EU kiest metaal boven mensen

De Europese Unie keurt nieuwe mijnbouwprojecten goed en negeert daarbij de lokale bevolking. In mei 2024 ging de Europese Critical Raw Materials Act in voege. Het doel: Europa onafhankelijker maken op het vlak van grondstoffen die de EU essentieel acht voor haar economie. Meteen werd er een oproep gelanceerd voor projecten die dit mee konden realiseren. Vorige week werd bekend gemaakt welke 47 projecten financiering en versnelde vergunningsprocedures zullen krijgen. 23 ervan zijn mijnbouwprojecten.

De stem van lokale gemeenschappen wordt niet gehoord
Lokale gemeenschappen werden niet geconsulteerd in dit beslissingsproces. De 4 open put lithiummijnen die Savannah Resources wil openen in Covas do Barroso, Portugal, staan op de lijst. Dit ondanks jarenlang protest van de lokale bevolking. De mijn van Anglo American die de Sámi van hun land zou drijven in Lapland: op de lijst. De mijn van Euro Sun Mining in Rovina, waartegen de lokale bevolking een rechtszaak won, je raad het al: op de lijst. Cinovec in Tsjechië? Jup.

De EU laat haar geostrategische belangen voorgaan op de gezondheid en leefomgeving van duizenden mensen. Daarmee treedt het haar eigen conventie van Aarhus met de voeten. Het is verplicht bij lokale gemeenschappen toegang tot milieugerelateerde info over hun leefomgeving te verschaffen, hen betekenisvolle inspraak te verlenen bij projecten die een impact hebben op hun leefomgeving en hen toegang te geven tot een onafhankelijke rechtbank om dit recht te garanderen. De EU treedt negeert haar eigen wetgeving om bedrijven naar metaal te laten graven.

Mijnbouw=milieuramp
Het is logisch dat er geprotesteerd wordt tegen het openen van nieuwe mijnen. De Europese regelgeving rond mijnbouw is beperkt tot het 20 jaar oude ‘Extractive Waste Directive’, hopeloos verouderde wetgeving. Zelfs landen met een geschiedenis van destructief extractivisme als Brazilië en Peru doen het beter op dat vlak. Europa heeft bovendien een geschiedenis van verregaande destructie door mijnbouw. In 1998 brak een dam van een Boliden-mijn in Aznacóllar, Spanje en werd 6 miljoen ton giftig mijnbouwafval in de omgeving geloosd. Boliden verklaarde haar Spaanse tak failliet en nam nooit volledige verantwoordelijkheid voor de door haar veroorzaakte schade. In 2000 brak een dam in Baia Mare en werden enorme hoeveelheden cyanide geloosd. Het drinkwater van 2,5 miljoen Hongaren werd vergiftigd en 80% van de vissen in de Tiszarivier stierf.

De dammen voor opslag van mijnbouwafval die zullen gebouwd worden voor de huidige mijnbouwgolf zouden bij een breuk of lek een veelvoud van die schade kunnen veroorzaken. Het is opvallend dat de lijst strategische projecten van de EU volstaat met bedrijven die zich schuldig hebben gemaakt aan ecocide. De kopermijn van Cobre Las Cruces loosde arsenicum in de omgeving rond Sevilla, putte het grondwater verder uit dan was toegelaten, zag drie van haar managers veroordeeld voor ecologische misdaden en had in 2019 nog een aardverschuiving op haar terreinen, maar krijgt vandaag doodleuk extra financiering en makkelijkere toegang tot vergunningen van de EU. Op zich is dit niets nieuws, dit soort bedrijven krijgt via onder andere het Horizon project al jaren middelen van de EU voor ‘groene mijnbouw’. De schaal (en dus de gevolgen) zijn nu alleen een pak groter.

Mijnbouw heeft echter geen rampen nodig om het milieu en de leefomgeving kapot te maken. De mijnbouwsector is verantwoordelijk voor naar schatting 4 tot 7 procent van de wereldwijde uitstoot. Mijnbouw heeft gigantische hoeveelheden water nodig en put het grondwater uit. Mijnbouwafval en de opslag ervan is vervuilend en (zoals in de vorige paragraaf getoond) risicovol. In Kiruna, Zweden is onlangs een heel dorp moeten verplaatst worden omdat het letterlijk in een mijn aan het vallen was.

Jadar, Servië
Het focuspunt van de EU op dit moment is Jadar, Servië. Daar zit de naar verluid grootste reserve van lithium in Europa onder de grond. Rio Tinto, een bedrijf bekend voor ecocide, misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden over de hele wereld, wil die reserve opgraven. Ze stuit echter op gigantisch protest van de Serviërs. De EU zal gauw bekend maken welke strategische projecten het buiten de EU zal steunen en wil heel graag Jadar op die lijst. Als een echt koloniaal instituut laat de EU haar propaganda de vrije loop, in de hoop de stem van de lokale bevolking te verdrinken. Catapista’s schreven er recent verschillende opiniestukken over in Dewereldmorgen en De Standaard. Jammer genoeg laten grote media de lokale bevolking niet aan het woord in hun recente stukken over mijnbouw.

Er is een alternatief
Het dominant discours zegt dat we nieuwe mijnbouw nodig hebben om als Europa in onze noden te kunnen blijven voorzien. Maar welke noden? We hebben geen nood aan nieuwe elektrische wagens, maar aan meer, beter en gratis openbaar vervoer. We hebben geen nood aan nieuwe wapens. Niemand vraagt om meer wegwerp gadgets met li-ion batterijen. Toch is dat waar een groot deel van onze nieuwe productie heen zal gaan. Daar stopt het ook niet. Een mijn bouwen kost zoveel geld, dat eens hij open is, hij moet blijven produceren om winst te boeken. Dat betekent dat er zal geproduceerd worden om te mijnen en niet omgekeerd.

Wanneer de gigantische sommen die zullen worden vrijgemaakt voor nieuwe mijnbouw zouden worden geïnvesteerd in degrowth en recyclage, in collectieve vervoersmodi, in ervoor zorgen dat elektronische producten lange meegaan en in andere sociale en ecologische maatregelen, pas dan zal Europa echt materiaal-onafhankelijk zijn.

 

DocVille annuleert de vertoning van pro-mijnbouw documercial ‘Not in my country’

DocVille documentairefestival annuleert vertoning van pro-mijnbouw propagandafilm ‘Not in my country’

  • Docville annuleert de vertoning van ‘Not in my country’, een film die lokale gemeenschappen en activisten die zich verzetten tegen destructieve mijnbouwprojecten in hun land criminaliseert
  • De vertoning werd geannuleerd onder druk van geplande protesten
  • We roepen iedereen op om te luisteren naar de stem van lokale gemeenschappen

Het Leuvense documentaire filmfestival DocVille annuleerde de panelsessie ‘ethisch mijnen, kan dat?’. De discussie zou gaan over de film ‘Not in my country’, een documentaire gemaakt door Peter Tom Jones, de directeur van het Instituut voor Duurzame Metalen en Mineralen aan de KU Leuven. Dit stuk propaganda criminaliseert mensen die protesteren tegen lithiumontginning door mijnbouwbedrijf Rio Tinto in Jadar, Servië. Het stelt dat deze activisten marionetten zijn van extreem-rechts en het Kremlin.

De agenda is duidelijk: Peter Tom Jones wil meer mijnbouw in Europa. Om dat doel te bereiken moeten lokale gemeenschappen die vechten tegen de vernietiging van hun omgeving door mijnbouw het zwijgen worden opgelegd.

Criminalisering van activisme
Een recent opiniestuk van Catapistas in De Standaard vat de problemen met Jones’ standpunt samen: “Jones suggereert dat klimaatactivisten ‘onnatuurlijke allianties’ vormen met extreem-rechtse groepen. Dit is een gevaarlijke en onrechtvaardige framing, die doet denken aan de manier waarop inheemse en lokale gemeenschappen wereldwijd systematisch worden gecriminaliseerd wanneer ze zich verzetten tegen destructieve mijnbouwprojecten. De legitieme oppositie van bezorgde lokale gemeenschappen, wier directe leefomgeving en manier van leven worden bedreigd, wordt afgedaan als extreem, onredelijk of egoïstisch. Hoe kunnen we spreken van een eerlijk debat als één stem vanaf het begin wordt gemarginaliseerd?”

Het was duidelijk dat deze film geen opstap was naar een eerlijk debat. Je begint een debat over over PFAS niet met een filmpje van 3M. Een panel over wapenbezit leid je niet in met een filmpje van de National Rifle Association. Het komt niet als een verrassing dat mensen van plan waren om te reageren op deze film. De Belgische academische – en kunstwereld lanceerden een open brief waarin ze het neokoloniale narratief van de film aan de kaak stelden. Het marginaliseren van stemmen die hun land willen verdedigen doet inderdaad denken aan de manier waarop koloniale machten hun uitbuiting probeerden te rechtvaardigen. Mensen in Barroso (Portugal) en Jadar (Servië) hadden eerder al hun woede geuit over de vertoning van deze film. Samen met verschillende solidariteitsgroepen bereidden ze zich voor om de stem die Jones probeert te marginaliseren een platform te geven tijdens de vertoning. Mensen hebben het recht om nee te zeggen tegen mijnbouw op hun land.

Annulering van het debat
We begrijpen dat DocVille een sereen debat wilde aanmoedigen en daarom besloten heeft om de vertoning van de documentaire te annuleren. De film is zeer polariserend gebleken, de criminalisering van lokale gemeenschappen leidt begrijpelijkerwijs tot verontwaardiging. Hoe dan ook verwerpt CATAPA elke vorm van intimidatie of geweld.

We moeten echter niet voorbijgaan aan de bredere kwestie: gemeenschappen wereldwijd die zich verzetten tegen mijnbouwprojecten krijgen te maken met onderdrukking, geweld, bedreigingen en zelfs moord. Organisaties als Amnesty International hebben deze mensenrechtenschendingen uitgebreid gedocumenteerd. De bedrijven die in deze documentaire worden verdedigd, schenden massaal het recht op vrije meningsuiting van lokale gemeenschappen en proberen hen op alle mogelijke manieren het zwijgen op te leggen. We veroordelen deze tactieken ten zeerste.

De documentaire – in de voornoemde open brief “documercial” genoemd – behartigt eenzijdig de belangen van Rio Tinto, een bedrijf met een verontrustende staat van dienst op het gebied van mensenrechtenschendingen, ecocide en intern misbruik, waaronder gevallen van seksueel geweld en racisme. Rio Tinto is betrokken bij oorlogsmisdaden, de vernietiging van heilige plaatsen van Australische aboriginals en het dumpen van giftig mijnafval, zoals cyanide. Het is logisch dat een dergelijk eenzijdig beeld van de mijnbouwindustrie op weerstand stuit.

De nauwe banden tussen de mijnindustrie en bepaalde academische instellingen doen bovendien zorgen rijzen over belangenvermenging. Onderzoeksinstellingen, vooral diegene die profiteren van door de EU gefinancierde Horizon-projecten, werken vaak samen met spelers uit de industrie, wat leidt tot een vooringenomen narratief, waarbij alternatieven op mijnbouw niet worden onderzocht. In plaats van ons enkel te richten op meer mijnbouw, zouden we prioriteit moeten geven aan het doen afnemen van materiaalproductie, hogere efficiëntie bij het inzetten van grondstoffen, recycling en stedelijke mijnbouwstrategieën. De bewering dat er “geen alternatief” is voor grootschalige mijnbouw in de EU is niet alleen misleidend, maar ook politiek gemotiveerd..

We roepen iedereen op om te luisteren naar de stem van lokale gemeenschappen, hun recht om mijnbouwprojecten te weigeren te respecteren en een echt open en democratisch debat te stimuleren – een debat dat niet wordt gedicteerd door bedrijfsbelangen, maar door oprechte zorg voor sociale en ecologische rechtvaardigheid.

De academische wereld heeft al te nauwe banden met de mijnbouwindustrie


Protests defending the Jadar region against Rio Tinto’s mining activities.

De academische wereld heeft al te nauwe banden met de mijnbouwindustrie
Protestacties tegen mijnbouw in diskrediet brengen is niet de juiste weg naar een groene toekomst.

Peter Tom Jones, directeur van het KU Leuven Instituut voor Duur­zame Metalen en Mineralen, verdedigde in een opiniestuk voor De Standaard lithium-mijnbouw en valt ecologische verdedigers aan. Catapista’s Kim Claes, Alberto Vázquez Ruiz, Robin Roels & Hanne Cottyn schreven een antwoord.

De Standaard gepubliceerd op 16/03/2025

In zijn meesterwerk 1984 beschrijft George Orwell hoe een constante staat van oorlog wordt gebruikt om de bevolking te controleren: ze creëert angst, rechtvaardigt autoritaire maatregelen en onderdrukt kritische stemmen. In zijn opiniestuk (DS 7 maart) past Peter Tom Jones, directeur van het KU Leuven Instituut voor Duur­zame Metalen en Mineralen, een gelijkaardige retoriek toe op het debat over mijnbouw en de grondstoffenvoorziening van Europa. Jones stelt dat bezorgde burgers en ngo’s die zich verzetten tegen mijnbouw “de bal misslaan” en de groene energietransitie ondermijnen. In plaats van een constructief debat te voeren over de toekomst van ons grondstoffenbeleid, zet hij al wie vragen stelt bij de noodzaak van massale mijnbouw weg als vijand van de vooruitgang. Dat is geen academische discussie meer, dat is een politiek gekleurde aanval op democratische inspraak.

Jones suggereert dat klimaatactivisten in “onnatuurlijke allianties” zitten met extreemrechts. Dat is een gevaarlijke en onterechte framing, die doet denken aan de manier waarop wereldwijd inheemse en lokale gemeenschappen systematisch worden gecriminaliseerd zodra ze zich verzetten tegen destructieve mijnbouw­projecten. Het legitieme verzet van bezorgde lokale gemeenschappen die hun directe leefomgeving en manier van leven bedreigd zien, wordt weggezet als extreem, onredelijk of egoïstisch. Hoe kunnen we spreken van een eerlijk debat als één stem vooraf wordt gemarginaliseerd?

Bovendien beweert Jones dat er “geen alternatief” is voor meer mijnbouw in de EU, terwijl er tal van mogelijkheden zijn die nauwelijks worden onderzocht. Drastische reductie en efficiënter gebruik van metalen wordt amper benoemd. Waarom ligt de focus zo eenzijdig op primaire ontginning? Het antwoord ligt deels in de al te nauwe banden tussen onderzoeksinstellingen en de industrie.

De industrie en sommige academische instellingen werken al jaren samen binnen door de EU gefinancierde ‘Horizon’-onderzoeksprojecten. Dat hoeft op zich niet problematisch te zijn, maar het risico op belangenconflicten is reëel als er geen publieke controle is. Hoe onafhankelijk is het onderzoek nog als er systematisch samengewerkt wordt met dezelfde industriële spelers?

Lange lijst catastrofes
De vraag mag gesteld worden: wordt er écht gekeken naar de duurzaamste oplossingen, of alleen naar de oplossingen die het best passen in het verdienmodel van de mijnbouwbedrijven, die hun winsten doorsluizen naar hun aandeelhouders? Jones gebruikt de EU-onderzoeksbudgetten om mijnbouw in de EU te promoten. Dat roept vragen op over de wetenschappelijkheid van zijn betoog, zeker als hij alleen de voordelen belicht en de nadelen minimaliseert. Hoe wetenschappelijk is het om het International Resource Panel (het expertenpanel van de Verenigde Naties rond natuurlijke hulpbronnen) systematisch te negeren? De negatieve impact van mijnbouw op lokale gemeenschappen en ecosystemen is goed gedocumenteerd, maar Jones vermeldt ze nauwelijks in zijn argumentatie.

Een veelgehoord argument is dat Europa “betere” mijnbouwstandaarden heeft dan de rest van de wereld en dus aan “verantwoorde mijnbouw” kan doen. Maar er is geen enkele garantie dat we het hier in Europa beter zouden doen. Iets meer dan vijftien jaar geleden was Europa alvast de regio met het op een na hoogste aantal incidenten met residudammen van mijnbouw in de wereld. Ook hier is er een lange lijst van mijnbouwcatastrofes, conflicten, mensenrechtenschendingen, problematische publieke consultaties en ecologische ravage. We dreigen trouwens dezelfde fouten opnieuw te maken, met de recent voorgestelde ‘Omnibus’-wetgeving en de bredere afbraak van milieubeschermende regelgeving in de EU. Dat zal leiden tot zwakkere milieueffectenbeoordelingen en tot de afbouw van vergunningsprocedures. Natura 2000-gebieden – de waardevolste natuurgebieden in de EU – staan onder druk, lokale gemeenschappen krijgen nauwelijks inspraak.

Valse keuze
Dat is zogezegd allemaal nodig om de geopolitieke wedloop niet te verliezen. Het discours dat Europa “zijn welvaart zal kwijtspelen” als we niet snel handelen, dient vooral de agenda van de industrie. We worden voortdurend bang gemaakt: van Chinese controle over elektrische wagens, Russische invloeden bij de mijnbouwprotesten in Servië tot de Amerikaanse dreiging op Groenland. Door een beeld te schetsen waarin Europa zich in een geopolitieke strijd bevindt en mijnbouw de enige redding is, worden we voor een valse keuze gesteld: óf we graven meer, óf we verliezen onze welvaart en geopolitieke positie. Net zoals in 1984 dient die retoriek niet om een open debat te voeren, maar om kritische stemmen monddood te maken. Maar we hoeven niet blindelings mee te gaan in die economische oorlogsretoriek.

Het echte probleem is niet dat mensen tegen verandering zijn, maar dat de voorgestelde verandering vooral bepaalde economische actoren ten goede komt en niet de samenleving.
Een eerlijke transitie vereist een beleid dat welzijn boven winst plaatst. Dat betekent een grondstoffenbeleid in lijn met de aanbevelingen van het International Resource Panel, waarin drastische reductie van materiaal­gebruik en internationale samen­werking centraal staan. Dat zou Europa net onafhankelijker maken van grootmachten als de VS en China. Een focus op materiaalefficiëntie, recyclage, urban mining en circulaire strategieën in plaats van ongebreidelde ontginning. Volledige inspraak voor lokale gemeenschappen, waarbij hun recht om ‘nee’ te zeggen gerespecteerd wordt. Een kritische blik op de verwevenheid tussen wetenschap, beleidsmakers en industrie, met strikte regels en publieke controle om belangenconflicten te vermijden.
De transitie is te belangrijk om over te laten aan een industrie die alleen haar eigen belangen behartigt. Laten we het debat voeren op basis van eerlijke informatie, zonder angstzaaierij en zonder kritische stemmen in diskrediet te brengen.

Yuturi Warmi – Inheemse Vrouwen Verzetten zich tegen Goudwinning

Margot Tjolle studeerde een MSc in Milieu en Ontwikkeling aan de Universiteit van Kopenhagen. Voor haar masterscriptie ging ze met haar twee onderzoekspartners, Filippo De Rossi en Marie Eenens, op veldwerk in de Serena-gemeenschap. Ze besloten om samen te werken en te leven met Yuturi Warmi om een ​​onderzoeksproject uit te voeren met als doel te begrijpen hoe bedreigde gemeenschappen alternatieven kunnen bouwen voor mijnbouw en extractivisme.

Het kwaad van industriële goudwinning
De laatste jaren is het Ecuadoraanse Amazonegebied steeds meer getroffen door de plaag van zowel illegale als “legale” goudwinning. De mijnen die door officiële bedrijven worden geëxploiteerd, worden echter vaak ook als illegaal beschouwd door de lokale bevolking, omdat ze notoir hun grondgebied betreden zonder hun voorafgaande vrije en geïnformeerde toestemming, en opereren zonder milieuvergunningen.

De negatieve gevolgen van industriële goudwinning beginnen met de ontbossing en verontreiniging van de bodem en rivieren door de giftige chemicaliën die worden gebruikt in het extractieproces, voornamelijk kwik. Naast het vernietigen van de kostbare biodiversiteit van het Amazone-regenwoud, brengt de verontreiniging een scala aan gezondheidsproblemen met zich mee voor de gemeenschappen die afhankelijk zijn van het rivierwater om te overleven, zoals huidziekten en kanker. De bodemverontreiniging voorkomt dat er iets groeit, waardoor hun biologische agroforestry boerderijen, een essentieel onderdeel van hun leven en inheemse cultuur, in gevaar kan komen. Mijnbouw saboteert ook andere milieuvriendelijkere inkomstenbronnen zoals toerisme, omdat het vervuilde land en de rivieren niet langer aantrekkelijk zijn voor het oog van bezoekers. Een andere belangrijke impact die genoemd moet worden, is de toename van onveiligheid en criminaliteit die de mijnbouw met zich meebrengt voor de gemeenschappen, omdat het resulterende gebrek aan educatieve of economische kansen alcoholisme, prostitutie en drugsmisbruik en -handel in de hand werkt.

“Ja, soms word ik boos, omdat deze mijnbouwbedrijven ons grondgebied willen betreden, ze willen het water beschadigen, vooral water is ons leven. Water is voor kinderen om te baden, om te koken en voor ons om te drinken. Door binnen te vallen, willen de mijnwerkers de bomen beschadigd achterlaten. Op ons grondgebied planten we cassave en bananen, deze zullen ook erg beschadigd raken, als ze chemicaliën weggooien. En daarom staan ​​wij, de vrouwen hier, van deze gemeenschap van Serena, hard op. We staan ​​hard op zodat ze niet binnenkomen. Daarom zijn we de Yuturi Warmi-vereniging geworden.” – Corina van Yuturi Warmi

Stroomopwaarts verzet
Echter, stroomopwaarts houden de vrouwen van Yuturi Warmi stand tegenover de (il)legale goudontginners. Yuturi Warmi is de eerste inheemse vrouwengeleide wacht van de provincie Napo, in het Ecuadoraanse Amazonegebied. Yuturi Warmi betekent letterlijk “conga-vrouw”, waarbij “conga” een bepaalde soort mier is die in de Kichwa-cultuur als krijgers wordt beschouwd. Conga-mieren zijn vreedzaam totdat hun territorium wordt bedreigd: als een ongewenste aanwezigheid in de buurt van hun nest komt, verenigen ze zich en bijten ze het individu om zichzelf te verdedigen. Meer dan 40 Kichwa-vrouwen wijden hun dagelijkse leven aan het verzet tegen mijnbouw die hun land proberen binnen te dringen. Door inheemse gerechtigheid – speren, chilipepers, tabak en brandnetels – als wapens te gebruiken, voorkomen ze dat de mijnwerkers de Serena-gemeenschap binnenkomen, een van de laatste gebieden waar de goudwinning niet is geïnfiltreerd en hun rivieren, bodem en lichamen heeft vervuild. Ze patrouilleren ook regelmatig in het gebied en maken traditionele ambachtelijke producten zoals kralensieraden, geweven tassen en keramiek, als een extra bron van inkomsten. Samen met de steun van hun families marcheren ze in verschillende protesten om bewustzijn te creëren dat er inderdaad een alternatief is voor het destructieve ontwikkelingspad dat de mijnbouwbedrijven promoten.

“Op andere plaatsen of in andere gemeenschappen vertellen ze ons dat mijnbouw geld oplevert. En als er families zijn die zich tot mijnbouw wenden en hun land verkopen, is dat vanwege geldgebrek, uit noodzaak.” – Leila van Yuturi Warmi

Helaas dwingen de precaire economische omstandigheden waarin veel gemeenschappen leven, in combinatie met het gebrek aan kansen, hen om hun land te leasen of te verkopen aan de mijnen, voor de magere belofte van een klein economisch voordeel op korte termijn. Het is cruciaal dat gemeenschappen de middelen hebben om alternatieve inkomstenbronnen voor de mijn te creëren, die hun toekomst niet in gevaar brengen. Met andere woorden, het is van vitaal belang dat gemeenschappen hun recht uitoefenen om nee te zeggen tegen extractieve projecten op hun grondgebied en hun recht om ja te zeggen tegen hun gekozen manier van leven en relatie met hun omgeving.

“Voor de toekomst van de Yuturi Warmi hebben we het altijd gehad over het focussen op community tourism. Want als we community tourism doen, kunnen we buitenlanders ons grondgebied laten kennen en respecteren, onze rivieren, onze watervallen, onze bergen… En ook werk bieden aan studenten. Hier krijgen onze middelbare scholieren geen werk tenzij ze 2-3 jaar ervaring hebben. En als ze geen hoger onderwijs hebben, hebben ze geen baan. Dus aan community tourism doen zou ons veel helpen, omdat onze kinderen junglegidsen, raftinggidsen en chef-koks kunnen worden. Hierdoor zou er werk zijn in het gebied en hoeven niet te emigreren. Dat is onze droom, dat is onze toekomst. En daarmee meer weerstand bieden, omdat er mensen zijn die ons leren kennen.” – Elsa van Yuturi Warmi

Lokaal geleid verzetstoerisme
Zoals de presidente van Yuturi Warmi vermeldt, het is hun droom om een ​​door de gemeenschap geleid toerisme project te ontwikkelen. De gemeenschap voorziet in de bouw van een lodge aan de oever van de Jatunyacu-rivier, op hun gemeenschappelijke grondgebied. Ze willen ook een botanische tuin rond de lodge creëren, waar ze verschillende medicinale en traditionele planten zouden planten en deze zouden labelen, in een poging om hun kennis hierover te behouden en te delen. Op dit land zijn ze al begonnen met de bouw van een overdekte ruimte gewijd aan de praktijk van de Wayusupina, een traditionele theeceremonie in de vroege ochtend die belangrijk is binnen de Amazone Kichwa-cultuur. Ze zijn van plan om de bouw van deze site af te ronden om een ​​ruimte te hebben waar ze verschillende aspecten van hun cultuur kunnen vieren en beoefenen, en de gasten te kunnen ontmoeten. Bovendien zou de lodge dienen als een locatie om hun traditionele handgemaakte kralen sieraden en ambachten te verkopen. Dit project zou hen een alternatieve bron van inkomsten bieden voor de destructieve goudwinning, wat hen niet alleen zou helpen extractivisme te bestrijden, maar ook hun cultuur met bezoekers te delen.

Deze collectieve droom is echter geen gemakkelijke opgave om te verwezenlijken. Zodra de benodigde fondsen voor het ontwikkelen van de plannen, het kopen van de materialen en het bouwen van het project zijn verzameld, moeten er voortdurend inspanningen worden geleverd om ervoor te zorgen dat de lodge floreert. Er doen zich verschillende uitdagingen voor bij het introduceren van toerisme als alternatieve bron van inkomsten. Toerisme kan worden gezien als een extractieve activiteit die druk uitoefent op de natuur en lokale gemeenschappen afhankelijk kan maken van een nieuwe onstabiele economische sector. Daarom is het cruciaal om ervoor te zorgen dat het toeristische project is gebaseerd op de behoeften van de gemeenschap en duurzaam is. Een kleinschalig duurzaam toeristisch project betekent bijvoorbeeld een beperkt aantal bezoekers, wat kan betekenen dat er beperkte financiële inkomsten zijn om de gerelateerde activiteiten te ondersteunen. Het is ook belangrijk dat de vrouwen en de gemeenschap zelf eigenaar blijven van het project. Hoewel externe investeringen kunnen helpen het project te financieren, kan het ook de controle naar andere handen verschuiven, zoals naar reisbureaus. Over-performativiteit en het ‘verkopen’ van Kichwa-cultuur en -praktijken om het oog van de buitenlander te vermaken, kan ook vanuit een kritisch oogpunt worden bekeken. De grens is dun tussen de voordelen die het delen en reproduceren van culturele praktijken kan creëeren voor het conserveren van inheemse kennis, en de overdrijving ervan tot onrealistische normen die een stereotiep en geromantiseerd beeld van de gemeenschap kunnen opleveren. Tot slot, aangezien het gebied wordt omringd door illegale mijnbouwactiviteiten, moeten veiligheidszorgen worden geëvalueerd, of het nu gaat om de waterverontreiniging of de potentiële spanningen met pro-mijnbouw groepen in de regio.
Een financieel en goed geïnformeerd gemeenschaps verzet-toerisme project kan niet alleen de vrouwen van Yuturi Warmi en de Serena-gemeenschap in staat stellen hun droom van zelfvoorzienendheid en territoriale bescherming te verwezenlijken, maar ook hun veerkracht en aanpassingsvermogen in het licht van dergelijke uitdagingen verzekeren.

De studenten startten een doorlopende crowdfunding om Yuturi Warmi te ondersteunen bij hun eerste stappen in de ontwikkeling van hun gedroomde gemeenschapstoerisme project. Uw bijdragen zullen de organisatie steunen in hun strijd tegen de mijnen voor de bescherming van hun grondgebied en het Amazone-regenwoud. De ingezamelde fondsen zullen de bouw van een toeristen lodge, een botanische tuin en een traditionele handwerkwinkel ondersteunen.
Link naar de crowdfunding: https://whydonate.com/en/fundraising/Yuturi-Warmi
Voor vragen kunt u contact met ons opnemen via: margot.tjolle@hotmail.com

Getuigenissen over de Right to Say No Tour

De Right to Say No Tour zit er al even op, Carolina en Wilder zijn terug naar Tolima. Op deze pagina verzamelen we meningen, feedback en getuigenissen over de vele events van de tour. Wil jij ook met ons terugkijken op een geslaagde Right to Say No Tour? Stuur je input naar communication@catapa.be

Op 18 maart ging het evenement van vzw Catapa samen met het Masereelfonds door. Het werd een gespreksavond die de thema’s van degrowth en groen kapitalisme behandelde. Door getuigenissen van twee Colombiaanse activisten, werd de afstand tussen wat men het Globale Noorden en het Globale Zuiden noemt, meteen veel kleiner. Elze Vermaas die kwam spreken van Oikos Denktank over omgroei, of degrowth, maakte de link naar de toekomst en hoe we kunnen zorgen dat onze planeet niet langer verwoest wordt door ons groeiend consumeren. Een fijne avond waarin we samen met het Masereelfonds de mogelijkheid kregen om kritische reflecties te geven rond onze manier van leven in België en Europa en waar we op zoek gaan naar alternatieve samenlevingsmodellen.

Als nieuwe vrijwilligster bij Catapa vond ik het een verrijkende en leerrijke opportuniteit om te mogen deelnemen aan de Right to Say No Tour. De motivatie die mij tot Catapa heeft geleid, werd duidelijk doorheen de hele tour en werd op verschillende manieren versterkt. Als eerste nam ik deel aan de foto exhibitie. Daar kreeg ik de kans om mij te verdiepen in Catapa’s campagnes, om deze vervolgens te presenteren op de opening van de exhibitie.
Voor velen is de mijnbouwproblematiek ‘een ver van mijn bed show’. Maar niks is minder waar… Doorheen de hele RTSN tour kwam de mijnbouwproblematiek plots heel dicht bij en werd de bijdrage vanuit het Westen overduidelijk. Via impactvolle en confronterende beelden op de foto exhibitie werden de voor ons ondenkbare situaties getransformeerd naar een harde realiteit. De twee tentoonstellingen, uiteengezet in het Ensemble VZW, weerspiegelden zowel de RTSN als de #ExpressDefect campagne en legden de link tussen beide. Dankzij de visuele voorstelling kon ik (en wellicht vele anderen) meer begrip en empathie opbrengen. De confrontatie zette aan tot nadenken en gaf een motivatie boost om de strijd verder te zetten.

Als lokaal ontvangstcomité hielden mijn partner Els en ik van op het uitkijkpunt in het Centraal Station het treinverkeer in het oog, en toen de trein uit Gent leeg liep, bemerkten we don Wilder en Frauke in de staart van het reizigerspeloton.
We bewonderden tezamen de “kathedraal van de spoorwegen”, er werden foto’s gemaakt en dan wandelden we door het Statiekwartier, op zoek naar een gezellig restaurant zodat onze bezoeker  in goede conditie de info-avond kon starten.
Restaurants zijn er die buurt in overvloed, zodat het toch nog even duurde vóór we aan tafel zaten, want Wilder zou wel een Argentijnse steak lusten, en Frauke’s interesse ging naar een mysterieuze Eritrese eettent, zodat we tenslotte in een Turks restaurant terecht kwamen, waar we als de eerste klanten van de avond een leuk plekje aan het raam inpalmden, met  vogelperspectief zicht op de voetgangers beneden.
Het werd een aangenaam etentje, waarbij Wilder vond dat onze kennis van het Spaans behoorlijk was, iets waarvan wij zelf minder overtuigd zijn. De diverse maaltijden die hij sedert zijn aankomst in België voorgeschoteld kreeg, waren wel een contrast met het traditionele menu in zijn familiekring, dat – wellicht tot opluchting van zijn huisgenoten – toch zijn voorkeur bleef. Pero no estuvimos aqui para dormir la siesta, dus zetten we onze mars verder naar de studentenbuurt.
In de universitaire parochie “Zomaar een dak” was de voorbereiding van de info-avond door de CATAPA en Green Office teams al in full swing. Don Wilder had nog de tijd om het historische Hof van Liere te bewonderen, dat deel uitmaakt van de stadscampus van de Universiteit Antwerpen, maar historische gebouwen hebben vaak nood aan herstelling, en dus ook aan stellingen…
Dan begon de getuigenis van Wilder over de situatie in zijn regio Falan, terwijl Frauke onverwachts maar deskundig als tolk optrad. Voor wie al enkele jaren bij CATAPA actief is, komen heel wat problemen bekend over : de dreiging van een invloedrijke mijnonderneming die de natuur wil verwoesten omwille van de financiële opbrengst, met goedkeuring van de overheid, die er ook een percentje aan verdient. Op het lokaal protest wordt gereageerd met harde repressie :  de zoon van don Wilder werd vermoord, en knokploegen vernielden de inboedel van zijn huis.
Het publiek was onder de indruk van zijn verhaal en stelde heel wat vragen.
Dan hoorden we de trein fluiten en haastten we ons terug naar het station.
Bedankt CATAPA Team en Green Office Team!

Het beste afscheidscadeau voor Frauke? Stop #ExpresDefect to the rescue! Dit is wat je kan doen.

Ik hoop dat jullie allemaal gelukkig en gezond zijn. Allereerst heb ik spijtig nieuws. April was mijn laatste werkmaand bij CATAPA. Vervanging is voorzien voor midden augustus. Ondertussen zal Maud de Stop #ExpresDefect campagne blijven coördineren. Maar we hebben jullie nu dus meer dan ooit nodig om de campagne draaiende te houden en het momentum niet te verliezen.

Succes
Vorig jaar bereikten we veel. We ontwikkelden verschillende campagne tools, we organiseerden of namen deel aan veel evenementen,  en heel wat nieuwe en oude catapista’s hebben zich bij onze campagne aangesloten. Vele mensen zetten zich in om #ExpresDefect te stoppen! Grote hoera voor iedereen!

Help ons deze trein aan het rollen te houden
Dus laten we deze trein aan het rollen houden! Het is ingewikkeld om geen overlap te hebben met iemand die deze inspanningen coördineert, maar CATAPA is een niet-hiërarchische vrijwilligersbeweging, wat we bereiken hangt af van ons allemaal. Ik heb er alle vertrouwen in dat we deze campagne blijft bollen als we er een gezamenlijke inspanning van maken! Hopelijk ben jij ook overtuigd!

Help ons deze campagne en CATAPA te promoten op evenementen en plaatsen in jouw omgeving of gemeenschap. Kies een campagnemiddel dat bij je past en neem het mee naar je plaatselijke bibliotheek, buurthuis of favoriete ICT-winkel. Loods het mee naar je geweldige verjaardags-, familie- of tupperwareparty. Deel het in een lezing, workshop of elk ander evenement en plaats die je maar kunt bedenken.

Kleine of grote actie, maakt niet uit. Help ons om CATAPA en Stop #ExpresDefect naar buiten te brengen, want mijnbouw stoppen begint in Vlaanderen!

Wat kun jij doen?

  • Volg, deel en like onze campagneposts op CATAPA’S sociale media
  • Organiseer of promoot een quiz met vragen over mijnbouw, e-afval en geplande veroudering.
  • Deel onze flyer.
  • Zoek een mooie plek voor onze geweldige roll-up banner.
  • Installeer onze selfie-spiegel ergens en laat mensen posten op sociale media.
  • Geef een presentatie of workshop. Klein of groot, we hebben er massa’s. 
  • Vind een nieuwe thuis voor onze e-waste installatie nadat de expo bij het MIAT in september stopt.
  • Organiseer of promoot een foto-expositie met geweldige bijdragen van Catapista’s Camilla Del Fabro, Dayana Corzo, Brendan Brown en Simon Lenskens.
  • Pitch CATAPA of de campagne aan je vrienden, familie of collega’s.
  • Installeer onze CATAPA infostand
  • Schrijf een bijdrage voor onze nieuwsbrief of website
  • Volg samen met ons Stop #ExpresDefect thema’s op
  • Doe mee aan onze maandelijkse campagnebijeenkomsten! neem contact op met maud.marcial@catapa.be
  • Doe zelf een voorstel!

Verspreid het Stop #ExpresDefect Charter
Last but not least, als je geen van deze dingen kunt doen,
help ons dan om ons Charter te verspreiden. Het is eindelijk klaar om alle lokale gemeenten in Vlaanderen te overspoelen. Het doel van deze hele campagne is om lokale overheden te overtuigen om ons Charter te ondertekenen en zich te engageren om een einde te maken aan deze wegwerpcultuur, en dan zeker de geplande veroudering van ICT-producten. We willen dit bereiken door een handvol burgers te bereiken in gemeenten over heel Vlaanderen die hun lokale of favoriete politici willen overtuigen ons Charter te ondertekenen. Slechts één keer per jaar komen we allemaal samen om de vooruitgang te evalueren. Wil je meehelpen om dit doel te bereiken?

We hebben besloten om een extra campagne meeting te organiseren om met al jullie geweldige catapista’s die een Stop #ExpresDefect willen te bespreken hoe we de continuïteit van deze campagne kunnen verzekeren. Op dinsdag 30 april @ 19u in het Catapa kantoor of online. Je bent van harte welkom! Het is mijn allerlaatste dag, het zou het mooiste afscheidscadeau zijn om velen van jullie daar te zien!

Carolina en het Recht om Nee te Zeggen

Carolina is een milieuverdediger uit Falan, Colombia. Ze vecht voor het recht om nee te zeggen tegen extractivisme en ja tegen een sterke en veerkrachtige gemeenschap. Samen met Don Wilder toert ze deze maart door België tijdens de Right to Say No Tour. Neem deel aan de evenementen om te horen over de ervaringen van deze milieuverdedigers, hoe onze “groene” transitie hun leven beïnvloedt en hoe degrowth hun strijd zou kunnen helpen.

Mijn naam is Carolina Monje en ik ben een landverdediger. Voor mij is deze plek niet alleen een geografische ruimte, maar ook een thuis die onze geschiedenis, cultuur en tradities omvat. Ik verdedig ons grondgebied omdat ik geloof in het het behoud van onze identiteit en de erfenis van onze voorouders. Mijn rol in het verdedigen van het grondgebied is veelzijdig. Ik werk niet alleen aan de bescherming van ons algemeen welzijn en voor duurzaamheid, maar ik kom ook op voor de rechten van onze gemeenschappen. Als activist neem ik de verantwoordelijkheid op me om de stem te zijn van degenen die niet gehoord worden en vecht ik voor het recht om “ja” te zeggen tegen een toekomst die onze behoeften en waarden respecteert.

Het recht om “ja” te zeggen betekent empowerment voor onze gemeenschap.

Ik wil niet alleen behouden wat we hebben, maar er ook voor zorgen dat we de mogelijkheid krijgen om over ons eigen lot te beslissen. Ik geloof in zelfbeschikking en het belang om de hoofdrolspelers van onze eigen geschiedenis te zijn. Samenwerking met activisten van internationale organisaties is cruciaal in onze strijd. Hun steun kan bijdragen aan middelen, zichtbaarheid en diplomatieke druk om onze positie te versterken. Samen kunnen we allianties bouwen die de gemeenschappelijke uitdagingen waar we voor staan aanpakken.

Als ik naar de toekomst van ons land kijk, zie ik uitdagingen, maar ook mogelijkheden voor positieve verandering. Ik geloof in het vermogen van de gemeenschap en van activisten en voorvechters om zinvolle veranderingen teweeg te brengen. Met de voortdurende steun van internationale organisaties en wereldwijde bewustwording zie ik een toekomst voor me waarin ons grondgebied/land tot bloei komt en zijn culturele en natuurlijke rijkdom voor toekomstige generaties wordt beschermd.

Mijnbouwgigant AngloGold Ashanti ontmaskerd tijdens carnaval in Colombia

Afgelopen vrijdag vond de 14e Marcha Carnaval plaats in Ibagué. Het was een feest, maar tegelijkertijd een manifestatie voor de verdediging van het leven, het water en andere natuurlijke rijkdommen. Onze partnerorganisatie ‘Comité Ambiental en Defensa de la Vida’ mobiliseert samen met andere milieucollectieven jaar na jaar tienduizenden mensen om hun vreedzame verzet tegen de vernietiging en vervuiling van hun leefgebied te tonen.

De milieumarsen in Ibagué staan bekend als de grootste in Colombia. Het begon in 2007, toen bekend werd dat in Cajamarca de grootste goudmijn van de provincie geopend zou worden: de La Colosa mijn, een project van multinational AngloGold. Dankzij het sterke verzet van de lokale bevolking werd het mijnbouwproject gelukkig afgeblazen. Maar dezelfde multinational gaat door met het uitvoeren van andere extractieprojecten in de regio, vaak vermomd onder andere bedrijfsnamen vanwege hun slechte reputatie. Dat is de reden waarom overal in de mars ‘Quita la mascara’ of ‘Verwijder het masker’ te zien was, de slogan van de onlangs gelanceerde campagne ‘AngloGold Nos Toca’ (AngloGold raakt ons).

De campagne werd deze maand gelanceerd door het netwerk van personen getroffen door AngloGold (la Red de Personas Afectadas por AngloGold) om het onethische en gewelddadige gedrag van de multinational aan de kaak te stellen en te ontmaskeren en om te eisen dat ze het Colombiaanse grondgebied verlaten. In een webserie met de naam ‘Historias Quebradas’ onthullen ze de wanpraktijken en geheimdoenerij van AngloGold in Colombia. Met ‘Fuera AngloGold’ of ‘Weg met AngloGold’ maakten de manifestanten afgelopen vrijdag regelmatig duidelijk dat het bedrijf niet langer welkom is op hun grondgebied.

Met muziek, kunst, parades en kostuums toonden studenten, vakbonden, collectieven en allerlei politieke en sociale organisaties uit de hele regio Tolima hun verzet tegen mijnbouw en fracking in hun regio. Ze manifesteerden en vochten voor hun recht om ‘nee’ te zeggen tegen destructieve projecten en verenigden iedereen die gelooft dat water belangrijker is dan goud.

mining area in Kori Chaca Bolivia

De Europese Grondstoffen Week: tijd voor een grondige herziening?

Bruxelles bruxellait

Deze maandag gaat in Brussel de Europese Grondstoffen Week van start. Deze top, georganiseerd door het directoraat-generaal voor de Interne Markt van de Europese Commissie, staat in het teken van 1 fundamentele vraag: hoe kunnen we er voor zorgen dat er in de Europese Unie genoeg grondstoffen zijn voor aan onze welvaart en welzijn te voldoen?

Grondstoffen liggen aan de basis van onze gemeenschap en economie. Graan is een grondstof, die we gebruiken om brood te bakken en de bevolking te voeden. Koper is een metaal dat we mijnen, om er vervolgens elektriciteitskabels van te maken die huishoudens van stroom voorzien. Hetzelfde geldt voor eender welk product je ooit gekocht hebt in je leven: een belegd broodje, een pot choco, een telefoon, laptop, koelkast, auto of een bakfiets.

Read more “De Europese Grondstoffen Week: tijd voor een grondige herziening?”

Maak kennis met onze twee nieuwe ESC-vrijwilligers!

Sinds begin September telt ons team twee nieuwe leden! Maak kennis met ESC vrijwilligers Magdalena en Estefanía:

Estefanía 
Ik ben Estefanía uit Spanje. De komende 12 maanden ga ik aan de slag op het communicatie- en campagnegebied van CATAPA. Ik heb journalistiek en digitale communicatie gestudeerd. Mijn carrière was gericht op de sociale sector: de afgelopen jaren werkte ik bij een ngo om de rechten van migranten en vluchtelingen te verdedigen en ook op het gebied van samenwerking en vrijwilligerswerk aan de Miguel Hernandez-universiteit.
De mogelijkheid om deel uit te maken van CATAPA is een stimulans om mijn carrière dicht bij mijn waarden te ontwikkelen. Door deel uit te maken van dit project krijg ik ook de kans om samen te werken met professionals van wie ik veel kan leren.
Over mij, ik doe graag aan CrossFit, wandelen en relaxed naar The Office kijken. Ik hou ook erg van muziek en dans, dus reken op mij als er een feestje is.

Magdalena
Hallo iedereen! Ik ben Magdalena en ik ben de nieuwe bewegings- en campagnevoerende ESC-vrijwilliger! Ik ben super enthousiast om me bij Catapa aan te sluiten en jullie allemaal te leren kennen!
Een paar dingen over mij: ik ben opgegroeid in een vallei in Oostenrijk, voordat ik naar Wenen verhuisde. Hier was ik actief in de klimaatrechtvaardigheidsbeweging en studeerde ik milieuwetenschappen en beheer van bioressources. De afgelopen jaren heb ik in Nederland gewoond om een master in Development and Rural Innovation te doen. Ik ben geïnteresseerd in alles wat te maken heeft met klimaatrechtvaardigheid, intersectioneel milieubewustzijn, eerlijke duurzaamheidstransities, gemeenschapsvaluta’s, degrowth en – natuurlijk – mijnbouw! In mijn vrije tijd houd ik van wandelen, boulderen, breien en lezen.
Ik kijk er nu al naar uit om je te ontmoeten in de volgende Catapa meetings!

ESC staat voor European Solidarity Corps, een Europees uitwisselingsprogramma dat jongeren een vrijwilligerservaring in het buitenland biedt.

Our Member Diakonia ECAV Hosts Ukrainian Volunteers within the European  Solidarity Corps Framework - Eurodiaconia