zeer diverse groep om mee in gesprek te gaan, maar één ding was toch duidelijk: activisme, voor een betere, eerlijkere, groenere, gelijkere wereld is een werk van lange adem en ene strijd die we allen delen. Onze verhalen vertellen, wat goed ging, wat fout ging, hoe het beter kan, en hoe je altijd inspiratie en hoop vindt om voort te gaan – dat is wat we die avond vonden met elkaar. Van Gent naar Quito, en terug.

Door Catapista Robin

Op donderdag 2 maart vond een gespreksavond plaats in de Campus Boekentoren van de UGent. Geïnteresseerde Gentenaars en studenten kwamen er luisteren naar Nathalia Bonilla van Acción Ecológica, een organisatie in Ecuador die betrokken is in de Quito Sin Mineria campagne.

Nathalia bracht de boodschap dat het recht om ‘nee’ te zeggen tegen mijnbouwprojecten een recht is om ‘ja’ te zeggen tegen het leven en de natuur. Het is belangrijk om gemeenschappen te beschermen tegen extractivisme, omdat dit hen vaak ongezonder, armer en met minder hulpbronnen achterlaat.

Onze honger naar grondstoffen wordt gevoed door onze levensstijl en ons geloof dat een groene transitie nog steeds meer consumptie kan verdragen. Dit drijft de expansie van mijnbouwprojecten, waarvan de kosten vaak worden gedragen door degenen die er geen vruchten van plukken. Meer doen met minder en weten wat genoeg is, wordt daarom een sleutelonderwerp in de weg naar een rechtvaardige transitie. Hergebruik, delen, repareren en circulariteit spelen hierin een grote rol, zowel bij dagelijkse elektronica als mobiliteit.

Er kwamen veel interessante vragen uit de zaal: Hoe hebben jullie een referendum voor elkaar gekregen? Hoeveel mensen hebben jullie gemobiliseerd? Het engagement, de gedrevenheid en het doorzettingsvermogen van onze Ecuadoriaanse activist inspireerde menig luisterend oor.

Onze strijden staan niet los van elkaar: wat in Ecuador gebeurt, heeft een impact op ons, en omgekeerd. Nu de EU de deur op een kier zet voor grootschalige mijnbouwprojecten in Europa, is het des te belangrijker om deze globale strijd voor rechtvaardigheid te versterken en te verbinden. Te leren, te delen, en te leren delen. Een strijd voor een wereld zonder extractivisme.

Door Xander, begin maart kersvers stagair die volop kennismaakt met CATAPA

Op dinsdagavond 7 maart was ik op de gespreksavond met Danila in Brugge, georganiseerd door CATAPA in samenwerking met De Snuffel en het Masereelfonds. Het Masereelfonds (vernoemd naar kunstenaar Frans Masereel) is een progressief cultuurfonds dat vanuit een kritische hoek naar de huidige samenleving kijkt. 

Het was de eerste keer dat ik een evenement van CATAPA kon bijwonen en ik vond de setting zeer geslaagd. Het publiek zat tussen verschillende kunstwerken en beelden waardoor de verhalen van Hanne en Danila een extra dimensie kregen. 

Het was de eerste keer dat ik de schrijnende verhalen van Danila live heb gehoord. Ik had haar verhaal al gelezen maar het eens horen met haar eigen woorden en ervaringen voelde toch anders, het was veel pakkender en aangrijpender op deze manier. Vaak zijn de gevolgen van mijnbouw een ‘ver-van-mijn-bed-show’ vind ik, maar door de manier waarop Danila haar verhaal bracht, vol passie en ingetogenheid, voelde het alsof je er ook zelf bij bent geweest. Op deze manier ontstond er bij mij ook een extra motivatie om haar (maar ook andere bewegingen) te helpen en te ondersteunen tegen dit onrecht.

IV Nationale Bijeenkomst van Communautaire Milieuwaarnemers in Peru

Vorige week, 22-24 maart, hebben verschillende milieubewakingscomités van GRUFIDES deelgenomen aan “El IV Encuentro Nacional de Vigilantes y Monitores Ambientales Comunitarios” in Ayacucho, samen met comités uit de regio’s La Libertad, Pasco, Junín, Ayacucho, Chosica-Lima, Apurímac, Cusco, Moquegua en Puno.

Het doel was onze capaciteiten te versterken en ervaringen uit te wisselen over watercontrole in door mijnbouwprojecten getroffen gebieden. De delegatie van Cajamarca was verreweg de grootste aanwezige op de bijeenkomst.

Op Wereldwaterdag bezochten we de gemeenschap van Santa Fe in de provincie Cangallo in de bergen van Ayacucho, op ongeveer 4.500 m hoogte. In een krachtig vertoon van hoop en verzet tegen de vernietigende gevolgen van grootschalige mijnbouw voor onze gemeenschappen, brachten regio’s uit heel Peru een offer aan het meer en zongen zij protestliederen.

Rivier die langs de gemeenschap van Sante Fe stroomt, waarbij de comités uit verschillende regio’s verschillende tests uitvoerden om de kwaliteit van het water te controleren. Foto Copyright: CATAPA

Daarna oefenden we verschillende methoden van watercontrole langs een stuk van de rivier die langs de gemeenschap van Santa Fe stroomt. 

Hoewel uit de resultaten bleek dat de rivier schoon is en geschikt voor consumptie, bleek tijdens de bijeenkomst dat het hele gebied Sante Fe in concessie is gegeven aan het mijnbouwbedrijf BHP, zonder medeweten van de lokale gemeenschap. Volgens CooperAction is 27,8% van de hele regio Ayacucho in concessie gegeven aan mijnbouwbedrijven, waaronder minstens 16% van de provincie Cangallo, waar Santa Fe ligt. 

Kaart van mijnbouwconcessies, regio Ayacucho, 2022. Foto Copyright: CooperAction, 2022.

Tijdens de volgende dagen planden we acties voor het komende jaar en bespraken we maatregelen om onze beweging op nationaal en regionaal niveau van Cajamarca te escaleren en te versterken om “Ja tegen Water” en “Nee tegen Mijnbouw” te zeggen.

Ook de huidige politieke crisis werd besproken, met name in verband met de mijnbouw. Volgens Jaime Borda van Red Muqui hebben de eerste 100 dagen van Dina Boluarte een reactivering van de mijnbouwindustrie te zien gegeven, met de dreiging dat verlaten mijnbouwprojecten zoals Conga gereactiveerd zouden kunnen worden. 

In het licht hiervan hebben de aanwezige vertegenwoordigers een gezamenlijke verklaring afgelegd met verschillende eisen, waaronder een veroordeling van de moord op 49 demonstranten door de politie en het leger, de wettelijke erkenning van het werk van de watercontrolecomités, het aftreden van Dina Boluarte, het uitschrijven van nieuwe verkiezingen en het opstarten van het proces voor een nieuwe grondwet met de actieve deelname van inheemse volkeren en sociale organisaties. De volledige verklaring kunt u hier lezen.

Stap voor stap, via initiatieven zoals de comités voor toezicht op het water, leren wij als gemeenschappen die te maken hebben met mijnbouw meer over onze rivieren, en hoe we ze kunnen verzorgen en beschermen. 

Wij zijn waterverdedigers, hoeders van het geschenk dat ons leven geeft. Staatsinstellingen moeten dit respecteren en erkennen, en met ons samenwerken om onze watervoorraden te beschermen voor de komende generaties. 

Geschreven door Connor Cashell, CATAPA Global Engagement Officer Peru en vrijwilliger voor GRUFIDES.

Bibliografie: 

Wereldwaterdag: we moeten ons recht op schoon drinkwater verdedigen

Vertegenwoordigers van de gemeenschap van La Lucma volgen de route van een van hun lokale rivieren. Copyright foto: CATAPA.

Sinds 1993 wordt elk jaar Wereldwaterdag gevierd om mensen bewust te maken van de wereldwijde crisis in de toegang tot water, en om actie te ondernemen om onze rechten te verdedigen.

 Volgens de VN hebben meer dan twee miljard mensen nog steeds geen toegang tot drinkbaar water. De situatie is kritiek in de provincie Cajamarca, een van de regio’s in Peru met het grootste aantal huizen zonder toegang tot schoon water. 42% van de huizen in de stad Cajamarca heeft geen toegang tot water dat geschikt is voor menselijke consumptie.

Een van de drijvende krachten die de mensen in Cajamarca de toegang tot hun grondrecht op water ontzeggen, is de grootschalige mijnbouw. Tussen eind oktober en begin november 2022 kampte volledige stad Cajamarca met ernstige drinkwatertekorten. Volgens verschillende berichten werd dit veroorzaakt door een daling van de watertoevoer uit de Rio Grande-dam, die wordt gecontroleerd door het mijnbouwbedrijf Yanacocha. Gedurende deze periode meldden verschillende burgers en journalisten dat zij sterk vervuild water en dode vissen zagen in het stroomgebied van de Rio Grande-dam.

In deze context werken GRUFIDES en CATAPA sinds 2020 samen aan een reeks projecten met als doel lokale gemeenschappen die getroffen zijn door de mijnbouw de middelen te geven om hun eigen comités op te richten die de kwaliteit van hun rivieren bewaken.

Dit project is essentieel geweest voor het opbouwen van zelfredzaamheid en kennis van lokale gemeenschappen in Cajamarca om het toezicht op hun watervoorziening in eigen hand te nemen en het recht op veilig en gezond drinkwater op te eisen van de lokale autoriteiten. In plaats van laboratoria of regeringsinstanties worden de macht en de kennis rechtstreeks in handen van de plaatselijke gemeenschappen gelegd. Zo kunnen zij zorgen voor hun rivieren en collectieve beslissingen nemen ter verdediging van hun grondgebied.

 

Wie kent hun gebied en rivieren beter dan de gemeenschappen die er al generaties lang wonen?

Bambamarca: inzicht in de opbouw van collectieve kennis en het recht om ‘nee’ te zeggen

Deze comités voor watermonitoring hebben als katalysator gewerkt voor georganiseerd verzet van de gemeenschap tegen verdere mijnbouwontwikkelingen. In maart 2023 bezocht GRUFIDES de gemeenschap van La Lucma in Bambamarca, enkele uren ten noorden van de stad Cajamarca. Tijdens een zeer aangrijpende bijeenkomst deelden vertegenwoordigers van de lokale gemeenschap hun ervaringen en namen zij deel aan een workshop over watercontrole. Volgens verschillende getuigenissen hebben talrijke mijnbouwprojecten hun rivieren ernstig vervuild, kinderen met kwik vergiftigd en de landbouw, waarvan ze voor hun levensonderhoud afhankelijk zijn, aangetast.

Als onderdeel van het bezoek verzamelde de groep verschillende monsters langs een stuk van dertig meter van de rivier. Het proces van monstername is zeer gebruiksvriendelijk en eenvoudig in de praktijk. De groep haalt op verschillende punten van de rivier collectief watermonsters op met een net. De grond die op de bodem van het net ligt, wordt vervolgens in een bak gegoten om te analyseren welke benthische macro-ongewervelden (waterdieren zonder ruggengraat die zonder microscoop kunnen worden gezien) aanwezig zijn. De aanwezigheid van bepaalde macro-invertebraten is een belangrijke indicator van de waterkwaliteit: sommige kunnen alleen overleven in zoet, schoon water, of omgekeerd in zeer vervuilde omstandigheden.

Het was vanaf het eerste moment duidelijk dat de rivier extreem vervuild was door de mijnbouwprojecten stroomopwaarts. De rivier was oranje, met een sterke chemische geur. Er waren zelfs geen macro-invertebraten te vinden in de monsters. De rivier blijkt zo vervuild dat niets kan overleven in het water waarvan de hele gemeenschap van Bambamarca afhankelijk is.

Een groep uit de lokale gemeenschap van La Lucma controleert de toestand van hun rivier. Foto copyright CATAPA.

Na het verzamelproces kwam de groep opnieuw bijeen om de resultaten te registreren, hun getuigenissen te delen en collectief een besluit te nemen over hoe het nu verder moet. De vertegenwoordigers ondertekenden een overeenkomst waarin zij verklaarden dat zij de resultaten terug naar de brede gemeenschap zouden overbrengen. Op die manier dringen ze aan op de collectieve organisatie van verschillende comités voor watertoezicht die het recht hebben nee te zeggen tegen verdere aantasting door mijnbouwactiviteiten, en van de plaatselijke autoriteiten eisen dat zij actie ondernemen.

Volgende stappen: Organisatie voor de bescherming van leefgebieden en het recht op proper water.

Ter gelegenheid van Wereldwaterdag zal GRUFIDES een overlegforum organiseren in de stad Cajamarca om een platform te bieden aan waterverdedigers om hun getuigenissen te delen, de watercrisis te analyseren en het recht op veilig en schoon water in Cajamarca op te eisen. 

Van 21 tot 25 maart zullen in Ayacucho ook comités voor watercontrole uit heel Peru bijeenkomen om ervaringen uit te wisselen, methodologieën te vergelijken en de capaciteit te versterken van bewegingen die strijden voor toegang tot schoon water op hun grondgebied. 

 

Bronnen

Instituto Nacional de Estadistica e Informatica, Perú (2020). Perú: Formas de Acceso al Agua y Saneamiento Básico. (Geraadpleegd op: 20 March 2023)

MAS-Cajamarca (2014) Niña recita hermoso poema contra proyecto Conga (Cajamarca) 6 August. (Geraadpleegd op: 20 March 2023)

Stakeholders Sostenibilidad (2022) ‘Cajamarca, la tierra de Pedro Castillo, sufre por falta de agua potable’, 2 November 2022, Stakeholders. (Geraadpleegd op: 20 March 2023).

United Nations (2023) Dia Mundial del Agua, 22 Marzo. (Geraadpleegd op: 20 March 2023).

mining area in Kori Chaca Bolivia

De Europese Grondstoffen Week: tijd voor een grondige herziening?

Bruxelles bruxellait

Deze maandag gaat in Brussel de Europese Grondstoffen Week van start. Deze top, georganiseerd door het directoraat-generaal voor de Interne Markt van de Europese Commissie, staat in het teken van 1 fundamentele vraag: hoe kunnen we er voor zorgen dat er in de Europese Unie genoeg grondstoffen zijn voor aan onze welvaart en welzijn te voldoen?

Grondstoffen liggen aan de basis van onze gemeenschap en economie. Graan is een grondstof, die we gebruiken om brood te bakken en de bevolking te voeden. Koper is een metaal dat we mijnen, om er vervolgens elektriciteitskabels van te maken die huishoudens van stroom voorzien. Hetzelfde geldt voor eender welk product je ooit gekocht hebt in je leven: een belegd broodje, een pot choco, een telefoon, laptop, koelkast, auto of een bakfiets.

Read more “De Europese Grondstoffen Week: tijd voor een grondige herziening?”