En El Nombre Del Litio – Schone energie, voor wie?

En El Nombre Del Litio – Schone energie, voor wie?

Ik ben degene die door de heuvels kronkelt

kijkend naar het leven dat groeit

Met ogen van water die de geboorte en dood van de tijd zien

Ik genees de wonden van het zijn

Dood me niet en vergiftig me niet

Maak me geen deel van dat lijden

Jij bent de dood, ik ben het leven

Jij bent het lithium, ik ben het gevoel van de pacha

Water!

CATAPA hield op 29 maart een vertoning van de documentaire ‘En el Nombre del Litio’ in Studio Skoop in Gent, als onderdeel van het Belmundo Festival 2022. 

Tachtig procent van ’s werelds lithiumreserves bevinden zich in de ‘Lithiumdriehoek’; de zoutvlakten die Argentinië, Bolivia en Chili met elkaar verbinden. De film toont de desastreuze gevolgen van lithiumwinning voor de inheemse gemeenschappen van de Salares Grandes. Voor de productie van één ton lithiumcarbonaat is twee miljoen liter water nodig. En waar gaat dit lithium naartoe? Elk elektrisch voertuig, dat centraal staat in de “groene overgang” van de EU van benzine- en dieselvervoer, bevat 4,5 kilogram lithium.

“¿Energía limpia para quién?” (Clean energy for who?) (Clemente Flores, El Moreno)

Na de vertoning werden de deelnemers door Yblin Escobar Roman (CATAPA) uitgedaagd om na te denken over de verbanden tussen de documentaire en de materiële consumptie binnen de Europese Unie en België. Onder het mom van ‘groene mijnbouw‘ schetst de Critical Raw Materials-lijst van de EU een strategie voor de bevoorrading van meer dan dertig gedolven hulpbronnen, zoals lithium, die ‘nodig’ worden geacht voor de groene transitie. Om de ‘groene overgang’ te financieren, zal de EU tegen 2050 zestig keer meer lithium nodig hebben voor batterijen voor elektrische voertuigen en energieopslag dan nu het geval is. 

Elektrische voertuigen zijn niet de oplossing voor onze klimaatcrisis. Ons streven naar ‘groene mobiliteit’ is doordrenkt van dezelfde extractivistische logica die onze planeet beschouwt als een onuitputtelijke hulpbron die moet worden ontgonnen en gedomineerd door de mensheid. Maar dit gaat voorbij aan de fundamentele tegenstrijdigheid: 

We cannot mine our way out of the climate crisis

Deze tegenstrijdigheid is de kern van ‘El Nombre Del Litio’. Door de barre omstandigheden zijn alleen micro-organismen aangepast om te overleven in het Salarbekken. Onder de salars leven kolonies, of “bossen” van micro-organismen die zich bezighouden met fotosynthese, en die al meer dan 3,5 miljard jaar als koolstofput fungeren, zuurstof afgeven en onze ozonlaag creëren. In naam van de klimaatcrisis onttrekken transnationale bedrijven echter enorme hoeveelheden water aan het bekken, waardoor juist de micro-organismen die ons voortbestaan op Moeder Aarde mogelijk maken, worden uitgehongerd en vernietigd.

Een rechtvaardige overgang naar toegankelijk, CO2-neutraal vervoer

In plaats van de status quo te handhaven door over te schakelen op elektrische auto’s, vereist een rechtvaardige overgang een fundamentele reorganisatie van onze steden en gemeenschappen in de richting van emissievrij openbaar, niet particulier vervoer. Vervoer is verantwoordelijk voor 27% van de wereldwijde uitstoot. C40 Cities stelt dat om de opwarming van de aarde tot 1,5°C te beperken, het gebruik van openbaar vervoer in steden tegen 2030 verdubbeld moet zijn.

Desondanks zullen de jongste plannen van De Lijn toezien op de verwijdering van 1 op 7 bushaltes in Gent – ongeveer 200 in totaal. Zonder Bushalte Straat, een actiegroep die campagne voert tegen deze veranderingen, stelt dat dit onvermijdelijk oudere en minder mobiele burgers zal verhinderen om de stad te betreden en te doorkruisen.  

Een rechtvaardige overgang naar het recht om nee te zeggen

In de documentaire wordt ook benadrukt dat een rechtvaardige overgang vereist dat inheemse en lokale gemeenschappen het recht hebben om nee te zeggen tegen mijnbouw. Lokale gemeenschappen moeten niet alleen het beslissende, wettelijk bindende woord hebben over het lot van mijnbouwprojecten, dit moet ook worden gerespecteerd.

Ik ben geboren op het platteland,

ik ben de zoon van een boer

Ik verdedig mijn traditie,

van heel het Argentijnse noorden

Mijn vader is de Chañi berg

Mijn moeder de witte Salar

Tijdens de documentaire bespreken de inheemse gemeenschappen Kachi-Yupi (letterlijke vertaling: zoutsporen), een document dat zij collectief hebben opgesteld voor het consultatieproces. Samen met internationale wetten over vrije, voorafgaande en geïnformeerde toestemming (Free, Prior and Informed Consent), eist dit document dat mijnbouwbedrijven toestemming moeten vragen aan alle inheemse gemeenschappen van het Salinas Grandes en Laguna de Guayatayoc bekken voordat ze verder gaan met een activiteit of project. Ondanks beloften werd het document nooit geformaliseerd in een officieel decreet. In plaats daarvan droeg de Argentijnse staat het eigendom van de gronden over aan JEMSE om zonder toestemming lithium te gaan winnen voor “ontwikkeling”.

“Als gemeenschappen niet actief deelnemen aan de staat, is de staat zinloos” (Clemente Flores, El Moreno)

Bedrijven streven ook naar een ‘Social Licence to Operate’ door gemeenschappen te verdelen met valse beloften van banen, ontwikkeling en veiligheid. In de documentaire beloofde EXAR dat de lithiumwinning de plaatselijke gemeenschap direct en indirect zo’n achthonderd banen zou opleveren, en dat gedurende meer dan dertig jaar.

Grootschalige mijnbouwprojecten mogen dan op korte termijn banen opleveren, de verwoesting op lange termijn is niet te vergelijken. Het verlies van water verstoort de pastorale landbouw, een activiteit waarop de gemeenschap al duizenden jaren vertrouwt. Als de mijnbouwprojecten eenmaal zijn afgerond, gaan ook de banen mee en blijft een door geweld en conflicten besmette en verscheurde gemeenschap achter.

“Mijnbouw is brood voor vandaag, maar honger voor morgen” (Gil Cruz, Susques)

In reactie hierop hebben de inheemse gemeenschappen van de Salinas Grandes en de Lagune van Guayatayoc zich gemobiliseerd om te protesteren tegen de schending van het internationale recht inzake inheemse rechten, tegen het feit dat de lithiummijnbouwbedrijven die actief zijn op het grondgebied van de Quebraleña geen collectieve vergadering hebben geraadpleegd en tegen het feit dat ze een einde hebben geëist aan alle mijnbouwactiviteiten in het gebied. 

“Ik geef mijn leven voor de Salar. Ik kan dit niet accepteren. Als jullie willen, dood mij dan eerst. Dan zullen jullie door de Salar gaan.” (Veronica Chavez, Santuario Tres Pozos)

Onze overgang naar duurzame energie moet niet alleen groen zijn, maar ook rechtvaardig. Dit kan niet worden bereikt via ons huidige pad van voortgezet extractivisme, dat niets anders belooft dan vernietiging. We staan op een tweesprong. In plaats van lithium te winnen voor elektrische auto’s, moet onze samenleving gebaseerd zijn op sociale en ecologische rechtvaardigheid, waarbij de winning van niet-hernieuwbare hulpbronnen niet langer nodig is.

Water, klein water

Ze roepen me en ze denken aan me

Water, klein water,

Ze zeggen tegen mij als ik voorbijga

Bescherm onze plaats

Nou chayadita mijn ziel zal blijven 

Met de dans van de suri’s zal ik stoppen

Met de draf van de vicuñas zal ik volgen

Met de condor zal ik vliegen

In de regen over de Andes zal ik terugkeren

Jallalla! 

 

En El Nombre del Litio is geproduceerd door Calme Cine & FARN, en geregisseerd door Tian Cartier, Martín Longo en Pía Marchegiani. Je kunt meer lezen over de film en de inheemse gemeenschappen die strijden tegen de winning van lithium op hun website: https://enelnombredellitio.org.ar 

*Deze documentaire werd vertoond in het kader van Cinema Belmundo 2022. Cinema Belmundo is een samenwerking tussen verschillende organisaties die films vertonen om een impact te maken. Dit jaar bestaat het samenwerkingsverband uit Studio Skoop Cinema, 11.11.11, Amnesty International, BOS+, Broederlijk Delen, Dierenartsen Zonder Grenzen, FOS ngo en JEF.

Geschreven door Catapista Connor Cashell

Bronnen:

An Van Bost (2021) ‘Ghent action group fights to preserve bus stops in and around Ghent with symbolic action’, VRT, 21 June. Available at: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2021/06/21/een-deel-bushaltes-in-en-rond-gent-dreigt-te-verdwijnen/ [Accessed 30 March 2022].

Bankwatch Network (2021). Raw Deal: Does the new EU development model mean more of the same destructive mining? Available at: https://bankwatch.org/wp-content/uploads/2021/01/RAW_DEAL.pdf [Accessed 30 March 2022].

C40 Cities, International Transport Workers’ Federation (2021). Public transport global coalition statement. Available at: https://www.c40.org/wp-content/uploads/2021/11/Global-coalition-statement-ENG.pdf [Accessed 30 March 2022]

En El Nombre Del Litio (2021) Directed by T. Cartier, Longo. M and Marchegiani.Pía [Film]. El Salvador, Argentina: Calme Cine.

European Commission (2020) ‘Critical Raw Materials Resilience: Charting a Path towards greater Security and Sustainability’. Available at: https://eur-lex.europa.eu/legal-content/EN/TXT/?uri=CELEX:52020DC0474 [Accessed 30 March 2022]

European Environmental Bureau, Friends of the Earth Europe (2021) 

‘Green mining is a myth’: the case of cutting EU resource consumption

Available at: https://eeb.org/wp-content/uploads/2021/10/Green-mining-report_EEB-FoEE-2021.pdf 

[Accessed 22 March 2022].

FARN & Calma Cine (2021) En el Nombre Del Litio. Available at: https://enelnombredellitio.org.ar/home-2-en/. [Accessed: 30 March 2022].

Kachi-Yupi (2015) Salt Traces: Free, Prior and Informed Consultation and Consent Procedure for the Indigenous Communities of the Salinas Grandes and Laguna de Guayatayoc Basin. Available at: https://naturaljustice.org/wp-content/uploads/2015/12/Kachi-Yupi-Huellas.pdf [Accessed 30 March 2022]. 

United Nations, Department of Economic and Social Affairs: Indigenous Peoples (2016) Free Prior and Informed Consent – An Indigenous Peoples’ right and a good practice for local communities – FAO. Available at: https://www.un.org/development/desa/indigenouspeoples/publications/2016/10/free-prior-and-informed-consent-an-indigenous-peoples-right-and-a-good-practice-for-local-communities-fao/ [Accessed 30 March 2022]

Zonder Bushalte Straat (2022) [Facebook]. Available at: https://www.facebook.com/zonderbushaltestraat/ [Accessed 30 March 2022].

Speakers Tour Student Event Ku Leuven

Speaker’s Tour Studentenevenement – Burgerraad: Extractivisme en KULeuven

Speaker’s Tour Studentenevenement – Burgerraad: Extractivisme en KULeuven

We eten geen goud, we drinken geen olie.

(Rosas Duran Carrera, KULeuven Studenten Evenement)

Tijdens de Sprekerstour van dit jaar organiseerde CATAPA verschillende evenementen op studentencampussen in heel Vlaanderen. Op maandag 7 maart reisde Rosas naar de KULeuven om een treffende getuigenis af te leggen over de impact van verschillende mijnbouwprojecten op zijn gemeenschap en hun collectieve verzet.

In de tweede helft van het evenement werden de studenten uitgedaagd om de banden tussen het extractivisme en hun universiteit in vraag te stellen. Zo werkt het SIM2 Instituut van de KULeuven aan recyclage en aan ‘milieuvriendelijke’ extractie van materialen en mineralen. Het instituut werkt samen met verschillende ontginningsbedrijven, zoals Nyrstar en Umicore, met een geschiedenis van milieu- en mensenrechtenschendingen en banden met het Belgisch kolonialisme.

Speakers Tour Student Event Ku Leuven

Het enthousiasme in de zaal was groot. Studenten brainstormden over verschillende strategieën over hoe we collectief actie konden ondernemen om de KULeuven te dwingen af te stappen van mijnbouw en meer transparantie te bieden. Daarna planden we een volgende bijeenkomst om deze ideeën om te zetten in een concrete campagne.

Dit evenement was onderdeel van de Speaker’s Tour 2022.

Geschreven door catapista Connor Cashell.

Bronnen:

KULeuven Institute for Sustainable Metals and Minerals (2022) Industrial Sounding Board,
Available at: https://kuleuven.sim2.be/industrial-sounding-board/
[Accessed 22 March 2022]. 
 
KULeuven Institute for Sustainable Metals and Minerals (2022) Mission and Vision.
Available at: https://kuleuven.sim2.be/mission-vision/
[Accessed 22 March 2022].
 
Sanderson, Henry (2019) ‘Congo, child labour and your electric car’, Financial Times, July 7 2019.
Available at: https://www.ft.com/content/c6909812-9ce4-11e9-9c06-a4640c9feebb
[Accessed 23 March 2022]. 
 
Shepherd, Tony (2021) ‘In the shadow of Port Pirie’s lead smelter,
parents fight a losing battle against contamination’, Guardian, 3 September 2021.
Available at: https://www.theguardian.com/australia-news/2021/sep/04/
[Accessed 23 March 2022].
MEP day CATAPA speakers tour 2022

MILIEUACTIVISTEN VERGADEREN MET EUROPARLEMENTARIËRS

MILIEUACTIVISTEN, INHEEMSE VERTEGENWOORDIGERS VAN DOOR-MIJNBOUW-GETROFFEN-GEMEENSCHAPPEN VERGADEREN MET LEDEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT OVER DE EU-WETGEVING INZAKE DUE DILIGENCE

Onze Peruaanse milieuactivisten, Mirtha & Rosas, samen met inheemse vertegenwoordigers uit Rusland en Guatemala, hebben op donderdag 4 maart een ontmoeting gehad met Europarlementariërs om hun verhalen te delen over hun strijd om hun gemeenschappen te beschermen tegen destructieve mijnbouwprojecten. 

Vrijwillige internationale normen voor verantwoord ondernemen hebben geen effect gehad op milieu- en mensenrechtenschendingen in de toeleveringsketens.

Zij eisten strengere wetgeving op het gebied van batterijen en due diligence, waarin de stemmen en ervaringen van de getroffen gemeenschappen een centrale plaats innemen. In het kader van de “Social License to Operate” (SLO), een niet-bindende vrijwillige verbintenis tot “goede praktijken”, kunnen bedrijven hun activiteiten greenwashen. Deze vrijwillige internationale normen voor verantwoord ondernemen hebben geen effect gehad op milieu- en mensenrechtenschendingen in de toeleveringsketens.

Onze Peruaanse verdedigers maakten deel uit van een delegatie die een ontmoeting had met de assistenten van de Franse Europarlementariër Manon Aubry - GUE/NGL (foto boven) en de Nederlandse Europarlementariër Antonius Manders (EEP)
Onze Peruaanse verdedigers maakten deel uit van een delegatie die een ontmoeting had met de assistenten van de Franse Europarlementariër Manon Aubry - GUE/NGL (foto boven) en de Nederlandse Europarlementariër Antonius Manders (EEP)

De delegatie benadrukte dat koper, bauxiet en ijzer binnen de voorgestelde due diligence-verplichtingen moeten blijven vallen. Ze vestigde ook de aandacht op de noodzaak om verplichtingen inzake klimaateffecten op te nemen.

Volgens de huidige voorstellen voor “Corporate Sustainability Due Diligence” zijn enkel mijnbouwbedrijven in de EU met meer dan 250 werknemers en een jaaromzet van 40 miljoen euro verplicht om schendingen van de mensenrechten en het milieu in hun toeleveringsketen te voorkomen. Dat geldt voor minder dan 0,2% van de bedrijven in de EU.

Bedrijven zullen ook alleen verplicht worden de impact van zogenaamde “gevestigde” zakenpartners te voorkomen. Dit heeft geen betrekking op kortetermijnrelaties, waardoor bedrijven ertoe worden aangezet regelmatig van leverancier te veranderen om hun aansprakelijkheid te ontlopen. 

Het wetsvoorstel neemt ook de ernstige juridische belemmeringen niet weg die transnationale rechtszaken tegen ondernemingen in de weg staan, zoals kosten, korte termijnen, gebrek aan toegang tot bewijsmateriaal en een onevenredige bewijslast. 

Onze milieuactivisten hebben niet alleen aangedrongen op duurzaamheid, maar ook op een fundamentele verandering van onze samenleving en onze relatie met de natuur. Ons huidige lineaire model van consumptie en productie is een drijvende oorzaak van de klimaatcrisis. Dit “wegwerp”-model, het streven naar grenzeloze groei, productie en consumptie, vernietigt onze biodiversiteit, vervuilt onze rivieren en doodt degenen die ons verdedigen.

 

De overconsumptie in de EU houdt rechtstreeks verband met destructieve mijnbouwprojecten in Peru en Latijns-Amerika. De materiaal voetafdruk van de EU bedraagt 14,5 ton per hoofd van de bevolking (waarvan 20% wordt ingevoerd van buiten de EU). Dit is het dubbele van een rechtvaardige consumptielimiet en verbruikt tot 97% van de “veilige exploitatieruimte” van de planeet

Na een bezoek aan het EU-parlement ontmoetten onze milieuactivisten andere inheemse vertegenwoordigers, CSO’s en Europarlementariërs voor een diner om banden van solidariteit in hun strijd voor gerechtigheid op te bouwen en te versterken.

Deze bijeenkomst vond plaats in samenwerking met de EEB, als onderdeel van de Speaker’s Tour 2022.

Geschreven door catapista Connor Cashell.

Bronnen:

Business and Human Rights Centre Resource Centre., (2019). 
Brumadinho dam collapse: lessons in corporate due diligence and remedy for harm done. 
Available at: https://www.business-humanrights.org/en/blog/brumadinho-dam-collapse-lessons-in-corporate-due-diligence-and-remedy-for-harm-done/ 
[Accessed 22 March 2022].

Cockburn, H. (2020) ‘Climate crisis: 
global temperature rise of 2C ‘would release billions of tonnes of soil carbon’, Independent, 2 November 2020. 
Available at: https://www.independent.co.uk/climate-change/news/soil-carbon-climate-crisis-global-warming-b1534409.html 
[Accessed 22 March 2022].

European Commission (2021) ‘Proposal for a Directive of the European Parliament and of the Council 
on Corporate Sustainability Due Diligence and amending Directive (EU) 2019/1937’. 
Available at: https://ec.europa.eu/info/sites/default/files/1_1_183885_prop_dir_susta_en.pdf 
[Accessed 22 March 2022].

European Environmental Bureau, Friends of the Earth Europe (2021). 
Green mining is a myth’: the case of cutting EU resource consumption. 
Available at: https://eeb.org/wp-content/uploads/2021/10/Green-mining-report_EEB-FoEE-2021.pdf 
[Accessed 22 March 2022].

MEP Antonius Manders (2021), Report on the liability of companies for environmental damage (2020/2027(INI)) 
Committee on Legal Affairs. 
Available at: https://www.europarl.europa.eu/doceo/document/A-9-2021-0112_EN.pdf 
[Accessed 22 March 2022].

OECD (2011), Guidelines for Multinational Enterprises (2011 update), 
Available at: https://doi.org/10.1787/9789264115415-en 
[Accessed 22 March 2022].

United Nations (2011), Guiding Principles on Business and Human Rights: 
Implementing the United Nations ‘Protect, Respect and Remedy’ Framework. 
Available at https://www.ohchr.org/Documents/Publications/GuidingPrinciplesBusinessHR_EN.pdf 
[Accessed 22 March 2022].
tin supply chain part I

De Supply Chain van Tin – Miniserie, Part I

Het monitoren van de tinmijnen in Bolivia

Since autumn 2020, CATAPA vzw has been partnering up with Electronics Watch – an independent monitoring organisation with experts in human rights and global supply chains – and CISEP – Centro de Investigación y Servico Popular, a local Bolivian non-profit organization – to start monitoring tin mining cooperatives in the department of Oruro, Bolivia. This project was funded by Bread for All (BfA). This work is part of a bigger project organised by CATAPA’s Bolivia Working Group: investigating the tin supply chain, from raw material to end product.

Today we are presenting the first part of this research focussed on important findings related to working conditions and human rights (violations) in the Bolivian tin mines. Later on we will also present the findings related to the Bolivian smelters, the import of tin into the EU and the presence of tin in the electronics sector.

Belangrijkste bevindingen

Infographic tin monitoring project Landscape Banner (3)

Uit de interviews met de mijnwerkers van de coöperaties blijkt dat:

  • Mijnwerkers moeten soms onder 70m diepte werken (gerelateerde problemen: minder zuurstof, longziekten, silicose) zonder persoonlijke bescherming
  • De lonen worden dagelijks berekend, maar kunnen na verloop van tijd vaster worden (afhankelijk van de goodwill van de chef)
  • Coöperatieve mijnwerkers worden betaald op basis van de gewonnen hoeveelheid mineraal, de lonen zijn zeer ontransparant (vaak slechts 1% van de brutowaarde van de productie, wat zeer laag is)
  • De mijnwerkers werken lange uren, meestal 6 dagen per week. Sommigen werken 12 tot 16 uur per dag
  • Er is een grote ongelijkheid tussen mannelijke en vrouwelijke werknemers: vrouwen worden veel minder betaald omdat zij meestal werk krijgen buiten de mijngangen (omdat wordt geloofd dat het ongeluk brengt als vrouwen de mijnen betreden). Daar zoeken ze naar waarde tussen het weggegooide erts
  • Preventiesystemen voor veiligheid en gezondheid op het werk zijn bijna onbestaand
  • Er is geen toegang tot drinkwater op de werkplek

Meer details over de resultaten en de achtergrond van het monitoringproject vindt u verderop op deze pagina. 

CISEP_Mineral extraction galleries
CISEP_Mineral extraction galleries
CISEP_Heavy machinery, in operation and without adequate protection, lack of physical spacers
CISEP_Heavy machinery, in operation and without adequate protection, lack of physical spacers

Conclusies en toekomstige stappen

Juridisch gezien lijkt het erop dat de Boliviaanse nationale wetten niet worden overtreden, maar eerder worden omzeild, aangezien de werknemers van de coöperatie juridisch gezien zelf hun eigen werkgevers zijn. CISEP en Electronics Watch zijn van plan aan dit project te blijven werken, uiteindelijk met het doel bij te dragen tot betere lonen en gezondheids- en veiligheidsomstandigheden voor de arbeiders. In de volgende stappen zullen de mijnwerkers van de coöperatie onder meer worden opgeleid in het belang van preventie en het gebruik van beschermende uitrusting.

Dit is DEEL I van onze miniserie over het monitoringsproject van de toeleveringsketen van tin. Wat gebeurt er met het tinerts als het eenmaal gewonnen is? Hou ons in de gaten voor deel II en III: de bevindingen over de Boliviaanse smelterijen en onder welke omstandigheden tin in de EU wordt ingevoerd en later, hoe en wanneer het in de elektronicasector terechtkomt.

CISEP_Wood reinforcement yielding to the weight of drilling malpractice (2)
CISEP_Wood reinforcement yielding to the weight of drilling malpractice (2)

Meer details en achtergrond bij het monitoringproject in de tinmijnen

Tussen mei en september 2021 werden 20 enquêtes en 13 interviews afgenomen. Het merendeel van de ondervraagde werknemers van de coöperatieve mijnen waren mannelijk, jonger dan 28 jaar en van Quechua-afkomst. Dit profiel is ook het meest voorkomende, hoewel er ook vrouwen werken, een aantal van hen werd ook geïnterviewd. De enquêtes en interviews vonden plaats op de werkplek of op het terrein en duurden ongeveer 30 minuten tot 1 of 2 uur. Er werd vooral gevraagd naar de volgende onderwerpen: vorm van inkomen, verloning, gezondheid en veiligheid, mogelijke vormen van intimidatie op het werk (ook wat betreft geslacht), productie en werktijden.

Ook belangrijk om weten: het grootste deel van de monitoring vond plaats tijdens de Coronapandemie, waardoor een meer constante en ononderbroken monitoring onmogelijk was omdat mensen buiten de exploitatie minder welkom waren in het mijnkamp om wille van de COVID19 maatregelen. Het onderzoek kan ook beperkt zijn door de angst van sommige van de ondervraagden om bepaalde onderwerpen aan te snijden, zoals bijvoorbeeld milieukwesties.

De meeste arbeiders zijn zelfstandigen. Dit betekent dat de mijnwerkers niet beschikken over beschermende en technische uitrusting, noch over gezondheids- en veiligheidsvoorzieningen op het werk, wat hun werk gevaarlijk en ongezond maakt.

De mijnbouwcoöperaties

Het coöperatieve systeem is in Bolivia in de praktijk een systeem van  arbeids”flexibiliteit”, waardoor de arbeidskosten binnen de interne toeleveringsketen worden verlaagd. Hoewel de coöperatiewet bepaalt dat men verplicht is de sociale wetten (zoals de algemene arbeidswet) na te leven, geldt dit eigenlijk alleen wanneer er sprake is van een werknemer/werkgever-relatie.

In werkelijkheid is dit meestal niet het geval: de coöperatieve structuur beperkt zich tot het zijn van een collectieve beheersorganisatie voor de aan- en verkoop van mineralen, het beheer van de sociale zekerheid en de toegang tot metaalrijke terreinen die eigendom zijn van de staat. In feite zijn de meeste werknemers in het coöperatieve mijngebied dus zelfstandige leden van de coöperatie (werkgever-werknemer).

De gevolgen van dit zelfstandig ondernemerschap zijn dat de mijnwerkers geen beschermende en technische uitrusting krijgen, noch veiligheid en gezondheid op het werk, wat, samen met het gebrek aan beschermingssystemen op de werkplek, hun werk gevaarlijk en ongezond maakt. De ploegen van mijnwerkers moeten zelf voor hun persoonlijke beschermingsmiddelen zorgen: zij kopen hun werkgereedschap, zij betalen voor het gebruik van de concentratie-installatie en de machines, zij betalen voor de basisdiensten en voor de administratieve diensten die door het bestuur van de coöperatie worden verleend.

Ook investeringen in nieuwe technologie zijn zeer beperkt en onderhoudsdiensten zijn praktisch onbestaande, hoewel er een mechanische werkplaats is om onderdelen van essentiële apparatuur te vervangen. Daar komt nog bij dat door dit beheersmodel van het mijnbouwcoöperatiesysteem in Bolivia een gelijke verloning van alle leden niet is gegarandeerd.

Arbeidsovereenkomsten voor Leerlingen

De mensen die in de concentratiefabriek werken (in plaats van die in de mijngangen) krijgen een nationaal basissalaris uitbetaald: ongeveer 300 US-dollar, hoewel het niet zeker is of dit overeenkomt met het minimum dat nodig is om van te leven, aangezien volgens de ondervraagden de kosten van levensonderhoud ongeveer 430 US-dollar bedragen. Desondanks past de coöperatie de berekening van een minimumloon niet eens toe op al haar werknemers, maar alleen op coöperatieleden die niet in de mijn kunnen werken vanwege hun tijdelijke verplichting in specifieke functies (directeuren of commissarissen) en de mogelijke toekomstige geassocieerde werknemers die op proef werken.

Enerzijds is er geen enkele garantie dat het ontvangen loon de minimumbehoeften dekt, noch is er enige controle dat het aantal uren per week minder dan 48 uur bedraagt, aangezien de coöperatie niet optreedt als werkgever, maar veeleer als administratief beheerder van de zelfstandige arbeid van haar leden.

Er is ook een grote ongelijkheid tussen coöperatieleden en niet-coöperatieleden op proef (er moet minimaal 1 jaar extern worden gewerkt voordat men het aanbod krijgt om lid te worden van de mijnbouwcoöperatie) . Als je volgens dit “leerling”-systeem werkt, krijg je het nationale minimumloon voor 8 uur werk, maar je krijgt geen toeslag voor overwerk of voor werken op zon- of feestdagen, en het is niet mogelijk na te gaan of de ziektekostenverzekering door de coöperatie wordt betaald.

Positief aan dit leerling-systeem is dat de werktijden van de proefarbeiders worden gecontroleerd en gereguleerd, terwijl de coöperatieleden werken in een systeem van zelfuitbuiting. Anderzijds is het wel mogelijk dat er overtredingen zijn met de leercontracten en dat er een onofficieel systeem van arbeidsintimidatie bestaat door de leden van de coöperatie tijdens het proefjaar.

Het inkomen van de mijnwerkers hangt volledig van geluk af: of ze vinden genoeg metaalrijke ertsen of ze vinden er geen.*

De lonen voor deze arbeiders worden dagelijks berekend. Ze kunnen vaster worden na een eerste proeftijd, maar dit hangt af van de bereidwilligheid van de persoon die de leiding heeft over die nieuwe arbeider. Mijnwerkers worden betaald op basis van de hoeveelheid mineraal die ze vinden, dus het inkomen van de mijnwerkers hangt volledig af van geluk: of ze vinden genoeg metaalrijke ertsen of ze vinden er geen*. Ook het inkomstenniveau is zeer ondoorzichtig: vaak ligt het rond 1% van de brutowaarde van de productie op de internationale markt, wat zeer laag is.

Onzekerheid van betaling en overwerk

Er is geen transparant systeem dat een gelijke beloning onder de coöperatieve arbeiders garandeert, vooral wanneer de productie aan de concentratie-installatie wordt geleverd namens de leider van een mijnwerkersploeg. Deze leider wordt verondersteld de waarde gelijk te verdelen onder zijn/haar ploeg, maar er is geen bewijs dat dit zonder discriminatie gebeurt. Het “crew” systeem heeft nog een ander nadeel: omdat de crew zichzelf managed, worden de mechanismen voor conflictbeslechting binnen de crew afgehandeld. Alleen als de zaken ernstig zijn (wat ook subjectief is), gaan ze naar de directie of toezichtsraad, één van de twee officiële hogere organen in de coöperaties, samen met de Raad van Bestuur.

De werktijden zijn extreem lang voor (potentiële) aangeslotenen en er bestaat een risico van onvrijwillig overwerk voor iedereen: omdat er geen controle is op de werkroosters, bestaat het gevaar van overwerk en overuren.

Ze werken meestal 6 dagen per week. Volgens de enquête zegt 91% wel eens 7 dagen per week te hebben gewerkt … 33% zegt 10 uur te werken en 16% zegt 12 uur per dag te werken. Aangezien niemand controleert of de werknemers boven hun limiet werken, zouden de werkuren zelfs langer dan 16 uur kunnen duren.

Sommigen van hen beweren dat zij, gezien de hoge prijs van mineralen, soms 16 en 24 uur onafgebroken hebben gewerkt, uit “hun eigen wil”. Maar aangezien deze “wil” gekoppeld is aan het genereren van meer inkomsten, zou je kunnen stellen dat het niet noodzakelijk “hun eigen wil” is, maar eerder “gedwongen” uit noodzaak. In de enquête zei 1 persoon dat hij niet vrijwillig werkt, maar dat de noodzaak hem ertoe dwingt.

Blijkbaar is er ook een recente verplichting om minstens 15 dagen/maand te werken (deze verplichting is gekoppeld aan het quotum van de overeenkomst die zij hebben met de plaatselijke handelsmaatschappij die hun erts afneemt), en als ze dit niet doen, krijgen ze een sanctie opgelegd.

Naast deze inconsistenties is er een grote ongelijkheid tussen mannelijke en vrouwelijke werknemers. Vrouwen worden veel minder betaald. 50% van de respondenten geeft aan dat vrouwen en mannen niet gelijk worden behandeld op de werkplek. Vrouwen krijgen meestal werk buiten de mijngangen, omdat wordt geloofd dat het ongeluk brengt als vrouwen de mijnen betreden.

De vrouwen die betrokken zijn bij de coöperatieve mijnbouwactiviteiten in Oruro zijn meestal oudere weduwen die hun man verloren hebben in de mijnen of bij aanverwante activiteiten, ofwel jonge meisjes of alleenstaande moeders met kinderen. Hun actieve deelname is beperkt, omdat van oudsher wordt geloofd dat hun aanwezigheid in de mijn ongeluk brengt. Daarom werken zij voornamelijk buiten, waar zij afgedankte ertsblokken uit elkaar halen op zoek naar minerale resten. Of ze werken op andere terreinen met minder mogelijkheden om in hun levensonderhoud te voorzien. Bij de verkoop zijn het vooral de vrouwen die worden bedrogen en een oneerlijke prijs krijgen. Veel vrouwen werken op informele basis, zelfs buiten het kader van de coöperatie, zodat zij geen ziektekostenverzekering of pensioenfonds hebben. Bovendien zorgen zij over het algemeen voor het gezin en dragen daardoor bijna altijd een dubbele last.*

CISEP_Concentrated mineral leaching into waters without environmental measures
CISEP_Concentrated mineral leaching into waters without environmental measures
CISEP_Acidic waters and tailings dam without safety borders
CISEP_Acidic waters and tailings dam without safety borders

Arbeidsomstandigheden: Gezondheid en veiligheid

Uit de gevoerde gesprekken blijkt dat de mijnwerkers soms zonder persoonlijke bescherming werken, zelfs wanneer zij onder 70 meter diepte werken, aangezien dat laagste niveau door de coöperatie als geheel wordt geëxploiteerd. Het maakt deel uit van de collectieve bijdrage voor de coöperatie, los van hun traditionele mijnwerkerssysteem. Zij moeten bijdragen aan de gemeenschappelijke kosten van de coöperatie door hun eigen werk ten minste 3 dagen per maand in deze nieuwe diepe galerij te verrichten. Het is dus niet alleen onveilig en ongezond om daar te werken, maar zij voelen zich ook gedwongen door het management van de coöperatie om daar extra te werken.

Die diepte is kritiek omdat er minder O2 is en er een hoger risico is op onder meer longziekten en silicose. Zoals gezegd moeten ze daar minimaal 3 keer per maand werken: als ze 2 keer missen worden ze gestraft en als ze een 3e keer missen verliezen ze hun aansluitingsdocument (het bewijs van bijdrage aan de coöperatie) en moeten ze de coöperatie verlaten. Dit niveau is enkel toegankelijk via een lift zonder nooduitgang.

De ondervraagden wijzen erop dat er geen veiligheidsplan is en dat er bijna geen preventiesystemen voor veiligheid en gezondheid op het werk bestaan, waarschijnlijk door een gebrek aan middelen van het management. Er zijn wel veiligheids- en gezondheidsfunctionarissen, maar hun functies houden verband met het beheer van ongevallen en latere gebeurtenissen, niet met het voorkomen daarvan.

Bij een fysieke controle blijkt dat de concentratie constructies meer dan 50 jaar oud zijn en dat er geen behoorlijke bewegwijzering en ventilatie is. In het algemeen zijn er bijna geen risico- en gevaarsignalisatie in de mijn, of ze zijn in voortdurende staat van verval en er is geen plan voor de vervanging van deze signalisatie.

Het werk in de mijn is buitengewoon koud en vochtig. Er is geen toegang tot drinkwater op de werkplek. Elke arbeider neemt zijn eigen water mee voor het dagelijkse werk. Meer dan 75% van de ondervraagden zegt dat zij voortdurend moeten staan, soms wel 6 of zelfs 12 uur. 3/4 merken ook op dat zij worden blootgesteld aan sterke trillingen als gevolg van het boren en drillen in rotsen en dat zij zware machines moeten gebruiken.

Het boren van rotsen in de mijn wordt niet gecontroleerd: het zou met water moeten gebeuren om de vorming van opvliegend mineraal stof te voorkomen, maar er is geen watersysteem dat alle locaties bereikt, waarschijnlijk ook wegens de daarmee gepaard gaande investeringskosten. 74% beweert te zijn blootgesteld aan gassen en stof afkomstig van het opblazen van rotsen.

CISEP_Entrance to galleries in wells without ergonomic conditions or emergency exits.
CISEP_Entrance to galleries in wells without ergonomic conditions or emergency exits.
CISEP_Wood reinforcement yielding to the weight of drilling malpractice (2)
CISEP_Wood reinforcement yielding to the weight of drilling malpractice (2)

Als gevolg van deze omstandigheden hebben sommige mijnwerkers silicose (een vorm van longziekte die wordt veroorzaakt door het inademen van stof** als gevolg van het gebrek aan water bij het boren in de mijn), reuma (als gevolg van een te hoge vochtigheidsgraad in de mijn) en hoofdtumoren (als gevolg van schuivende rotsen in de mijn, door een gebrek aan versterking van de galerij-infrastructuur) gekregen.

91% zegt dat er niet goed wordt omgegaan met chemische stoffen en meer dan 83% beweert dat er een voortdurende blootstelling is aan onbeschermde giftige stoffen zoals xanthaat en arseen en dat zij zijn blootgesteld aan dampen uit de ondergrond, bijvoorbeeld die welke worden geproduceerd door de diesel mijnwagens. Het gebrek aan ventilatiesystemen genereert veel verbrandingsrook die, volgens een van de ondervraagden, vooral de “oudere” mijnwerkers treft.

66% van de mijnwerkers klaagt over problemen met de veiligheid op het werk. Aangezien iedereen zijn eigen persoonlijke beschermingsmiddelen koopt, is er geen sprake van industriële veiligheid en is deze niet gewaarborgd. In de beschrijving van de persoonlijke beschermingsmiddelen beschrijven allen het gebruik van gehoorbeschermers, ademhalingsapparatuur (maar zonder voortdurende vervanging van de filters en beperkt tot het boren van het gesteente) en hoofd- en voetbescherming, maar niemand heeft het over het gebruik van rugbeschermers. Dit is vooral belangrijk omdat de mijnkarretjes alleen in de hoofdgangen aanwezig zijn en zij vanuit de onderaardse gangen het erts op hun rug moeten verplaatsen in (rug)zakken met een gewicht van ongeveer 40 kilo. Er zijn bewijzen dat zij tot 30 minuten moeten lopen met dit gewicht op hun rug.

In de mijnen zijn er geen toiletten of systemen om uitwerpselen te verwijderen, daarom is het niet toegestaan zich in de mijn te ontlasten, daarvoor moeten zij wachten tot de ploegenwisseling (7-13, 14-19).

Daar komt nog bij dat de mijnwerkers geen duidelijke en zichtbare informatie hebben over hun rechten binnen de coöperatie: zij krijgen geen introductie, zij ontberen informatie over hun ziektekostenverzekering en zij worden slecht behandeld door het openbare gezondheidsstelsel, zij worden niet opgeleid in het hanteren van gereedschappen noch krijgen zij houdingsonderwijs, zij worden niet geleerd persoonlijke beschermingsmiddelen te gebruiken, enzovoort.

Binnenkort deel II van onze miniserie

Dit is DEEL I van onze miniserie over het toezicht op de toeleveringsketen van tin. Wat gebeurt er als het tin eenmaal gewonnen is? Hou ons in de gaten en lees binnenkort meer over de bevindingen in de Boliviaanse smelterijen en onder welke omstandigheden tin in de EU wordt ingevoerd en later, hoe en wanneer het in de elektronicasector terechtkomt.

Referenties:

‘Greenwashing’ van de mijnindustrie

‘Greenwashing’ van de mijnindustrie

Een warm nest, een eigen auto en de nieuwste smartphone; velen onder ons zijn een luxeleventje gewoon. Om in al die behoeftes te blijven voorzien, moeten we een energietransitie doorvoeren. De veelgeprezen ‘green deal’ zet de deuren open voor groene alternatieven zoals elektrische wagens en zonnepanelen. Maar zijn die alternatieven echt zo groen en onze behoeften echt zo onontbeerlijk?  

Volgens de actiegroep YLNM (Yes to Life, no to Mining) alvast niet. Ze brachten onlangs een persbericht “On the frontlines of lithium extraction” uit waarin ze aan de alarmbel trekken. Ze hekelen vooral de drastische uitbreiding van de mijnbouw in naam van groene energie. Mijnbouw staat gelijk aan de schending van mensenrechten en de vernietiging van cruciale ecosystemen. Allesbehalve groen dus.

“De EU moet wakker worden en een hoofddoel stellen om het materiaalgebruik met twee derde te verminderen, zodat de Europese Green Deal niet de zoveelste voetnoot wordt in de geschiedenis van de vernietiging van de planeet.”, zegt Meadhbh Bolger van Friends of the Earth Europe.

Europa 

De EU moet de winning van natuurlijke hulpbronnen met 65% verminderen. Dat hebben Friends of the Earth Europe en het European Environmental Bureau (EEB) in een recente studie “‘Green mining’ is a myth” gepubliceerd. Europa gebruikt momenteel al een buitenproportioneel groot deel van de beschikbare natuurlijke hulpbronnen. De materiële voetafdruk van de EU bedraagt momenteel zelfs 14,5 ton per hoofd, ongeveer het dubbele van wat als een duurzame en rechtvaardige grens wordt beschouwd, en veel meer dan het mondiale gemiddelde. 

Ondanks die hallucinante cijfers, gaat de Europese Green Deal alleen nog maar verder in de ontginning van mijnbouw. Het gebruik van individuele elektrische auto’s is absoluut geen oplossing. Zo zal de vraag naar lithium in de EU door batterijen, voor elektrische auto’s bijvoorbeeld, naar verwachting met bijna 6000% stijgen tegen 2050.

Ze komen en vernietigen alles. Ze zeggen dat ze werk hebben en eten brengen. Maar dat is enkel vandaag. Morgen hebben we weer honger.

Loze beloftes 

De mijnindustrie is vaak in handen van multinationals die zich te weinig bekommeren om de rechten van de lokale bevolking. Een inheemse vrouw verklaart in de video van de YLNM persconferentie: “Ze komen en vernietigen alles. Ze zeggen dat ze werk hebben en eten brengen. Maar dat is enkel vandaag. Morgen hebben we weer honger.

Inheemse volkeren geven vaak het voorbeeld van een duurzame levensstijl. Toch worden net die gemeenschappen en omgevingen opgegeven, en nog wel in naam van de groene energie. In veel gevallen worden lithium projecten namelijk opgedrongen aan de lokale gemeenschappen. Er is geen sprake van transparantie of democratische beslissing. De mijnindustrie is verweven met de lokale politiek en krijgt vaak de steun van lokale politici. Bovendien krijgen ze soms de steun van internationale ontwikkelingsorganisaties om ‘groene mijnbouw’ te promoten.  Maar ‘groene mijnbouw’ bestaat niet.

Water is meer waard dan lithium 

Naast het schenden van mensenrechten, vernietigt de mijnbouw ook ecosystemen.  De winning en verwerking van Lithium brengen permanente en onherroepelijke schade toe aan watersystemen. De mijnen tasten niet alleen de waterlopen en de waterkwaliteit aan, ze versnipperen ook het landschap waardoor duurzamere vormen van levensonderhoud zoals landbouw en toerisme bijna geen kans meer krijgen. Zo is de Atacama-woestijn in Chili geleidelijk haar laatste watervoorraden aan het verliezen door de gevolgen van lithiumwinning. Chili beschikt over de helft van de lithiumreserves ter wereld en bijna de hele export wordt momenteel gewonnen uit de Atacama-woestijn, de droogste plaats ter wereld.

Nood aan gedragsverandering 

Dat zijn schrijnende vaststellingen. Toch stellen de actiegroepen een aantal concrete alternatieven voor om de mijnbouw zoveel mogelijk in te perken en de toekomstige schade te beperken. 

Een drastische verandering in onze gewoontes en onze consumptie is daarbij cruciaal. De vraag naar energie en materiaal moet fors dalen. Dat kan door maximaal in te zetten op openbaar vervoer, alternatieven te voorzien voor persoonlijke wagens en meer aandacht te besteden aan de herstelling, het hergebruik en het recycleren van batterijen en andere producten. 

Daarnaast is het belangrijk om de lokale gemeenschappen objectief te informeren over de gevolgen van mijnbouw. Het spreekt voor zich dat de bevolking dan ook het recht moet hebben om nee te zeggen als ze niet akkoord gaat met het project.  

Klimaatverandering zou aangepakt moeten worden vanuit een holistisch en milieurechtvaardig perspectief. Mijnbouw is destructief, niet alleen op ecologisch vlak, maar ook op menselijk vlak. Die elementen moeten erkend worden en het beleid moet die op een zinvolle manier aanpakken. 

Tenslotte moet er een einde komen aan de straffeloosheid van de bedrijven. Bindende verdragen moeten het bedrijfsleven en de mensenrechten verbeteren. Wanneer ze niet nageleefd worden, moeten er sancties volgen. Om dat te garanderen is een zinvolle regelgeving voor milieu en sociale bescherming nodig. 

We moeten er ons dus van bewust zijn dat die ‘groene’ benaderingen van de Europese Green Deal vaak worden voorgesteld als innovaties, maar in werkelijkheid vertegenwoordigen zij destructieve modellen die een onrechtvaardige en ongelijke transitie in de hand werken. Zo ver mogen we het niet laten komen!  

Artikel geschreven door Catapista Helena Spriet

Foto’s door Sebastian Pichler via Unsplash

Neem deel aan de gratis escaperoom Re-Connect!

Neem deel aan de gratis escaperoom Re-Connect!

Wilde je altijd al een escaperoom doen, maar kwam je er nog niet toe? Verzot op je smartphone, maar weet je niet wat er in zit? Doe dan mee aan de gratis escaperoom Re-Connect. Maak indruk op je vrienden door hen te snel af te zijn, los onze leuke puzzels en raadsels op en vind om ter eerst de tips om jezelf te bevrijden. Zo kom je op een speelse manier meer te weten over de impact van je smartphone op mens en milieu.

Escaperoom-ReConnect -Bos plus Catapa

Er zijn 3 escaperooms beschikbaar. In elke room speel je met min. 4 en max. 8 personen. Van  16 oktober tem 27 november  bevindt de escape game zich op de CINOCO-site, Pierre Van Humbeekstraat 5, Sint-Jans-Molenbeek (Brussel). Inschrijven is verplicht! Reserveren kan via deze link

Een groep Catapistas nam trouwens reeds deel en zette een recordtijd neer! Kan jij beter? 😉 

Escaperoom-ReConnect -Bos plus Catapa

Waarom dit project? 

De gemiddelde smartphone doet 2,5 jaar dienst. De helft van de jongeren voelt zich verslaafd aan zijn smartphone. Die smartphone zit bovendien vol materialen waarvoor mijnbouw nodig is. Verontrustende cijfers, want mijnbouw is één van de 4 grootste drijvers van ontbossing. Lees hier waarom.

De toeleveringsketen van onze elektronica zorgt daarnaast ook voor heel wat andere milieu- en sociale problemen. In een smartphone zitten zo’n 62 mineralen en metalen verwerkt. Verschillende daarvan worden ontgonnen in kwetsbare gebieden, met zware gevolgen voor mens en milieu: vervuiling door chemische stoffen en zware metalen, ontbossing, verlies van landbouwgrond en biodiversiteit, schending van mensenrechten en criminalisering. De ICT-sector veroorzaakt daarnaast bijna 4% van de wereldwijde uitstoot van broeikasgassen.

Dus wil jij graag meer te weten komen over de impact van onze elektronica op mens en milieu? Aan de hand van raadsels ontdekken welke mineralen er in jouw smartphone zitten, waar deze ontgonnen worden en wie hiervan de gevolgen draagt? 

Aarzel dan niet en schrijf je zo snel mogelijk in en probeer de recordtijd te verbeteren! Succes!

reconnect-escaperoom_broei-3

Onder leiding van BOS+ sloegen CATAPA en De Transformisten de handen in elkaar voor de creatie van deze escaperoom, gekaderd binnen het Re-Connect project. Voor de ontwikkeling ervan werd er beroep gedaan op #ANTcollectief.

Ctr alt del logo

Ctrl Alt Del Campagne

Lancering Ctrl Alt Del Campagne

Reset het systeem & stop geplande veroudering!

De aarde raakt uitgeput.

Overstromingen, bosbranden, smeltende gletsjers, …: we worden alsmaar vaker geconfronteerd met natuurrampen. De gevolgen zijn desastreus & onbetwistbaar: we zijn de limieten van onze planeet aan het overschrijden. Om onze aardbol leefbaar te houden moeten we wakker worden en actie ondernemen. Actie gericht op het systeem, want we moeten dringend stoppen met enkel burgers verantwoordelijk te houden: we moeten het systeem aanpakken, het economisch systeem dat streeft naar eeuwige groei! Een reset van dat systeem, dat is wat we nodig hebben! Ctrl Alt Del! 

Take, make, waste.

Ons huidige lineaire consumptie- en productie model is één van de grootste oorzaken voor deze klimaatcrisis. Bij dit “wegwerp” model is de kwaliteit van die producten ondergeschikt aan de kwantiteit, om zo de consumptie en de verkoop, voornamelijk van elektronica, tot het eindeloze te stimuleren. 

Meer productie = meer mijnbouw

Dat oneindig aanbod van producten strookt niet met de eindigheid van onze planeet, de aarde is geen bodemloze put. We kunnen niet alsmaar meer metalen uit de grond blijven halen. De vraag naar ruwe grondstoffen is al onhoudbaar, met vele catastrofes als gevolg. Mijnbouw gaat niet alleen gepaard met grote energie- en waterverspilling, maar ook met de verontreiniging van grond en water, door het gebruik van chemicaliën. Dit veroorzaakt biodiversiteitsverlies en dus de aantasting van het ecosysteem van de aarde. Daarboven is de mijnbouwsector ook verantwoordelijk voor 10% van de wereldwijde uitstoot van CO2-emissies, waarmee deze branche behoort tot één van de meest vervuilende sectoren op aarde.

Geplande veroudering: wat is het en waarom zal het onze planeet vernietigen?

Goederen produceren aan topsnelheid en aan de laagst mogelijke prijzen, dat is de basis van ons huidig economisch systeem. Producten worden gemaakt met een gelimiteerde levensduur (geplande veroudering) of het ontwerp bemoeilijkt reparatie of maakt het onhaalbaar. Sommige producten worden zelfs expres gemaakt met systeemfouten, expres defect ontworpen dus, zodat de levensspanne kort is en er meer producten verkocht worden. Dit is deel van een doelbewuste strategie van de industrie om gebruikers te ontmoedigen en om ons snel nieuwe apparaten te doen kopen. Dat is de definitie van geplande veroudering (planned obsolescence in het engels).

Tijd om actie te ondernemen voor meer regelgeving!

De oplossing hiervoor ligt op beleidsniveau. De planeet heeft dringend behoefte aan sterke politici die zich niet laten lobbyen door de industrie, maar hen net durft te onderwerpen aan strenge regelgeving. Reglementering kan ervoor zorgen dat multinationals verplicht worden betere producten (eco-design) voor de consument te maken: herstelbare producten, gemaakt om lang mee te gaan, in plaats van wegwerpproducten gemaakt om snel kapot te gaan en vervangen te worden. Logisch toch?

Doe mee met onze Ctrl Alt Del Campagne!

Verwacht je de komende maanden aan tal van workshops, lezingen, acties, … over geplande veroudering. Volg onze Ctrl Alt Delete campagne op de voet en kom samen met Catapa in actie: laten we onze krachten bundelen om zo onze politici te dwingen hun verantwoordelijkheid op te nemen, geplande veroudering te stoppen en het huidige systeem te resetten! 

#ctrlaltdel #ExpresDefect

Design logo @DayanaCorzojoya

Minder openbaar vervoer, meer mijnbouw?

Minder openbaar vervoer betekent meer mijnbouw

Verschillende actiegroepen delen zaterdag namaaklijnkaarten uit in Gent. Op die manier willen ze de aandacht vestigen op het mobiliteitsbeleid. Volgend jaar zouden 5000 haltes verdwijnen in Vlaanderen. Snoeien in het openbaar vervoer zorgt ervoor dat mensen investeren in individueel transport. Dat zorgt dan weer voor meer elektrische wagens die op hun beurt leiden tot meer mijnbouw.

Om electrische wagens te maken zijn er 23 mineralen essentieel.

Impact op de (natuurlijke) omgeving

Om elektrische wagens te maken zijn er 23 mineralen essentieel. Het gaat onder meer om aluminium, ijzer, kobalt, koper, lithium, lood, nikkel, tin, zilver, zink en andere zeldzame aardmetalen. Hoe meer elektrische wagens, hoe meer grondstoffen er nodig zijn. Die grondstoffenrush eist een zware tol van de aarde. De ontginning van mineralen en fossiele brandstoffen bedreigt waardevolle ecosystemen zoals tropische bossen en brongebieden van rivieren. Daarnaast leidt het tot watervervuiling en waterschaarste, infiltratie van zware metalen in het milieu, (chemische) afvalbergen, luchtvervuiling, verzilting en CO2-uitstoot.

Vooral de mijnbouwsector heeft een enorme impact en brengt risico’s met zich mee. Bij de ontginning zijn chemicaliën nodig en komen zware metalen terecht in de omliggende ecosystemen. Bovendien vergroot hierdoor de kans op (natuur-)rampen. Zo was er in 2015 de catastrofale dambreuk van een ijzermijn in Mariana, Brazilië. Een toxische modderstroom sleurde toen volledige dorpen en hun inwoners honderden kilometers met zich mee.

minerals evs nma.org
Afbeelding via nma.org

Impact op lokale gemeenschappen

Naast de ecologische impact is er het rechtvaardigheidsvraagstuk. Wie wint en wie verliest bij de exploitatie van natuurlijke rijkdommen? Meestal is de lokale bevolking de verliezer. Die is namelijk sterk afhankelijk van de steeds grootschaligere ontginning van multinationals. Ruwe grondstoffen worden geëxporteerd zonder, of met een minimale verwerking: metalen, aardgas en petroleum, maar ook monoculturen uit de landbouw.

Ontginning leidt bovendien tot gewelddadige conflicten en schending van mensenrechten. De Atacama-woestijn in Chili is geleidelijk haar laatste watervoorraden aan het verliezen. Inheemse gemeenschappen trekken al enkele jaren aan de alarmbel. Ze worden nu gesterkt door wetenschappelijke onderzoeken en milieuorganisaties. De oorzaak van die uitdroging is lithiumwinning. Lithium is namelijk essentieel voor de batterijen in onze telefoons, computers en elektrische voertuigen. Chili beschikt over de helft van de lithiumreserves ter wereld en bijna de hele export wordt momenteel gewonnen uit de Atacama-woestijn, de droogste plaats ter wereld.

Het is belangrijk om de noodzaak aan ontginning zoveel mogelijk te beperken. Dit kan bijvoorbeeld door een shift naar koolstof- en grondstofarme mobiliteit.

Noodzaak aan eerlijke regelgeving

Om die negatieve impact te verminderen, is het cruciaal dat de regering een aantal regels oplegt om de andere duurzame ontwikkelingsdoelen te kunnen behalen. Catapa werkte mee aan een rapport waarin enkele concrete beleidsaanbevelingen staan. Zo is het bijvoorbeeld belangrijk om de noodzaak aan ontginning zoveel mogelijk te beperken. Dit kan bijvoorbeeld door een shift naar koolstof- en grondstofarme mobiliteit. Volop inzetten op kwalitatief, frequent en emissievrij openbaar vervoer is daarbij noodzakelijk. Daarnaast is het cruciaal om veilige fietsinfrastructuur en deelfietsen te voorzien. Ook emissievrij autodelen kan een alternatief vormen voor individueel transport.

minder openbaar vervoer, meer mijnbouw? artikel

Op korte termijn zal het onmogelijk zijn om ontginning volledig te vermijden, maar het is wel mogelijk om ervoor te zorgen dat alle ontginning verloopt binnen de planetaire grenzen en met
respect voor lokale gemeenschappen en hun leefomgeving. Zoals voorzien in de Green Deal moet er bijvoorbeeld werk gemaakt worden van een duurzame, circulaire batterijketen. Zo moeten de ontwerpstandaarden van batterijen verduurzamen. De koolstofvoetafdruk van de batterijen moet verkleinen, de productie moet gecontroleerd worden op duurzaamheid en ethische correctheid en de zeldzame aardmetalen moeten maximaal hergebruikt worden. Er komen ook regels rond recycled content (of de hoeveelheid aan gerecycleerde grondstoffen in batterijen), en er komen maatregelen om de inzamel- en recyclagepercentages fors op te trekken. Toch zou er nog een duidelijke doelstelling moeten komen die investeringen in recyclagecapaciteit sterk stimuleert.

Deze conclusies kunnen alleen maar bevestigen dat het noodzakelijk is om openbaar vervoer te versterken en zeker niet in te perken. Denk je er ook zo over?  Teken dan zeker de petitie en neem zo als burger deel aan de oproep voor de uitbouw van een modern en aantrekkelijk openbaar vervoer.